Dromen zijn bedrog
We schakelen over naar Hilversum voor een extra uitzending van het NOS Journaal. ‘Xander van der Wulp in Den Haag, Xander wat gaat er gebeuren’. ‘Minister president Mark Rutte heeft groot nieuws voor Nederland Annechien. Hij komt er nu aan’. Mark Rutte komt breed lachend en met wapperende haardos aangehuppeld en neemt plaats achter het katheder. In zijn kielzog Jaap van Dissel en Irma Sluis. Rutte zet zijn breedste glimlach op, tikt nog een keer op de microfoon en steekt van wal. ‘U bent vrij!! U mag staan waar u wil! We hebben met grote krachtsinspanning het vermaledijde coronavirus gearresteerd en achter slot en grendel opgeborgen. Heb je hier nog wat aan toe te voegen Jaap’? Jaap schudt van nee. Gebarentolk Irma springt juichend op, hopend dat haar gebaren te volgen zijn. Einde van de kortste en belangrijkste persconferentie van de afgelopen jaren. Terug naar Hilversum.
Verbijsterd laat ik de woorden van Mark Rutte op me inwerken. Ik zal toch niet dromen? Wat een schitterend nieuws. Ik ga straks meteen naar Reeuwijk om mijn kleinzoon van 4 maanden eens lekker te knuffelen. Dan meteen achter de computer om mijn vakantie te boeken. Hopelijk is het in België ook weer allemaal normaal want wat heb ik zin om over de boulevard van De Panne te flaneren. Mijn Museumjaarkaart klaarleggen. Vanmiddag de stad in, een terrasje pakken en een grote Westmalle Tripel bestellen. Vanavond naar een goed restaurant in de Goudse binnenstad. Even de schade van de laatste maanden inhalen! Ik hol naar mijn radiospullen om te kijken of mijn microfoon, die dik onder het stof zit, nog werkt. Wat heb ik zin om een voetbalwedstrijd te verslaan. En het maakt mij niet uit welke ploegen er spelen. Desnoods Bal Op Dak 7 tegen De Lekke Bal 5. Oh ja, dat is waar ook, de competitie is afgelopen. Maar wie weet wordt er ergens nog vriendschappelijk gevoetbald. Of een waterpolo-, een korfbal-, een rugby-, een hockey- of een volleybalwedstrijd. ‘Desnoods een partijtje jeu-de-boules’ jubel ik met luide stem.
‘Hé, rustig, wat is er’? Ik krijg een stomp in mij zij, schrik wakker, wrijf in mijn ogen, kijk verschrikt op mijn wekker en zie dat het middernacht is. ‘Mark Rutte zei dat de coronacrisis voorbij is’, stamel ik. Langzaam dringt het tot me door dat ik gedroomd heb. Ik onderdruk nog net een vloek. Vertwijfeld laat ik me achterover vallen in bed. Mijn droom was helaas bedrog. Maar eens zal alles weer normaal worden. Toch nog maar even volhouden om met Rutte te spreken.