Gerritschinkel.nl Columns & meer

7nov/190

Meena Cryle & The Chris Fillmore Band – Elevations

Meena Cryle (1977) is een Oostenrijkse blueszangeres. Ze komt uit een muzikale familie en groeit op met lokale volksmuziek. Ze begint vroeg met zingen en richt op 15-jarige leeftijd een psychedelische bluesrockband op. Na haar studie werkt ze in een vrouwenopvang in Mozambique en reist door Europa en de VS. Ze tekent een contract bij Ruf Records en neemt in 2010 met de Oostenrijkse gitarist Chris Fillmore in Stantonville, Tennessee haar eerste officiële album Try me op.

Het gitaarspel van gitarist, songwriter, arrangeur en producer Chris Fillmore roept herinneringen op aan Stevie Ray Vaughan. De muziek van Meena Cryle & Chris Fillmore Band is een mix van blues, ballads, soul, (southern)rock, gospel en country. Cryle en Fillmore mogen ook de legendarische producer Jim Gaines (John Lee Hooker, George Thorogood, Stevie Ray Vaughan, Devon Allman) tot hun bewonderaars rekenen.

Het nieuwe album van Meena Cryle & The Chris Fillmore Band heet Elevations. Het album, opgenomen in Sound Fux Studio in Altötting, Beieren, Duitsland, bevat zeven eigen songs en drie covers.

Het openingsnummer Can’t you see, een cover van The Marshall Tucker Band van hun debuutalbum uit 1973, is een prachtige ontspannen southernrock song. I got you begint daarna met mooie pianoklanken. Een balladeachtig begin maar na een paar minuten evolueert het nummer tot een stomende soulbluesstomper. Way down is een prachtige breed georkestreerde ballad en in het jazzy It’s ok bewijst Cryle dat ze over een fantastische stem beschikt. De trompet geeft het nummer een Miles Davis achtige tint mee. Het tempo wordt fors opgevoerd in Sweet loving mama, een bluesrocker met vette gitaarlicks en een daverende boogieachtige pianosolo. Eric Bibb’s In my father’s house, van diens album Spirit & the blues uit 1999, krijgt hier een stevige rockende uitvoering met wederom felle gitaarsolo’s. Tex-mex invloeden en de geest van Willy DeVille zijn er in het mooi vlot gezongen I wanna know. Hans Theesink speelt mandoline op dit nummer. Shine on you is weer een fraaie ballad, die ingetogen begint met orgel en gitaar, maar later stevig en explosief wordt met een lyrische gitaarsolo. In de deltablues Lord have mercy wordt een ode gebracht aan John Lee Hooker. Theesink is hier ook weer te horen op mandoline en de mondharp van Martina ‘Harpina’ Defant maakt het af. Het slotnummer Well well well, is de derde cover. Deze compositie van Danny O’Keefe en Bob Dylan (ook opgenomen door o.a. Ben Harper, The Blind Boys of Alabama en Bonnie Raitt) is een lange mysterieuze song met o.a. weer een spetterende gitaarsolo.

Conclusie: Cryle Meena & Chris Fillmore Band hebben mij met Elevations zeer aangenaam verrast.

Tracks cd:

  1. Can’t you see
  2. I got you
  3. Way down
  4. It’s ok
  5. Sweet loving mama
  6. In my father’s house
  7. I wanna know
  8. Shine on you
  9. Lord have mercy (revised)
  10. Well, well, well

Line-up;

  • Meena Cryle – zang
  • Chris Fillmore – gitaar
  • Söa Fitzpatrick – keyboards
  • Alex Trier – bas
  • Robert Choblocher – drums
  • Bernard Eggere – drums

Guest musicians

  • Hans Theesink – mandoline
  • Angus ‘Bangus’ Thomas – bas
  • Bernhard Rabitsch – trompet
  • Wolfgang Staribacher – orgel, wurlitzer
  • Rainer Baumgartner – congas
  • Frank Cortez – percussie
  • Martina ‘Harpina’ Defant – mondharmonica
6nov/190

Leif de Leeuw Band – Plays the Allman Brothers Band

Leif de Leeuw (17 februari 1995 Amersfoort), raakt al heel jong bezeten van de gitaar. Een van zijn grootste inspiratiebronnen is Johnny Winter die hij als 11 jarig jochie in Paradiso ziet optreden. In 2009 en 2013 wint de Leeuw de Sena Young Talent Guitar Award en in 2016 wordt hij door de lezers van ‘De Gitarist’ uitgeroepen tot beste blues(rock) gitarist van de Benelux. In 2014 wint hij met de door hem opgerichte Leif de Leeuw Band de Dutch Blues Challenge. In 2015 wordt de Leif de Leeuw Band door de European Blues Awards uitgeroepen tot ‘Best band 2015’.

