Gerritschinkel.nl Columns & meer

13feb/250

Eric van Dijsseldonk – Half-time

De Brabantse singer-songwriter-gitarist Eric van Dijsseldonk groeit op in Eindhoven. Samen met Gabriel Peeters richt hij in Eindhoven de groep “Smalltown Romeos” op. De band brengt in 2000 hun debuutalbum Smalltown Romeos” uit. Als de band in 2004 uiteenvalt begint van Dijsseldonk een solocarrière en brengt tussen 2004 en 2010 drie Nederlandstalige albums uit. Met EricDevries, Louis van Empel en BJ Baartmans vormt van Dijsseldonk in 2005 de band Songwriters United. Van 2016 tot 2023 vormt hij een trio met Liseth Horsten en Lucas Beukers.  In 2021 toert van Dijsseldonk met The Southern Aces, de begeleidingsband van Malford Milligan, door Nederland.  Al met al groeit Eric van Dijsseldonk door de jaren heen uit tot een veelgevraagd gitarist.

Eind januari jl. verscheen Half-time, het door Gabriel Peeters geproduceerde nieuwe album van Eric van Dijsseldonk.   

Look at the stars, tevens de 1e single van het album, is een ‘luie’ rootsy pop opener. De titel is gebaseerd op een citaat van de Britse natuurkundige, kosmoloog en wiskundige Stephen Hawking (1942-2015): ’look up at the stars, and not down at your feet’. De sound van de sixties is te horen in Maybe not today, met helder gitaarwerk en stevig drumwerk. Best kept secret is een schitterende countryballad met duozang van Liseth Horsten en een zeer fraaie pedal steel van Stefan Wolfs. In Do you feel, ook als 2e single uitgebracht, zijn er invloeden van The Beatles en Tom Petty. In Charlie’s coming home wordt een prachtig geinstrumenteerde ode gebracht aan de ongeëvenaarde techniek en timing van Charlie Watts, de in 2021 overleden drummer van The Rolling Stones. ‘Charlie’s clock was always in time’. Fraai is het gitaarwerk en het pianospel in het melodieuze titelnummer Half-time. De rustige ballad Bound to break heeft enkele stevige intermezzo’s en het samenspel van orgel, gitaarlicks, percussie en backing vocals is een lust voor het oor in het soulvolle Keep walking. De invloeden van The Beatles zijn er weer in het ritmische Blackberry, met akoestische gitaar en een snijdende elektrische gitaarsolo. Stefan Wolfs trakteert op een lyrische gitaarsolo in de rustige ballad Stronger than it was. De geest van The Beatles hangt daarna weer boven het ‘donkere’ Everybody’s busy. Eric van Dijsseldonk sluit het album solo af met de korte mooie akoestische ballad So many songs.  

Bovenkant formulier

Onderkant formulier

Conclusie: Half-time is een wonderschoon album.  

Tracks cd:

  1. Look at the stars
  2. Maybe not today
  3. Best kept secret
  4. Do you feel
  5. Charlie’s coming home
  6. Half time
  7. Bound to break
  8. Keep walking
  9. Blackberry
  10. Stronger than it was
  11. Everybody’s busy
  12. So many songs

Line-up:

  • Eric van Dijsseldonk – zang, elektrische en akoestische gitaar, bas, drums, tamboerijn, cowbell, triangle, maracas, conga’s, shaker, resonator gitaar en backing vocals
  • Gabriel Peeters – piano, drums, percussie, backing vocals
  • Roel Spanjers – Hammond, piano
  • Eric Harbers – bas, contrabas
  • Liseth Horsten – zang (track 3)
  • Stefan Wolfs – pedal steel (track 3), elektrische gitaar (track 10)
28jan/250

BJ Baartmans & Wild Verband – A pawnshop love affair

Singer-songwriter-multi-instrumentalist-producer Bart-Jan (BJ) Baartmans (29 juli 1965, Boxmeer), is sinds 1980 actief in de muziekscene. Hij speelde in de loop der jaren in meerdere qua muziek zeer uiteenlopende bands (o.a. BJ’s Pawnshop, BJ’s Wild Verband, Hidden Agenda Deluxe, Matthews Southern Comfort). Ook speelt hij op platen en werkt samen met artiesten als Jack Poels, Carter Sampson, David Olney, JW Roy, Frans Pollux, Eric Devries en Oh Susanna. Eigenlijk behoeft BJ Baartmans voor de kenners en de liefhebbers van zijn muziek verder geen verdere introductie.

Zijn debuutalbum The Pawnshop Guitar Chase kwam uit in 1998.

Op 17 januari jl. verscheen er weer een nieuw album van Baartmans. Op dit album, A pawnshop love affair, blikt hij in 14 opnieuw opgenomen liedjes terug op zijn muzikale carrière tussen 1998 en 2004. Het album is opgenomen in zijn eigen studio met zijn begeleidingsband BJ’s Wild Verband.

