Gerritschinkel.nl Columns & meer

5nov/150

Steeleye Span

De folkmuziek beleefde begin jaren 70 van de vorige eeuw een opleving. Bekende folkgroepen die toen opkwamen waren o.a. Fairport Convention (met Richard Thompson, Sandy Denny en Iain Matthews) en Steeleye Span.

Steeleye Span werd in 1969 opgericht en kende vanaf het begin een groot aantal wisselingen in de bezetting. De huidige bezetting bestaat uit zangeres Maddy Prior, bassist en zanger Rick Kemp, drummer Liam Genockey, gitarist Pete Zorn, leadgitarist en pianist Julian Littman en violiste Jessie May Smart.

Steeleye Span toert nog steeds en doet ook Nederland weer aan. Woensdag 4 november trad de band op in de Goudse Schouwburg. Ik ken Steeleye Span alleen van die bekende hit uit 1975 en was benieuwd. De grote zaal was goed gevuld, voornamelijk met oudere jongeren om het zo maar eens te zeggen. Drummer Genockey, die er met zijn lange grijze baard als een apostel uitziet, kwam als eerste op en zette zich achter zijn drums. Onder applaus volgden de overige bandleden en openden met Cold haily rainy night, gevolgd door Sir James the rose, All things are quiet silent met Littman op piano en The Gardener. Vervolgens werd een aantal nummers van hun meest recente album Wintersmith (2013) gespeeld. Het album is gebaseerd op een boek van de Engelse schrijver van humoristische fantasy boeken die zich vooral afspelen op de Discworld, de dit jaar overleden Terry Pratchett. Crown of ice was een uptempo folkrocknummer met een solerende Julian Littman. In Ancient eyes/You een prachtige bijdrage van violiste Jessie May Smart. The dark Morris tune is weer een zeer stevig nummer. De band kwam überhaupt steviger over dan ik had verwacht.

Na de pauze werd afgetrapt met The sovereign prince, het verhaal over koningin Elisabeth I, de dochter van Hendrik VIII en Anna Boleyn, gevolgd door weer een nummer van het album Wintersmith, The summer lady. In The weary cutters/New York girls viel de prachtige a capella zang aan het begin op. Ronduit schitterend was Cromwell’s skull, de morbide ballade over de 17e eeuwse staatsman Oliver Cromwell. En natuurlijk kon niet uitblijven waar velen op hadden zitten wachten, de grote hit All around my hat. Hoewel haar stem hier en daar niet alle hoge tonen meer haalt zong Maddy Prior dit lijflied met verve. Ze fungeerde tevens als dirigent bij de community zang van de fans in de zaal. Bassist Kemp nam de vocalen voor zijn rekening in Wintersmith, de titeltrack van hun album uit 2013. Een lekker rockend nummer was daarna Boys of Bedlam, van oorsprong een traditional uit de 18e eeuw over jongens in een gekkenhuis in Londen.

En voor je het weet wordt het laatste nummer aangekondigd, het prachtige a capella gezongen Somewhere along the road. Een schitterende toegift en na lang klappen kwam de band nogmaals terug op het podium. Een unicum volgens Maddy, want dit was voor de eerste keer dat ze een 2e toegift speelden. We geloven het maar. Na The blackleg miner was het echt over en uit. Met een buiging naar en onder applaus van het publiek verdween Steeleye Span in de coulissen.

Mijn eerste, en misschien wel mijn laatste kennismaking met Steeleye Span is mij goed bevallen. Zoals ik al eerder zei, de band speelde steviger dan ik van te voren had gedacht. Echte folkrock dus. En voor degenen die het concert hebben gemist, RTV Gouwestad heeft opnamen gemaakt die waarschijnlijk rond de Kerstdagen worden uitgezonden.

 

 

Gearchiveerd onder: Concertrecensies Geen reacties
5nov/150

Live at the Tokyo Dome – The Rolling Stones

De archieven van The Rolling Stones zijn geopend want er verschijnen met enige regelmaat live albums. In de serie From the vault verschenen al Hampton Coliseum 1981, L.A. Forum 1975 en The Marquee Club 1971. Echte fans hadden deze opnamen al op bootlegs, maar nu verschijnen ze officieel. Beeld en geluid zijn opgepoetst en er is sprake van prachtig verzorgde uitgaven.