De Leif de Leeuw Band speelt bluesrock met dampende gitaarriffs en snijdende twin-leads. Hun muziek is overgoten met een vette seventies saus. Behalve door Johnny Winter is de Leeuw beïnvloed door gitaristen als Jeff Beck, David Gilmour en The Allman Brothers Band. In 2017 stond de Leif de Leeuw Band in de Boerderij in Zoetermeer in het voorprogramma van Devon Allman, zoon van de legendarische Gregg Allman.

De laatste drie maanden van vorig jaar toerde de Leif de Leeuw Band als ‘Leif de Leeuw Band plays Allman Brothers Band. Deze toer was zo’n succes dat de band in juni 2019 besloot om de studio in te duiken en een album met louter songs van The Allman Brothers op te nemen. Live met publiek, opgenomen in de Sound Vision Studio in Arnhem.

De opnamen van dit live-concert verschenen op 4 oktober jl. op een dubbelalbum. De officiële release was tijdens het internationale bluesfestival in Caseres, Spanje.

Bijna alle tien songs op het album stammen uit de beginjaren van The Allman Brothers Band. Het openingsnummer Come and go blues is afkomstig van Brothers and sisters (1973). Kenmerkend is de melodieuze southern rock met heerlijk pianospel. Hierna volgen er drie songs die afkomstig zijn van de beroemde dubbelelpee Eat a peach uit 1972. Ingetogen en dan weer gierende gitaren, fraai basspel en orgel in Stand back. Prachtige lyrische en vlammende gitaren in Dickey Betts’ Blue sky en gitaren, een puike ritmesectie en een mooie pianosolo in de melodieuze bluesrocker Ain’t  wastin’ time no more. Van Brothers and sisters de ruim 9 minuten durende Dickey Betts instrumental Jessica. Schitterende gitaren en een heerlijke piano. Ook de overbekende lyrische gitaarrocker Ramblin’ man wordt door de Leif de Leeuw Band met verve vertolkt. Southern rock van de bovenste plank! Het enige ABB nummer uit hun latere periode (Hittin’ the note, 2003) is Rockin’ horse. In de uitvoering van Leif de Leeuw Band horen we ruim 11 minuten funky bluesrock. Prachtig is hierna Gregg Allman’s Melissa, van Eat a peach. Mooi ingetogen gezongen en subtiel geïnstrumenteerd. In memory of Elisabeth Reed, dat op het live album At Fillmore East (1971) 13 minuten duurt, wordt door de Leif de Leeuw Band opgerekt tot bijna 18 minuten. Een gedragen begin met orgel en subtiele gitaar, na vijf minuten rolt de bas er in, daarna gaat het tempo omhoog, maar zakt weer met een mooi piano intermezzo, gevolgd door vlammende gitaren. En de laatste vier minuten mogen beide drummers hun kunsten laten horen. Het slotnummer Southbound komt weer van Brothers and sisters. Fel rockend, alle gitaarremmen gaan weer los. En niet te vergeten de straffe bassolo.

Conclusie: The Allman Brothers hielden het in 2014 voor gezien en zijn helaas geschiedenis, maar de Leif de Leeuw Band houdt de erfenis van deze legendarische Southern bluesrockers op grootse wijze in ere. Grote klasse!

Tracks cd 1:

  1. Come and go blues
  2. Stand back
  3. Blue sky
  4. Ain’t wastin’ time no more
  5. Jessica

Tracks cd 2:

  1. Ramblin’ man
  2. Rockin’ horse
  3. Melissa
  4. In memory of Elisabeth Reed
  5. Southbound

Line-up;

  • Leif de Leeuw – gitaar
  • Sem Jansen – gitaar, zang
  • Tim Koning – drums
  • Boris Oud – bas
  • Joram Bemelmans – drums
  • Rick Linzel – toetsen
  • Jasper Schalks – zang, gitaar
6nov/190

Michael Roach – Tryin’ times

Michael Roach wordt op 18 maart 1955 in Washington, DC, geboren als een van de 13 kinderen van Ted en Sadie Roach. Op zijn 20e maakt hij kennis met de muziek van John Jackson, John Cephas en Archie Edwards. Zij worden zijn mentor en Michael leert door zijn omgang van vriendschap met hen Piedmont style gitaar spelen. Roach is inmiddels verhuisd naar Engeland en actief in de Europese bluesscene. Samen met schrijver en historicus Dr. Paul Oliver richt hij de European Blues Association op. Hij geeft ook workshops over het Afro-Amerikaanse muzikale en culturele erfgoed. Op de BBC radio verzorgt hij een serie over bluesmuziek. In 2006 brengt hij de dvd Íntroduction to country bluesguitar’ uit. In 1993 verschijnt zijn debuutalbum Ain’t got me no home.