Het album opent ontspannen met Fool of love, melodieuze americana. en de ontspannenheid zet zich voort in Only lovers know, met halverwege een lekkere gitaarsolo. Het fraai geinstrumenteerde Hotel is steviger en Cry is een bluesballad met een prachtige slidesolo. De hese stem van Baartmans doet mij regelmatig denken aan die van Steve Forbert, zo ook in het rockende Promise of a broken heart. What a song can do is weer een rustige ballad, waarna Do me right do wrong weer steviger is. De tinkelende piano is aangenaam in de ballad Jenny and Frank. Met The other guy, met prominent drumwerk. belandt de luisteraar in de ska- en reggaesferen. Schitterend is het toetsenwerk, naast de basloopjes en het mooie gitaarwerk, in het ingetogen Daddy’s eyes. Onder aanvoering van de gedreven ritmesectie gaat het tempo omhoog in Billy J. Counting the hours is qua instrumentatie een gevarieerde ballad en het melodieuze Enough of a bad day, met een heerlijke pianosolo, is americana met een hoog Steve Forbert gehalte. In het slotnummer, de ballad Open skies, is een glansrol weggelegd voor gitarist Eric van Dijsseldonk.

Conclusie: A pawnshop love affair is een zeer aangenaam album van een stel rasmusici.  

Tracks cd:

  1. Fool of love
  2. Only lovers know
  3. Hotel
  4. Cry
  5. Promise of a broken heart
  6. What a song can do
  7. Do me right do wrong
  8. Jenny and Frank
  9. The other guy
  10. Daddy’s eyes
  11. Billy J.
  12. Counting the hours
  13. Enough of a bad day
  14. Open skies

Line-up:

  • BJ Baartmans – zang, akoestische en elektrische gitaren, slide, mandoline, banjo, mondharmonica, synthesizers, percussie, bas (track 4,12)
  • Tom Baartmans – bas (track 2,3,5,7,8,9)
  • Gerco Aerts – bas (track 2,6,10,11,13,14)
  • Eric van Dijsseldonk – akoestische en elektrische gitaar, slide (track 14) backing vocals
  • Mike Roelofs – piano, orgel
  • Sjoerd van Bommel – drums
22jan/250

Erja Lyytinen – 20 Years of blues rock!

Erja Lyytinen (Kuopio, 7 juli 1976), is een Finse rock- en blueszangeres. Ze begint op 13 jarige leeftijd met gitaarlessen nemen in een jongerencentrum. In 1997 studeert ze een jaar in Zweden aan de Musikhögskolan in Malmö. Terug in Finland studeert ze in 2003 af als gitariste aan de Sibelius Academy in Helsinki. In 2007 wint ze bij de European Blues Awards de titel Best Guitarist en in 2020 wordt ze tweede bij de door het tijdschrift Guitar World georganiseerde verkiezing Best Guitarist. Erja Lyytinen wordt in haar vaderland vanwege haar slidespel The Finnish Slide Goddess genoemd. Haar debuutalbum Pilgrimage Mississippi to Memphis verschijnt in 2006.

Op 18 oktober 2023 geeft Erja Lyytinen in de Tavastia Club in Helsinki haar 20-jarig jubileumconcert. Tijdens dit ruim twee uur durende concert is Lyytinen met een groot aantal musici, waaronder de originele ritmesecties van haar bands, met een uitgebreid overzicht uit haar 20-jarige carrière te horen.

De opnamen van dit concert zijn op 17 januari jl. uitgebracht op de dubbel-cd/dvd 20 Years of blues rock!.

Na de introductie in het Fins door Dante en Massi begint cd 1 met de countryblues Baking blues, gevolgd door de ballad Long ago. Scheurend is het gitaarwerk in het funky Grip of the blues, waarna vette slide, keyboards en bas en drums het energieke Let it shine bepalend invullen. De oren worden vervolgens ‘geteisterd’ door de zeer vette ‘jagende’ instrumentale bluesrocker Skinny girl. Vlammend is de slide naast de strakke ritmesectie in Oil and water. De ballad Bed of roses met duozang en viool van Maria Hänninen, is een rustpunt in het concert en dat geldt ook voor het met fraai gitaarwerk versierde instrumentale Lullaby. Maar het is snel gedaan met de rust met de ruim zeven minuten lange zeer opwindende instrumental Erja’s contribution to jazz, met felle slide en halverwege lekker drumwerk en keyboards. Everything’s fine is een bluesrocker met vlammend maar ook lyrisch gitaarwerk. Cd 1 wordt afgesloten met de ruim negen minuten durende ballad Change of season. Het begin is ingetogen, we horen fraaie bastonen en keyboards, maar naar het einde toe explodeert het nummer instrumentaal om uiteindelijk toch weer ingetogen te eindigen.   