En sinds eind oktober ligt het eerder in 2012 als download verkrijgbare Live at the Tokyo Dome nu in de winkels. Opgenomen op 26 februari 1990 in The Tokyo Dome, tijdens de Steel Wheels Tour, toen The Rolling Stones voor het eerst in Japan optraden. En het was, naar later bleek, de laatste tour met bassist Bill Wyman.

Met het mediterrane intro en het knallende vuurwerk opent het concert met de spetterende gitaar van Keith Richards in Start me up, gevolgd door Bitch met voor het eerst de blazers. Van hun meest recente album Steel Wheels uit 1989 worden Sad sad sad, Almost hear you sigh, Rock and a hard place met Bobby Keys en The Uptown Horns en Mixed emotions gespeeld. Vooral die laatste twee nummers tonen dat The Stones er weer zin in hebben. The Harlem shuffle, de cover van Bob & Earl, van het matige album Dirty work uit 1986 krijgt een gloedvolle souluitvoering. Gouwe ouwen als Ruby Tuesday, Miss you, Honky tonk women  en de prachtige ballad You can’t always get what you want (Matt Clifford op French horn) gaan er bij het Japanse publiek in als koek. Het hoogtepunt van cd 1 is het ruim 10 minuten durende Midnight rambler met Jagger op een scheurende mondharmonica.

Cd 2 begint met twee nummers waarop Keith Richards de leadvocals voor zijn rekening neemt, de jachtige bluesrocker Can’t be seen en uiteraard het onvermijdelijke Happy. Paint it black wordt uitstekend vertolkt, goed gitaarwerk, goede zang, een onverstoorbare Bill Wyman op bas en een krachtig en strak meppende drummer Charlie Watts. Dan breekt het psychedelische gedeelte van de show aan met het sfeervolle 2000 Light years from home, dat aan het eind overgaat in het bezwerende Sympathy for the devil, met schrikdraadsolo’s van Keith Richards. In Gimme shelter krijgt Jagger vocale steun van Lisa Fischer en Cindy Mizelle. It’s only rock ‘n’ roll behoeft geen nadere toelichting, is altijd een feest en in Brown sugar blaast Bobby Keys zich te longen uit het lijf met de bekende saxsolo. Satisfaction krijgt een spetterende uitvoering en de toegift Jumpin’ Jack Flash sluit het concert voortreffelijk af. Met een buiging naar het Japanse publiek nemen de Stones afscheid.

Conclusie: Na de magere periode in het midden van de jaren 80, waarin het voorbestaan van The Rolling Stones meer dan eens op het spel stond, heeft de Britse band aan het einde van dat decennium een sterke comeback gemaakt en dat hebben ze in het nieuwe millennium op het podium weer volop laten zien. Een prachtig voorbeeld daarvan is op Live at the Tokyo Dome een beeld en geluid voortreffelijk vastgelegd. Dit smaakt naar meer. Gelukkig beschikken The Stones over een groot archief. Afijn, later deze maand verschijnt het volgende deel in de serie From the vault, Leeds 1982.

The Band

  • Mick Jagger (zang, gitaar)
  • Keith Richards (gitaar, zang)
  • Charlie Watts (drums)
  • Ronnie Wood (gitaar, backingvocals)
  • Bill Wyman (bas)
  • Lisa Fischer (backingvocals)
  • Cindy Mizelle (backing vocals)
  • Bernard Fowler (backingvocals, percussie)
  • Chuck Leavell (keyboards, backingvocals)
  • Matt Clifford (keyboards, backingvocals, percussie, French horn)
  • Bobby Keys (saxofoon)
  • Chrispin Cloe, Paul Litterat, Arno Hecht, Bob Funs (The Uptown Horns)

Tracks CD 1:

  1. Intro: Continental drift
  2. Start me up
  3. Bitch
  4. Sad sad sad
  5. The Harlem shuffle
  6. Tumbling dice
  7. Miss you
  8. Ruby Tuesday
  9. Almost hear you sigh
  10. Rock and a hard place
  11. Mixed emotions
  12. Honky tonk women
  13. Midnight rambler
  14. You can’t always get what you want

Tracks CD 2:

  1. Can’t be seen
  2. Happy
  3. Paint it black
  4. 2000 Light years from home
  5. Sympathy for the devil
  6. Gimme shelter
  7. It’s only rock ‘n’ roll
  8. Brown sugar
  9. (I can get no) Satisfaction
  10. Jumpin’ Jack Flash