Vorige maand kwam het nieuwe album (het 7e) van Roach uit. Op dit album, Tryin’ times, met 8 eigen composities en 3 covers, wordt Michael Roach o.a. begeleid door zijn dochter Sadie. Tryin’ Times is opgenomen in  Steve Winwood's studio in Gloucestershire.

Het titel- en openingsnummer Tryin’ times, een compositie van Donny Hathaway en bekend van o.a. Roberta Flack, is een mooie blues met fraai pianospel van Sadie. Sadie is daarna vocaal en op piano ook uitstekend op dreef in Leadbelly’s worksong Take this hammer. I’m not stepin rockt met flarden mondharmonica lekker weg. Na de akoestische countryblues Casper, is in het jazzy A vote for you dochter Sadie weer nadrukkelijk aanwezig met haar opgewekte zang. Vader en dochter dan samen in de countryblues You can’t come round here. Na het lome Hey, Mr. Basketball, met mondharmonica, gaat Sadie er weer vocaal tegenaan in het uptempo country getinte Taking a knee. De uptempo gospel Negro is een echt bandnummer. De twee laatste songs zijn weer helemaal op het lijf van Sadie geschreven. Heerlijk zijn haar zang en pianosolo in het uptempo soulnummer A good time. En de uitsmijter Strang things happening everyday, de traditional van Sister Rosetta Tharpe uit 1944, mag er helemaal wezen. Mooie zang, een mooie pianosolo en fraai akoestisch gitaarwerk.

Conclusie: Tryin’ times  is een zeer lekker in het gehoor liggend en swingend album.

Tracks cd: 

  1. Tryin' times
  2. Take this hammer
  3. I’m not stepin
  4. Casper
  5. A vote for me
  6. You can’t come round here
  7. Hey, Mr. Basketball
  8. Taking a knee
  9. Negro
  10. A good time
  11. Strang things happening everyday

Line-up;

  • Michael Roach – zang, gitaar
  • Sadie Roach – zang, piano
  • Lonnie Roach - zang
  • Tim Cansfield - gitaar
  • Roger Inniss - bas
  • Rod Youngs - drums
  • Danny McCormack - orgel
  • Ben Holder - viool
  • Will Wilde – mondharmonica

 

2nov/190

Lucky Peterson – 50 Just warming up!

Lucky Peterson (13 december 1964, Buffalo, New York) komt op zeer jonge leeftijd in contact met de blues via de nachtclub van zijn vader. Willie Dixon ontdekt het talent van de jonge Lucky en zorgt o.a. voor optredens in de Ed Sullivan Show en de Tonight Show. Later treedt Peterson op met o.a. Otis Rush, Little Milton, Bobby Bland, Etta James en Mavis Staples. De muziek van Peterson is een mix van (hedendaagse) blues, soul, R&B, gospel en rock and roll.

Lucky Peterson zit dit jaar 50 jaar in het vak. En om dit te vieren is op 25 oktober jl. een nieuw album van hem verschenen met de toepasselijke titel 50 Just warming up! Op dit album met 15 tracks, heeft Peterson een aantal gastmusici aangezocht. Zijn echtgenote Tamara Tramell zingt op twee tracks. Ook de Franse singer-songwriter Aelpéacha, de zangeressen Daniella Cotton en Sharon Riley, de hip hop zanger Jakk Jo uit New Orleans en mondharmonicaspeler Sugar Blue zijn present.

De openingstracks 50 Years en Pack it up zijn heerlijke uptempo soulblues, met bijtende gitaarlicks, een alom aanwezige hammond en puike blazers. Dreamin’ about you is een intens gezongen soulballad met hammond, subtiele begeleiding en een vloeiende gitaarsolo. De vocale bijdragen van Tamara Tramell zijn te horen in de jazzy soulballad Don’t want nobody but you, en de lome soulballad I will die 4 U. In de Will Jennings compositie Never make your move too soon, op de plaat gezet door o.a. Ry Cooder, Bonnie Raitt, Joe Bonamassa, maar vooral ook door B.B. King, brengt Peterson een ode aan BB met zijn funky BB King gitaarlicks. Fraai is de hammondsolo in de funky instrumental Clickety click en in The blues is driving me zijn zelfs reggae-invloeden te horen. BB King achtig gitaarwerk is weer te horen in de slowblues Angel of mercy. Aelpéacha rapt in het Frans in de funky blues Takin’ care of mine en Sugar Blue blaast een lekkere partij op de mondharp in Let the good time party begin. Apart is Kissin’ on my lips met hip hop zanger Jakk Jo. Een schitterend slotakkoord is Amazing grace/Precious Lord. Hammond, gesproken zang van Sharon Riley, mooie zang van Lucky en de uitbundige zang van Riley tot slot.