Cd 2 opent met het mooi gezongen Stolen hearts. Uitbundig is ook de zang in het stevige met spetterende gitaren ingekleurde 24 Angels. Silloin nyt aina wordt in het Fins gezongen door Erja en Heiki Silvennoinen, die ook de lyrische gitaarsolo voor zijn rekening neemt. Fel is het gitaarwerk weer in Bad seed en Black ocean. Uitbundig is Waiting for the daylight en You talk dirty is een stevige midtempo gitaarrocker. Het concert eindigt met twee zeer lange nummers. Wedding day is als het ware een grote bijna 13 minuten lange jamsessie waarin alle registers worden opengetrokken. De spetterende afsluiter is Dust my broom, de bluesklassieker van Elmore James. Bijna 12 minuten wordt volop gesoleerd met o.a. een flonkerende pianosolo van Harri Taittonen en uiteraard de slide van Erja.

Conclusie: Hoewel Erja Lyytinen al 20 jaar aan de bluesweg timmert is dit mijn eerste ruim twee uur durende overdonderende kennismaking met The Finnish Slide Goddess.  

Tracks cd 1:

  1. Introductie
  2. Baking blues
  3. Long ago
  4. Grip of the blues
  5. Let it shine
  6. Skinny girl
  7. Oil and water
  8. Bed of roses
  9. Lullaby
  10. Erja’s contribution to jazz
  11. Everything’s fine
  12. Change of season

Tracks cd 2:

  1. Stolen hearts
  2. 24 Angels
  3. Silloin nyt aina
  4. Bad seed
  5. Black ocean
  6. Waiting for the daylight
  7. You talk dirty
  8. Wedding day
  9. Dust my broom

Line-up:

  • Erja Lyytinen – zang, gitaren
  • Davide Floreno – gitaren, zang
  • Harri Taittonen – keyboards, zang
  • Heikki Silvennoinen – gitaar, zang
  • Maria Hänninen – viool, zang
  • Timo Tuppurainen – fretloze bas
  • Liro Kautto – bas
  • Juha Verona – bas
  • Tatu Back – bas
  • Rami Eskelinen – drums
  • Miri Miettinen – drums
  • Kai Jokiaho – drums
  • Liro Laitinen – drums
18jan/250

Captain Morgan Express – The Pussycat Tapes

Captain Morgan Express is een Utrechtse bluesband die zompige moerasklanken uit New Orleans mengt met stedelijke Chicago blues en delta blues uit het diepe zuiden van de VS. Swingende shuffles worden afgewisseld met opzwepende junglebeats en hypnotiserende voodoo vibes, terwijl ook rustige ballads niet worden vergeten.

In 2014 verschijnt hun debuut EP Urban cowboy in 2017 gevolgd door het door de fans en pers enthousiast ontvangen album Fistfull of dirt. In 2021 brengt de band hun 3e album No weirdos please uit.

Eind november jl. verscheen het nieuwe album van Captain Morgan Express, het 11 nummers tellende The Pussycat Tapes, opgenomen in Studio Poes & Longhorn Studio in Utrecht.

Het album opent met de shuffle I’m just your fool, geschreven door Buddy Johnson en vooral bekend geworden door Little Walter en een aantal jaren geleden ook door The Rolling Stones uitgebracht op hun bluescoversalbum Blue & lonesome. Fraai zijn de baslijnen in Jimmy Rogers’ Chicago bound. Het door Bobby Charles geschreven Jealous kind is een ballad met heerlijke gitaarsolo’s. De strakke ritmesectie Phil Admiraal en Frank Boot legt de basis in de van Stevie Ray Vaughan bekende uptempo bluesrocker Change it. De felle mondharp domineert in John Mayall ’s Chicago line. In de Ben Harper song The bottle wins again, worden weer alle registers opgetrokken, fel gitaarwerk, een mondharpsolo ondersteund door de uitstekende ritmesectie. Guilty van Randy Newman is een prachtige ballad. Johnny Brouwer laat zijn mondharp weer loeien in het van Johnny Rivers bekende Moving to the country. I’m gonna miss you (like the devil) van Slim Harpo krijgt hier een luie lome versie met fraaie mondharpsolo’s. Ik kan me nog goed herinneren dat ik in 1996 in een platenzaak in Rotterdam overrompeld werd door het spetterende When I get drunk van Mike Henderson & The Bluebloods. De versie van Captain Morgan Express is iets ingetogener maar krijgt wel een zeer solide uitvoering. Het slotnummer is het funky en soulvolle I’m a ram van Al Green en bij gitaarliefhebbers ongetwijfeld bekend in de uitvoering van Roy Buchanan. De gitaarsolo van Hans Gerrietsen mag er trouwens ook zijn.

Conclusie: Captain Morgan Express is van veel bluesmarkten thuis. The Pussycat Tapes is een energiek en opwindend album.

Tracks cd:

  1. I’m just your fool
  2. Chicago bound
  3. Jealous kind
  4. Change it
  5. Chicago line
  6. The bottle wins again
  7. Guilty
  8. Moving to the country
  9. I’m gonna miss you (like the devil)
  10. When I get drunk
  11. I’m a ram

Line-up:

  • Johnny ‘Boy’ Brouwer – zang, bluesharp
  • Hans Gerrietsen – gitaar, backing vocals
  • Phil Admiraal – bas, backing vocals
  • Frank Boot – drums
10jan/250

Richie Arndt – Tennessee & Alabama – Songs along the road # 2

Richie Arndt is geboren op 23 februari 1958 in Bielefeld. In Duitsland is deze blues- en rockmuzikant al jaren een bekende en kleurrijke verschijning. Arndt leert al jong elektrische gitaar spelen en studeert muziekonderwijs. Zijn muzikale helden zijn Rory Gallagher, Johnny Winter en Jimi Hendrix. Arndt’s passie is blues en Amerikaanse rootsmuziek. Hij speelt al vijf decennia met bands en solo in clubs en op festivals in heel Europa. Hij heeft inmiddels al 17 albums uitgebracht en heeft meerdere onderscheidingen gekregen.

Een aantal maanden geleden verscheen er weer een nieuw album van Richie Arndt. Op dit album Tennessee & Alabama – Songs along the road # 2, neemt hij ons mee op een muzikale reis door deze twee zuidelijke staten van de VS.

Het album opent melodieus met Eric Hughes’ Meet me in Memphis. Warme zang met harmonieen en de blazers van de Big Brass Machine die je in de soulsferen brengen. Mooi is de gitaarsolo in de bekende Paul Simon song Graceland. De pedal steel en de backing vocals zijn een lust voor het oor in de ballad Tennessee, een song van singer-songwriter Drew Holcomb. Het tempo wordt opgevoerd met het rockende door Tina Turner geschreven Nutbush city limits. Een strakke ritmesectie, mondharmonica en duozang van Kellie Rucker, piano en een straffe gitaarsolo. Lowell George’s  Dixie chicken ligt niet al te ver van de versie van Little Feat met slide, conga’s, piano en mondharp. Is ook in de versie van Arndt c.s. een prima song. De mooi gezongen akoestische countrysong Gentle on my mind is vooral bekend in de uitvoering van Glen Campbell uit 1967. Jackson van Billy Edd Wheeler en Jerry Leiber is bekend van Johnny Cash & June Carter en van Nancy Sinatra & Lee Hazlewood. Ook hier is het een uptempo countrysong met banjo en fiddle en Kellie Rucker in de rol van June Carter en Nancy Sinatra. Chris Stapleton schreef de ballad Nashville TN. De pedal steel van Nils Stockmann is hier om je vingers bij af te likken. De Willie Nelson klassieker On the road again swingt de pan uit met banjo, fiddle, dobro, mondharp en backing vocals. Arndt is alleen met zang en akoestische gitaar te horen in de prachtige countryblues Alabama blues van J.B. Lenoir. Southern rock is wat de klok slaat met tinkelende piano en lyrische gitaarsolo’s in Sweet home Alabama, de ultieme klassieker van Lynyrd Skynyrd uit 1974. Het album sluit jazzy en ingetogen af met de traditional Oh! Susanna.

Conclusie: Richie Arndt is een enthousiaste muzikale gids en heeft de liefhebber met Tennessee & Alabama getrakteerd op een prima album.

Tracks cd:

  1. Meet me in Memphis
  2. Graceland
  3. Tennessee
  4. Nutbush city limits
  5. Dixie chicken
  6. Gentle on my mind
  7. Jackson
  8. Nashville, TN
  9. On the road again
  10. Alabama blues
  11. Sweet home Alabama
  12. Oh! Susanna

Line-up:

  • Richie Arndt – zang, elektrische en akoestische gitaar
  • Karl Godejohann – drums, percussie
  • Kellie Rucker – zang, harmonica (track 4,5,7,9)
  • Silvia Eyres – backing vocals (track 1,3,8,9,11)
  • Sascha Oeing – elektrische bas (track 1,2,4,5,11)
  • Tim Zimmermann – congas (track 5)
  • Arnd Geise – contrabas (track 3,7,8,9,12)
  • Björn Diewald – keyboards (track 1,3,4,5,11)
  • Matthias Klause – piano (track 2,12)
  • Dietmar Wächtler – dobro (track 9)
  • John Butten – banjo (track 7,9), fiddle (track 7,9)
  • Nils Stockmann – pedal steel (track 3,8)
  • Big Brass Machine – blazers (track 1)
31dec/240

The Rolling Stones – Welcome to Shepherd’s Bush

Terwijl The Rolling Stones zich klaarmaakten voor twee uitverkochte concerten in Wembley Stadium, verraste de band hun fans op 8 juni 1999 met een concert in de kleine zaal van Shepherd’s Bush Empire in London. Slechts 1800 fans hadden geluk dit intieme concert bij te mogen wonen. De setlist bestond uit echte Stones klassiekers en nummers die de band zelden live brengen. Dit unieke concert is op 6 december uitgebracht op het album Welcome to Shepherd’s Bush.