Conclusie: 50 Just warming up! is een geweldig album. Als dit een warming up is voor volgende albums dan kunnen we nog wat verwachten.

Tracks cd:

  1. 50 Years
  2. Pack it up
  3. Dreamin’ about you
  4. Don’t want nobody but you (feat. Tamara Tramell)
  5. Repossess your love
  6. I will die 4 U (feat. Tamara Tramell)
  7. Never make your move too soon
  8. Clickety click
  9. The blues is driving me
  10. Angel of mercy
  11. Going where my roots come from
  12. Takin’ care of mine (feat. Aelpéacha)
  13. Let the good time party begin (feat. Danielia Cotton & Sugar Blue)
  14. Kissin’ on my lips (feat. Jakk Jo)
  15. Amazing grace – Precious Lord (feat. Sharon Riley)

Line-up Lucky Peterson band;

  • Lucky Peterson – zang, gitaar
  • Paul Valdes – drums
  • Tim TLee Waites – bas
  • Rachid Guissous – keyboards
27okt/190

Judy Blank – Morning after (ep)

De Utrechtse singer-songwriter Judy Blank (1995) is bekend geworden door haar deelname in 2013 aan het tweede seizoen van de beste singer-songwriter van Nederland. Ze bereikt de finale en wordt uiteindelijk tweede achter winnaar Michael Prins. In datzelfde jaar treedt ze ook op tijdens North Sea Jazz in Rotterdam. Een jaar later brengt ze haar debuutalbum Where the storm hits uit en speelt ze op diverse festivals waaronder Lowlands en in 2015 op Pinkpop.

Geïnspireerd door haar reizen naar de VS verandert Blank enigszins van stijl. In september 2018 verschijnt haar album Morning sun. Dit folkalbum is opgenomen in Southern Ground Studios in Nashville o.l.v. producer Chris Taylor. De carrière van Blank komt hierna in een stroomversnelling. Ze speelt op Noorderslag in Groningen en in Austin, Texas op het grote festival SXSW.

Op 1 november a.s. verschijnt de ep Morning after. Deze ep is ook opgenomen in Southern Ground Studios in Nashville. De officiële live release zal op 6 november plaatsvinden in het Utechtse poppodium EKKO.

Morning after bevat zes tracks. In het openingsnummer en tevens de nieuwe single Goldmine, horen we de ‘nieuwe’ sound van Judy Blank. Het is een lekker rockend nummer. Heerlijk is het basspel en de backing vocals van ‘the good pals community choir’. In het jazzy What it is laat Blank horen dat ze een fantastische zangeres is met haar heldere stem. In het uptempo Oh honey, dat begint met een fraaie bassolo, geven ‘the good pals’ ook weer acte de presence. Na de fraaie ballad Angel in me is in het mooie ingetogen liedje Pretty far Judy alleen met haar gitaar en mooie zang te horen. In het slotnummer 1995 toont Blank weer haar sterke vocale kwaliteiten. Een waardig slot, ook dankzij de subtiele begeleiding en ‘the good pals’.

Conclusie: Judy Blank krijgt terecht van vele kanten lof toegezwaaid. Deze ep smaakt naar meer.

Tracks:

  1. Goldmine
  2. What it is
  3. Oh honey
  4. Angel in me
  5. Pretty far
  6. 1995

Line-up:

  • Judy Blank – zang, elektrische gitaar, wurlitzer
  • Ethan Ballinger – gitaar, synthesizer
  • Lee Holland – drums
  • Joe Dicky en Rich Brinsfield – bas
  • Molly Martin, Annika Bennett, Ginger Bennett, Max Marshall, Christiana Zollner, Rachel Rowland, Dan Davis, Ethan Ballinger, Pepper Said – ‘good pals community choir’

 

21okt/190

The Magpie Salute – Highwater II

De zeskoppige Amerikaanse rockband The Magpie Salute wordt in 2016 opgericht door Rich Robinson, vroeger gitarist van The Black Crowes. Ook de oud Black Crowes leden gitarist Marc Ford en bassist Sven Pipien treden toe tot The Magpie Salute. De overige bandleden zijn zanger John Hogg, drummer Joe Magistro en keyboardspeler Matt Slocum. Het eerste liveoptreden van de band, ontstaan uit een uit de hand gelopen studiosessie, is in januari 2017 in het Gramercy Theatre in New York City.

In augustus 2018 komt hun eerste album High water I uit. Het album werd alom lovend ontvangen.

Deze maand verscheen de opvolger, Highwater II. Het album bevat 12 songs, waarvan de meeste nummers al zijn geschreven toen hun eerste album werd opgenomen in Dark Horse Studios in Nashville. The Magpie Salute gaat in feite verder waar de band bij hun debuutalbum begon.