Na de woorden van de speaker “Ladies and gentlemen, please welcome The Rolling Stones”, barst het concert los met het fel rockende Shattered, gevolgd door It’s only rock ‘n’ roll (But I like it), met felle gitaarduels en sprankelende keyboards. De gashendel wordt daarna verder open getrokken met de gitaarrocker Respectable onder leiding van een stoïcijns drummende Charlie Watts. Met All down the line gaat de band terug naar 1972 (Exile on Main St.). Een stomende versie  met volop backing vocals en de fantastische blazerssectie. Het tempo zakt daarna in de ballad Some girls met een Mick Jagger in vocale topvorm, naast de vette gitaarpartijen. Prachtig is het pianospel van Chuck Leavell in de ballad Melody, een song die voor het eerst sinds 1977 weer live wordt gespeeld. Heerlijke backing vocals, een jazzy gitaarsolo en een trombonesolo van Michael Davis. I got the blues (Sticky fingers 1971) is ook een song die zelden live wordt gespeeld. De soul druipt er vanaf in deze slowblues met blazers en een orgelsolo. Herinneringen aan Otis Redding komen spontaan bij mij boven. Het tempo gaat daarna weer omhoog met twee songs van het album Voodoo lounge (1994). Allereest Brand new car met wah wah gitaar en de fijne blazers en daarna Moon is up, met een onverstoorbaar drummende Charlie Watts, een song die voor het eerst live wordt gespeeld.

Cd 2 opent met Saint of me, een song van hun twee jaar daarvoor verschenen album Bridges to Babylon. Het enthousiaste publiek zingt aan het eind het refrein acapella uit volle borst mee. In Honky tonk women is een vocale gastrol voor Sheryl Crow. Na het voorstellen van de bandleden trekt Jagger zich even terug en is het tijd voor Keith Richards om de leadzang over te nemen met de gebruikelijke twee songs. Ronduit schitterend is You got the silver, met akoestische slide, naast Ronnie Wood en Blondie Chaplin. Daarna barst het geweld los in de vette gitaarrocker Before they make me run. Een dampende versie met de weer prominent aanwezige blazers, evenals de backing vocalisten waarbij deze keer ook Leah Wood. Met een strak gespeeld Route 66 van Bobby Troup gaan The Stones terug naar 1964. Charlie Watts legt de bodem en Richards en Wood gaan er gitaristisch tegenaan in You got me rocking. De blazers stelen de show daarna in Tumbling dice. De soulvolle backing vocals van Lisa Fischer mogen er ook zijn. Het voorlaatste nummer is een lange spetterende versie van Brown sugar met uiteraard de bekende scheurende saxsolo van Bobby Keys. Jumpin’ Jack Flash is de gloedvolle afsluiter waarin iedereen er nog een keer 100% tegenaan gaat.  

Conclusie: Onbegrijpelijk dat het zo lang heeft geduurd voordat dit sublieme concert nu voor iedere (Stones) liefhebber is te horen en te zien.

Tracks cd 1:

  1. Shattered
  2. It’s only rock ‘n’ roll (But I like it)
  3. Respectable
  4. All down the line
  5. Some girls
  6. Melody
  7. I got the blues
  8. Brand new car
  9. Moon is up

Tracks cd 2:

  1. Saint of me
  2. Honky tonk women
  3. Band introductions
  4. You got the silver
  5. Before they make me run
  6. Route 66
  7. You got me rocking
  8. Tumbling dice
  9. Brown sugar
  10. Jumpin’ Jack Flash

Line-up:

  • Mick Jagger – zang, gitaar, harmonica
  • Keith Richards – gitaar, zang
  • Charlie Watts – drums
  • Ronnie Wood – gitaar
  • Darryl Jones – bas, backing vocals
  • Chuck Leavell – keyboards, backing vocals
  • Tim Ries – saxofoon, keyboards
  • Michael Davis – trombone
  • Kent Smith – trompet
  • Lisa Fischer – backing vocals
  • Bernard Fowler – backing vocals, percussie
  • Blondie Chaplin – backing vocals, percussie, akoestische gitaar
  • Leah Wood – backing vocals (track 14)
  • Sheryl Crow – zang (track 11)
27dec/240

Lucinda Williams – Sings the Beatles at Abbey Road

Singer-songwriter Lucinda Williams (26 januari 1953, Lake Charles, Louisiana) loopt ruim vier decennia mee in de muziekscene. In 1979 verschijnt haar debuutalbum Ramblin’ on my mind. Haar grote succes en doorbraak naar een groter publiek, komt in 1998 met het album Carwheels on a gravel road.