High water II opent spetterend met Sooner or later. Stevige rock met schroeiend gitaarwerk. Het tempo blijft er goed in met Gimme something, een rocker in de beste traditie van The Rolling Stones met prominent drumwerk van Magistro. Ook Leave it all behind rockt met een twangy gitaar, keyboards en een strakke ritmesectie de tent uit. In here, de eerste single van het album, is een melodieuze rootsrocker waar Tom Petty patent op had. Ook het eveneens melodieuze You and I, met mooie akoestische gitaarlicks en backing vocals, rockt lekker. Een van de hoogtepunten is de fraaie ballad Mother storm, met de indringende zang, de samenzang in het refrein, een verpletterende gitaarsolo en een subtiel eind met tinkelende pianoklanken. Na de rocker A mirror is het tijd voor de tranen trekkend mooie countryballad Lost boy, met een gastrol van Allison Krauss op viool en backing vocals. De stijl van David Bowie (Jean Genie) is in de Dylan achtige ballad Turn it around te horen. Na de midtempo rocker Life is a landscape en de funky bluesrocker Doesn’t really matter, met halverwege een rustig intermezzo, wordt het album afgesloten met de bluesballad Where is the place.

Conclusie: Highwater II is een uitstekende opvolger van hun debuutalbum. Laat High water III maar snel komen.

Tracks:

  1. Sooner or later
  2. Gimme something
  3. Leave it all behind
  4. In here
  5. You and I
  6. Mother storm
  7. A mirror
  8. Lost boy
  9. Turn it around
  10. Life is a landslide
  11. Doesn’t really matter
  12. Where is the place

Line-up The Magpie Salute

  • Rich Robinson – gitaar, zang
  • Marc Ford – gitaar, zang
  • John Hogg – zang, gitaar, percussie
  • Sven Pipien – bas, backing vocals
  • Matt Slocum – keyboards
  • Joe Magistro - drums
18okt/190

Robbie Robertson – Sinematic

De naam Robbie Robertson zal de muziekliefhebber natuurlijk niet vreemd in de oren klinken. Deze op 5 juli 1943 in Toronto geboren zanger-gitarist sluit zich op 15-jarige leeftijd aan bij de band van Ronnie Hawkins. In 1966, bij de opnamen van het legendarische album The Basement Tapes van Bob Dylan, wordt de naam van de begeleidingsband veranderd in The Band. Met The Band heeft hij een groots oeuvre opgebouwd. Nadat Robertson The Band heeft verlaten begint hij een solocarrière. In 1987 verschijnt zijn eerste soloalbum Robbie Robertson. Op dit album, dat hij samen met Daniel Lanois produceert, staat ook Somewhere down that crazy river, dat in 1988 een grote hit wordt.

Na acht jaar kwam er vorige maand weer een nieuw album van Robbie Robertson uit. Sinematic is de opvolger van het uit 2011 stammende How to become clairevoyant. Het nieuwe album bevat 13 tracks en Robertson heeft het zelf geproduceerd.

Het openingsnummer I hear you paint houses is een song uit de soundtrack The Irishman van Martin Scorsese, een film met o.a. Robert de Niro en Al Pacino. De film is gebaseerd op het boek I hear you paint houses van de Amerikaanse schrijver Charles Brandt uit 2004. We horen de raspende stem van Robertson in een duet met Van Morrison. In Once we were brothers, een song over het uit elkaar groeien van mannen (The Band?), komt de zang van Robertson al een heel klein beetje in de richting van de latere Leonard Cohen. In Dead end kid, een autobiografisch nummer over zijn jeugd in Toronto, krijgt Robertson vocale assistentie van de Ierse zanger/gitarist Glen Hansard. Het wah wah gitaarwerk van Robertson is prima. Na het broeierige bluesy Hardwired komt Walk in beauty way dicht in de buurt van zijn vroegere hit Somewhere down that crazy river. Deze schitterende song is vooral een genot voor het oor door de mooie, soms bijna fluisterende zang van Laura Satterfield, de dochter van Precilla Coolidge, de zuster van Rita Coolidge. Glen Hasard is vocaal weer aanwezig in het bluesy Let love reign, waarin naast de backing vocals het lekkere basspel opvalt. Fraai is de wah wah gitaar van Robertson weer in Shanghai blues, een broeierige blues over de koning van de onderwereld met bloed aan zijn handen. Wandering souls is een korte instrumental en in de ballad Street serenade verdrinkt de gruizige zang van Robertson bijna in een bad van keyboards. The shadow verhaalt over het radiodrama waarin Orson Wells en Lamont Cranston de revue passeren. Na Beautiful madness en Praying for rain, dat zich weer in de richting van Leonard Cohen beweegt, is het tijd voor een indrukwekkend instrumentaal slotakkoord. In het Pink Floyd achtige fraai georkestreerde Remembrance wordt een ode gebracht aan Paul Allen, medeoprichter van Microsoft. Mondharmonica, straf drumwerk van meesterdrummer Jim Keltner en gastrollen van Doyle Branhall II op gitaar en Derek Trucks op slide. Ook dit nummer is in de soundtrack van The Irishman van Scorsese te horen.