In 2020 begon Lucinda Williams de serie Lu’s Jukebox, een project ter ondersteuning van de door COVID-19 getroffen muziekpodia. Telkens stond een artiest, een muziekstijl of een muziekperiode centraal. Achtereenvolgens verschenen vol. 1 (Tom Petty), vol. 2 (Southern soul), vol.3 (Bob Dylan), vol. 4 (Country classics), vol. 5 (Little Christmas) en vol. 6 (The Rolling Stones).

Op 6 december jl. kwam Lucinda Williams, na bijna vier jaar, weer met een nieuw album, Lucinda Williams sings The Beatles from Abbey Road. Dit 7e deel in haar geliefde Lu’s Jukebox serie is opgenomen in de legendarische Abbey Road Studios in Londen.

Dat Lucinda Williams zich omringd weet door een voortreffelijke band wordt meteen duidelijk in het  openingsnummer Don’t let me down, het B-kantje van de Beatles hit Get back uit 1969. Van Rubber soul uit 1965 stamt het nummer I’m looking through you, een melodieuze versie met de typisch ‘klagende’ stem van Williams, Hammond en fijn gitaarwerk. In Can’t buy me love, (1964) horen we een strakke ritmesectie, orgel en een gruizige gitaarsolo. In het losse Rain, de B-kant van de hit Paperback writer uit 1966, horen we weer de indringende zang en fraaie backing vocals. Williams heeft twee composities van George Harrison opgenomen. While my guitair gently weeps, van het dubbelalbum The White Album uit 1968, is en blijft een prachtig nummer, ook hier met ‘slepende’ zang en schitterend fel gitaarwerk. Fraai zijn ook het gitaarwerk en het orgel in het ingetogen Let it be, van het gelijknamige album van The Beatles uit 1970.Drums, bas, orgel en rauwe zang domineren het van The White Album afkomstige duistere Yer blues. De band is strak op dreef, naast de harmoniezang in het refrein van I’v got a feeling (album Let it be). I’m so tired (The White Album) is een heel kort nummer opgebouwd rond de gedreven zang en de backing vocals van Siobhan Kennedy. De tweede compositie van George Harrison is de bekende van het album Abbey Road uit 1969 afkomstige ballad Something. Het gitaarwerk is weer prachtig. With a little help from my friends (Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band, 1967) is voor velen vooral bekend van Joe Cocker. Hier horen we ook een stevige energieke versie met fraaie backing vocals in het refrein. Het slotnummer The long and winding road (Let it be 1970) krijgt met de ‘trillende’ zang weer een typische Lucinda Williams uitvoering.

Conclusie: Een geïnspireerde Lucinda Williams heeft met haar voortreffelijke band met Sings the Beatles from Abbey Road een mooi album toegevoegd aan haar (en mijn) geliefde Lu’s Jukebox serie.  

Tracks cd:

  1. Don’t let me down
  2. I’m looking through you
  3. Can’t buy me love
  4. Rain
  5. While my guitar gently weeps
  6. Let it be
  7. Yer blues
  8. I’ve got a feeling
  9. I’m so tired
  10. Something
  11. With a little help from my friends
  12. The long and winding road

Line-up:

  • Lucinda Williams – zang
  • David Sutton – bas
  • Butch Norton – drums, percussie
  • Marc Ford – elektrische en akoestische gitaar
  • Doug Pettibone – elektrische gitaar, pedal steel, backing vocals
  • Richard Causon – Hammond B-3
  • Siobhan Maher Kennedy – backing vocals
Gearchiveerd onder: Bluestownmusic Geen reacties
11dec/240

Marcus Trummer – From the start

Marcus Trummer is een 23-jarige in Calgary, Alberta, geboren Canadese singer-songwriter-gitarist. In Canada verdient hij al erkenning. De Calgary Herald noemde hem ‘een vroegrijpe gitarist wiens vocalen een wijs-voor-zijn-jaren-vermoeidheid bezitten’. In 2022 sleepte hij een nominatie binnen voor “New Artist of the Year” bij de Maple Blues Awards in Toronto. Vorig jaar reisde hij naar Colorado en won hij de finale van de Telluride Blues Challenge 2023. Trummer is geïnspireerd door de tijdloze muziek van de jaren ’60 en ’70, klassieke soulzangers als Bill Withers en Al Green en gitaristen als BB King en Jimi Hendrix. Vorige maand verscheen zijn debuutalbum From the start.

Het album opent met Holding out for you, tevens de eerste single van het album. De soul van de 70’er jaren spat er van af met de blazers en Hammond. Let you down is ook prachtige soul met jazzy gitaarlicks naast die fantastische blazers. Trompettist Tom Moffett en saxofonist Andrew Moljgun ‘dragen’ de trage soulballad Hard time naast de keys van Miles Evans-Branagh en het sublieme gitaarwerk van Trummer. De fraaie soulballad Waiting for change is gedrenkt in orgeltonen, geruggesteund door de blazers, de backing vocals van Nicky Lawrence en de straffe gitaarsolo’s. De invloed van BB King is te horen in het bluesy The only thing. Sterk is ook de ritmesectie van drummer (broer) Silas Trummer en bassist Stacey Shopsowitz. De soul druipt er weer af in de sterk geinstrumenteerde titeltrack From the start, een song over een oude liefde die geen stand hield. Dat Trummer geïnspireerd is door Al Green is duidelijk te horen in Break my fall. Orgel en blazers trekken daarna in Not the same weer alle registers open. Prominent is het drumwerk en fraai het gitaarwerk in Ready to go. Met fel gitaarwerk en ‘golvende’ keys wordt het album met Let the devil win stevig rockend afgesloten.

Conclusie: From the start is een zeer sterk debuutalbum.

Tracks cd:

  1. Holding out for you
  2. Let you down
  3. Hard time
  4. Waiting for change
  5. The only thing
  6. From the start
  7. Break my fall
  8. Not the same
  9. Ready to go
  10. Let the devil win

Line-up:

  • Marcus Trummer – gitaren, zang
  • Silas Trummer – drums
  • Stacey Shopsowitz – bas
  • Miles Evans-Branagh – orgel, piano
  • Nicky Lawrence – backing vocals
  • Tom Moffett – trompet
  • Andrew Moljgun – saxofoon
6dec/240

Vanessa Collier – Do it my own way

Vanessa Collier is een Amerikaanse saxofoniste, zangeres en songwriter. Zij is geboren in  Dallas, Texas en groeide op in Columbia, Maryland. Zij studeerde een aantal jaren privé saxofoon bij Chris Vadala, waar ze klassiek, jazz en vele andere muziekstijlen bestudeerde. Haar invloeden zijn o.a. Bonnie RaittNorah Jones,Tedeschi Trucks BandRay CharlesSnooks EaglinAretha FranklinHerbie HancockProfessor Longhair en Cannonball Adderley. Collier toerde o.a. met Joe Louis Walker die haar aanmoedigde om een solocarrière te beginnen. In 2014 kwam haar debuutalbum Heart soul & saxophone uit.

Onlangs verscheen haar nieuwe album Do it my own way, een album met acht zelf geschreven songs. Elbow grease is de funky opener met een fraai solerende Vanessa op sax en Doug Woolverton op trompet. Prominent is het drumwerk van Byron Cage daarna in het soulvolle met backing vocals versierde titelnummer Do it my own way. Collier is vocaal en met een spetterende saxsolo in topvorm in het soulvolle Take me back, waarin de backing vocals een extra tintje toevoegen. Wild as a rainstorm is een schitterende soulballad met blazers, subtiele gitaarlicks, fluit en fraaie bastonen aan het eind. De blazers en de sterke ritmesectie zijn geweldig op dreef in het funky Shoulda know better. De geweldige saxsolo halverwege is om van te smullen. Met Just one more belanden we met de rumba in Cubaanse sferen. Rosetta is een van de prijsnummers van het album. In deze rockende gospel brengt Collier een schitterende ode aan, “Ik zou graag in haar voetstappen treden”, de Amerikaanse singer-songwriter-gitariste Sister Rosetta Tharpe (1915 – 1973). Het slotnummer Warrior opent met mooi gitaarspel als een rudimentaire blues, maar de blazers, de gitaar en de intense zang voeren daarna het tempo en het volume op. Het einde is weer heel ingetogen.

Conclusie: Do it my own way is een indrukwekkend mooi album.

Tracks cd:

  1. Elbow grease
  2. Do it my own way
  3. Take me back
  4. Wild as a rainstorm
  5. Shoulda know better
  6. Just one more
  7. Rosetta
  8. Warrior

Line-up:

  • Vanessa Collier – saxofoon, fluit, slide- en resonatorgitaar, zang
  • Laura Chavez – gitaar
  • Scot Sutherland – bas
  • Byron Cage – drums
  • Reverend Charles Hodges – Hammond B3
  • Doug Woolverton – trompet
  • Trey Macias – percussie
  • Maureen Murphy – backing vocals
2dec/240