 

Conclusie: Met Sinematic heeft Robbie Robertson een meeslepend album met mooie verhalen aan zijn toch al fraaie catalogus toegevoegd.

Tracks cd:

  1. I hear you paint houses
  2. Once were brothers
  3. Dead end kid
  4. Hardwired
  5. Walk in beauty way
  6. Let love reign
  7. Shanghai blues
  8. Wandering souls
  9. Street serenade
  10. The shadow
  11. Beautiful madness
  12. Praying for rain
  13. Remembrance

Line-up:

  • Robbie Robertson – zang, gitaar, keyboards
  • Howie B – keyboards
  • Doyle Bramhall II – gitaar
  • Citizen Cope – backing vocals
  • Chris Dave – drums
  • George Doering – gitaar
  • Reggie Hamilton – bas
  • Glen Hansard – zang
  • Joe Hirst – keyboards
  • Alfie Jurvanan – gitaar, backing vocals
  • Jim Keltner – drfums
  • Randy Kerber – keyboards, orgel
  • Robbie Lackritz – backing vocals
  • Van Morrison – zang
  • J.S. Ondara – backing vocals
  • Pino Palladino – bas
  • Martin Pradler – keyboards
  • Laura Satterfield – zang
  • Derek Trucks – slide
  • Felicity Williams – gitaar, backing vocals
  • Jim Wilson – keyboards
  • Frederic Yonnet – harmonica

 

13okt/190

The Beatles – Abbey road 50th Anniversary Editon

De elpee Abbey Road van The Beatles kwam uit op 26 september 1969. Het was het laatste album dat de legendarische Fab Four uit Liverpool op hebben genomen. Het door George Martin geproduceerde album, met de foto op de albumhoes waarop The Beatles het zebrapad voor de Abbey Road Studios in Londen oversteken. Deze hoes is een van de beroemdste albumhoezen in de muziekgeschiedenis geworden. Tot op de dag van vandaag is dit zebrapad op Abbey Road nog een grote toeristische trekpleister. Wereldwijd waren de recensies van Abbey Road destijds zeer lovend.

Vijftig jaar later is Abbey Road opnieuw in diverse formaten uitgebracht. De fan kan kiezen uit meerdere versies, van cd en vinyl tot een luxe boxset (incl. een Blu-ray met Dolby Atmos mix en een mooi boekwerk). Het album is opnieuw in stereo gemixt door Giles Martin, de zoon van George Martin.

Cd 1 bevat de 17 originele tracks. En het is een lust voor het oor. Alles klinkt zeer helder van het openingsnummer, het door John Lennon gezongen Come together, de twee schitterende George Harrison composities Something en Here comes the sun tot het slechts 23 seconden durende Her majesty. Drummer Ringo Starr zingt zijn eigen compositie Octopus’s garden. Het doo-wop achtige door Paul Mc Cartney gezongen Oh! Darling. Yoko Ono inspireerde Lennon tot het schrijven van I want you (she’s so heavy) en Because. En de 16 minuten durende medley van korte songs waaronder She came in through the bathroom window, dat een kolossale hit werd voor Joe Cocker.

Op cd 2 staan 12 demo’s, outtakes en alternatieve versies. Allereerst een eerste aanzet van I want you (she’s so heavy) met veel commentaar van Lennon en Billy Preston die zich op hammondorgel uitleeft. Paul McCartney is te horen op een demoversie van Goodbye, een nummer dat in 1969 ook in Nederland een grote hit werd voor Mary Hopkin. Alternatieve versies van o.a. The Ballad of John and Yoko en Old brown shoe, Een akoestische studiodemo van Something en een alternatieve versie van Here comes the sun.

Ook op cd 3 staan een aantal outtakes die uiteindelijk in een definitieve versie op het oorspronkelijke album Abbey Road zouden terechtkomen. En een demoversie van Come and get it, dat later een hit werd voor de Britse powerpopgroep Badfinger. Mooi is ook de instrumentale versie van Because.  

Conclusie: Abbey Road blijft een Iconisch album en niet alleen voor de echte diehard Beatlefans.

Tracks cd 1:

  1. Come together
  2. Something
  3. Maxwell’s silver hammer
  4. Oh! Darling
  5. Octopus’s garden
  6. I want you (she’s so heavy)
  7. Here comes the sun
  8. Because
  9. You never give me your money
  10. Sun king
  11. Mean Mr. Mustard
  12. Polythene Pam
  13. She came in through the bathroom window
  14. Golden slumbers
  15. Carry that weight
  16. End
  17. Her majesty

Tracks cd 2:

  1. I want you (she’s so heavy) (Trident recording session & reduction mix)
  2. Goodbye (home demo)
  3. Something (studio demo)
  4. Ballad of John and Yoko (take 7)
  5. Old brown shoe (take 2)
  6. Oh! Darling (take 4)
  7. Octopus’s garden (take 9)
  8. You never give me your money (take 36)
  9. Her majesty (takes 1-3 medley)
  10. Golden slumbers Carry that weight (takes 1-3 medley)
  11. Here comes the sun (take 9)
  12. Maxwell’s silver hammer (take 12)

Tracks cd 3:

  1. Come together (take 5)
  2. End (take 3)
  3. Come and get it (studio demo)
  4. Sun king (take 20)
  5. Mean Mr. Mustard (take 20)
  6. Polythene Pam (take 27)
  7. She came in trough the bathroom window (take 27)
  8. Because (take 1) (instrumental)
  9. Medley: The long one/You never give me your money/Sun king/Mean Mr. Mustard
  10. Something (take 39) (instrumental) (strings and brass only)
  11. Medley: Golden slumbers/Carry that weight (take 17)

 

10okt/190

North Mississippi Allstars – Up and rolling

De Amerikaanse southern rock/blues band North Mississippi Allstars is in 1996 in Hernando, Mississippi opgericht. De harde kern van de band wordt gevormd door de gebroeders Luther (gitaar, zang) en Cody Dickinson (drums, keyboards, zang). Hun vader was Jim Dickinson, de in 2009 overleden legendarische producer (Big Star, The Replacements, Green on Red, Willy DeVille) en sessiemuzikant (Rolling Stones, Bob Dylan, Ry Cooder).

In 2010 komt na de ep ‘Shimmy she wobble’, hun debuutalbum ‘Shake hands with Shorty’ uit. Na dit debuut komen er met grote regelmaat nieuwe albums uit. .

Op 4 oktober jl. verscheen hun nieuwe album Up and rolling. Het album is opgenomen in Zebra Ranch Studio in Coldwater, Mississippi, de studio die destijds geopend werd door Jim Dickinson. Op het album met 12 songs (eigen composities en covers) zijn imponerende gastbijdragen te horen van o.a. Mavis Staples, Duane Betts, Cedric Burnside en Jason Isbell.

Het album opent met Call that gone swingend. Roffelende drums, Dr. John achtige zang, indringende gitaren, fluit en backing vocals. In het titelnummer Up and rolling valt, en niet voor het laatst op dit album, de prachtige meerstemmige zang op. In de soulstomper What you gonna do? neemt Mavis Staples de vocalen voor haar rekening in dit door haar vader ‘Pops’ Staples geschreven nummer. De meerstemmige zang komt weer terug in Drunk outdoors, een funky song, met fijn basspel en een ingetogen gitaarsolo. In het door R.L. Burnside geschreven Peaches, met zijn vette gitaren en een bonkende ritmesectie zijn duidelijk de invloeden van Prince te horen. Little Walter’s Mean old world wordt door de gastgitaristen Duane Betts en Jason Isbell omgetoverd in een blues geheel in de stijl van The Allman Brothers Band. Out on the road is de tweede cover van R.L. Burnside en diens kleinzoon Cedric speelt in deze stevige midtempo blues gitaar en is ook de leadvocalist. Het hoge Burnside gehalte van dit album wordt nog opgevoerd door R.L. Burnside’s zoon Garry die mooi bas speelt in Junior Kimbrough’s  Lonesome in my home. Een andere zoon van R.L. Burnside, Duwayne, maakte trouwens een tijdje deel uit van de North Mississippi Allstars, maar dat terzijde. In het funky Bump that music is de meerstemmige zang weer prachtig. De zussen Tierinni en Tikyra Jackson van de blues- en soulband Southern Avenue uit Memphis stelen de vocale show weer  in Living free. Cedric Burnside speelt daarna heerlijk slide in de door Rev. Thomas A. Dorsey geschreven prachtige gospel Take my hand precious Lord. Het laatste nummer Otha’s bye bye baby duurt slechts 38 seconden. In deze flard countryblues is naast gitarist Luther Dickinson, de in 2003 overleden blueszanger en componist van dit nummer Otha Turner te horen.  

Conclusie: Slechts drie woorden zijn genoeg voor een oordeel. Een formidabel album.