Willie Nelson – Last leaf on the tree

Singer-songwriter Willie Nelson is still alive and kicking. De op 29 april 1933 in Abbott, Texas, geboren en in Forth Worth, Texas opgegroeide Red Headed Stranger vierde in april van dit jaar zijn 91e! verjaardag. Maar met grote regelmaat verschijnen er nieuwe albums. In mei van dit jaar bracht hij The border uit, een album met originele songs van Willie Nelson en zijn producer Buddy Cannon en zes covers. Op 1 november jl. verscheen zijn 76e (!) solo-studioalbum Last leaf on the tree. Dit nieuwe album is geproduceerd door zijn zoon Micah. Op het album staan enkele eigen nummers en nummers van rocklegendes en artiesten als Neil Young, Tom Waits, Nina Simone, Keith Richards, Warren Zevon en Beck. Het album is opgenomen in Hen House Studio in Venice, Californië.

Het album opent met Last leaf van Tom Waits een ballad met de warme en breekbare stem van Willie en overgoten met een psychedelisch sausje. If it wasn’t broken is een song van Sunny War, de blues-punk-folkgitariste uit Nashville, Tennessee. Micah speelt hier surdo, (een bastrommel), drummer John Densmore van The Doors speelt percussie en naast de mooie gitaarlicks van Willie op zijn Trigger is Nikita Sorokin te horen op viool. Op Lost cause van Beck is Micah multi-instrumentaal aanwezig op gitaar, drums, bas, piano en backing vocals. De mondharp is van good old Micky Raphael. Ingetogen jazzy is het met trillende stem gezongen Come ye van Nina Simone. Mondharp, viool en dulcimer verrijken de mooie versie van Warren Zevon’s Keep me in your heart. Multi-instrumentalist Micah Nelson, percussionist Densmore, mondharpist Raphael zijn naast de fraaie gitaarlicks van Willie te horen in Robbed blind, een song van Keith Richards van zijn soloalbum Crosseyed heart. House where nobody lives is de tweede cover van Tom Waits. Een zeer fraaie versie met zoon Micah die weer veel ‘invult’. Are you ready for the country? is een countrysong van Neil Young met slide, fiddle, mondharp en de licks op Trigger. Van The Flaming Lips, de psychedelische rockband uit Oklahoma, is het nummer Do you realize?. Ingetogen en warm gezongen naast mondharp, percussie en viool. Mica schreef Wheels, dat hier met clapping en synthesizer een psychedelisch tintje krijgt. Broken arrow is de tweede song van Neil Young. Willie zingt met gebroken stem naast de backing vocals van Micah die ook cello speelt. De mooie baslijnen zijn van Aroyn Davis. Willie en Micah schreven samen Colour of sound, een rustig liedje met naast Willie en Micah op akoestische gitaar altsaxofonist Sam Gendel op blokfluit. Het album sluit af met The ghost. Dit nummer verscheen in 1967 op het album The party’s over and other great Willie Nelson songs. Het nummer is opnieuw opgenomenmet Micah op elektrische en akoestische gitaar en mellotron, Micky Raphael op mondharp en Daniel Lanois op pedal steel. Aan het eind van dit nummer is nog de hidden track Looking for trouble te horen.

Conclusie: Een nieuw album van Willie Nelson blijft een lust voor het oor.

Tracks cd:

  1. Last leaf
  2. If it wasn’t broken
  3. Lost cause
  4. Come ye
  5. Keep me in your heart
  6. Robbed blind
  7. House where nobody lives
  8. Are you ready for the country?
  9. Do you realize?
  10. Wheels
  11. Broken arrow
  12. Colour of sound
  13. The ghost

Line-up:

  • Willie Nelson – zang, gitaar (Trigger)
  • Micky Raphael – mondharmonica (track 1,2,3,4,5,6,7,8,9,13)
  • Micah Nelson – akoestische gitaar (track 1 t/m 9,11,12,13), piano (track 1,2,3,7,11), surdo (track 1,2,4,6,7,9,11), percussie (track 1,2,4,6,9,11), cello (track 1,3,7,9,11),steel gitaar (track 1,6), backing vocals (track 2,3,5 t/m 11, 13), bas en drums (track 2,3,5,6,7,8,9,13), elektrische gitaar (track 3,4,5,6,7,9,11,13), clapping (track 4,8,10), dulcimer (track 5), synthesizer (track 6,10), slide gitaar (track 8), mellotron (track 13)
  • Daniel Lanois – pedal steel gitaar (track 13)
  • Aroyn Davis – bas (track 11)
  • John Densmore – percussie (track 1,2,6,9)
  • Sam Gendel – alt saxofoon (track 4,10,11), blokfluit (track 12)
  • Kevin Smith – contrabas (track 1)
  • Nikita Sorokin – viool (track 2,5,9), fiddle (track 8)
  • Magatte Sow – drums (track 4)
  • Harlan Steinberger en Jeremy Steinberger – clapping (track 4)