Tracks:

  1. Call that gone
  2. Up and rolling
  3. What you gonna do?
  4. Drunk outdoors
  5. Peaches
  6. Mean old world
  7. Out on the road
  8. Lonesome in my home
  9. Bump that mutha music
  10. Living free
  11. Take my hand, precious lord,
  12. Otha’s bye bye baby

Line-up Mississippi Allstars

  • Luther Dickinson – gitaar, zang
  • Cody Dickinson – drums, wurlitzer, bas, zang
  • Carl Dufrene - bas
  • Sharde Thomas, fife, zang
  • Sharisse Norman – zang

Guest musicians:

  • Mavis Staples – zang (track 3)
  • Jason Isbell – zang, gitaar (track 6)
  • Cedric Burnside – zang, gitaar (track 7,11)
  • Tierinni en Tikyra Jackson (Southern Avenue), zang (track 3,4,10)
  • Duane Betts – gitaar (track 6)
  • Otha Turner – zang (track 12)
  • Rev. Charles Hodges – B3 (track 3,10)
  • Roosevelt Collier – steelgitaar (track 9)
  • Garry Burnside – bas (track 8)

 

7okt/190

The Nelson Brothers – The Nashville Sessions

Steve en Simon Nelson vormen het Britse duo The Nelson Brothers. Zij hebben de wereld rond gereisd met optredens en het schrijven van liedjes van The Midlands tot The Isle of Dogs, van de woestijn van Arizona naar Sidney, Australië, van Amsterdam naar Bermuda. Hun muziek is een mix van rootsrock, folk en americana. In 1993 komt hun debuutalbum Hometown uit. In 1994 nemen ze hun 2e album op, maar de opnamebanden raken ‘verloren’. Als Gateway Studios 10 jaar later wordt gesloten worden de banden ontdekt in een afvalcontainer. Met enkele aanpassingen wordt het album Sacred river in 2015 uitgebracht. Daarvoor was in 2009 het album Places in the heart uitgebracht, een album dat heel goede recensies krijgt. In 2017 wordt het 4e album uitgebracht.

Begin september jl. verscheen het nieuwe album The Nashville Sessions. Het album opent met de in juli jl. uitgebrachte single The good in goodbye, een lekkere countryrocker met heldere zang van de Amerikaanse countryzangers en Grammy award winnares Gretchen Wilson. Wilson neemt ook de vocalen voor haar rekening in het uptempo stevige You will be there. Na de mooi gezongen en met akoestische gitaar versierde ballad Little hearts can have big dreams, gaat het er in het Waylon Jennings achtige uptempo twangy The Hank song weer steviger aan toe. Het bluesy Steve Earle achtige Can’t outrun the rain, met fraai banjospel van Jeff King en fiddle, is ook op single uitgebracht. Na de uptempo countryrocker Always meant to burn, met akoestische en elektrische gitaren, is in Leap of faith de schitterende zang van Gretchen Wilson weer te horen. Lu Ray is truckerssong met dobro, pedalsteel en fiddle en de ballad Dance, met orgel en dobro, zou zo gezongen kunnen zijn door Don Williams. Na de prachtige countrysong If memories are made of this en het fraaie banjospel van Jeff King in Can’t get enough, is de gevoelige zang van een zekere Michelle te horen in de pianoballad Beautiful things. It’s yours is een mooi liefdeslied in de stijl van Jesse Winchester. Van de single The good in goodbye staan op dit album nog twee versies, een unplugged versie met een prominente bas van Mike Brigandello en een stevige Troy Olson (‘the cowboy form Arizona’) mix. Het slotnummer is geheel akoestisch met Steve Nelson zang en akoestische gitaar.

Conclusie: The Nashville Sessions zijn is streling voor het oor.

Tracks:

  1. The good in goodbye
  2. You will be there
  3. Little hearts can have big dreams
  4. The Hank song
  5. Can’t outrun the rain
  6. Always meant to burn
  7. Leap of faith
  8. Lu Ray
  9. Dance
  10. If memories are made of this
  11. Can’t get enough
  12. Beautiful things
  13. It’s yours
  14. The good in goodbye (unplugged)
  15. The good in goodbye (Troy Olsen mix)
  16. The beat of your heart

Line-up

  • Simon Nelson – elektrische gitaar, dobro
  • Steve Nelson – akoestische gitaar, vocals
  • Jeff King – elektrische gitaar, banjo
  • Mike Spriggs, Teddy Morgan, Bryan Sutton – akoestische gitaar
  • Mike Brigandello  Alison Prestwood, Dave Pomeroy – bas
  • Steve Brewster, Paul Liem, Kenny Malone – drums
  • John Hobbs – keyboards
  • Dan Dugmore – pedal steel, dobro
  • Mike Johnson – pedal steel
  • Joe Spivey, Tammy Rogers, Rob Hajacos – fiddle
  • Gretchen Wilson, Chip Davis, Billy Davis, Tim Hopkins, Troy Olsen, Harry Stinson - vocals