Gerritschinkel.nl Columns & meer

26jun/170

Zappen langs de tv kanalen

De sportredactie van RTV Gouwestad is met vakantie en dat betekent dat mijn weekends er de komende weken anders uit zien. Ik hoef er zelf niet met mijn microfoon op uit en dat is even wennen. Maar er is geen sprake van een sportloos tijdperk, dus staat het passief van sport genieten voorlopig voorop.

Neem het afgelopen weekend. Zappend langs de televisiekanalen kom je als sportliefhebber volop aan je trekken. Een kleine greep. Op RTV Noord zag ik een reportage over de Nellie Cooman Games in Stadskanaal. Ik was in 2008 zelf bij deze wedstrijden en heb toen nog staan praten met Oscar Pistorius, de beroemde ‘blade runner’ die nu een gevangenisstraf van 6 jaar wegens doodslag uit zit. Uiteraard ook naar het NK wielrennen gekeken. Spannende finish en een verrassende winnaar. Daarna snel overgeschakeld naar Sporza waar het een al even spannende eindspurt werd. Ik verheug me nu al op de Ronde van Frankrijk die a.s. zaterdag van start gaat.

O ja er was ook nog voetbal, de Confederations Cup, maar daar ben ik niet voor thuis gebleven. Ook niet voor de GP van Azerbeidzjan waar Max Verstappen weer motorpech had. Ik heb trouwens, met alle respect voor Max, niet veel met autosport.

Van motorsport daarentegen hou ik wel. Naast MotoGP van Assen heb ik zondagavond weer genoten van het onvolprezen televisieprogramma ‘Andere tijden sport’ over het legendarische zijspanduo Egbert Streuer en Bernard Schnieders. Het weekend heb ik met ‘filosoof’ Streuer in gedachten daarna afgesloten met een hoofdstuk uit ‘Zen & de kunst van het motoronderhoud’, de cultroman van Robert M. Pirsig uit 1974, die ik vorige week (toevallig) heb aangeschaft.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
23jun/170

Red hot, a Memphis celebration of Sun Records – Diverse artiesten

Sun Records is een van de meest legendarische platenlabels in de muziekgeschiedenis. Het label wordt in 1952 in Memphis Tennessee opgericht door Sam Phillips, de ontdekker van Elvis Presley. Sun Records is het label van artiesten als Elvis Presley, Carl Perkins, Johnny Cash, Roy Orbison en Jerry Lee Lewis. Een bekende producer in de jaren ‘50 bij Sun Records is Jack Clement. De kleine Sun Studio aan Union Avenue was de geboorteplaats van de vroege rock ‘n ‘ roll. Elvis Presley neemt er zijn eerste plaatje op en de sound van Sun (country, blues, gospel, rockabilly en R&B) verandert de hele muziekgeschiedenis.

Deze maand kwam het album Red hot, a Memphis celebration of Sun Records uit, een tributealbum aan het beroemde Sun label. Een (huis)band bestaande uit Luther Dickinson (gitaar), John Paul Keith (gitaar), Cody Dickinson (drums), Amy LaVere (bas) en Rick Steff (keys) brengt samen met een aantal andere artiesten een ode aan een aantal grote artiesten die hun roem hebben vergaard op het Sun label. De opbrengsten van dit album gaan naar het St. Jude Children’s Research Hospital.

Het album wordt ontspannen geopend door singer-songwriter John Paul Keith met Red cadillac and a black moustache, een lekker rockabilly nummer dat in 1973 door Warren Smith op de plaat werd gezet. Ook Brian Setzer en Bob Dylan hebben dit nummer ooit opgenomen. Sure to fall is daarna een echte tearjerker van Carl Perkins uit 1955, hier vertolkt door singer-songwriter Valerie June uit Memphis Tennessee. De rockabilly slaat vervolgens weer toe in het door de uit Perryville Arkansas afkomstige Shawn Camp in Lonely weekends, ooit door Charlie Rich, Waylon Jennings en Brian Setzer op de plaat gezet. Ways of a woman in love, een countrysong geschreven door Charlie Rich en opgenomen door Johnny Cash in 1958, wordt mooi vertolkt door de in Moscow Tennessee geboren singer-songwriter Bryan Hayes. De huisband is in grote vorm als ze Chuck Mead begeleiden in Red hot, de overbekende rockabilly song van Billy ‘the kid’ Emerson uit 1955 en ook bekend van o.a. Billy Lee Riley & the Little Green Men (1957) en Ronnie Hawkins (1959). Blueszanger Bobby Rush uit Homer Louisiana brengt zijn eigen Tough titty. Na deze prachtige slowblues brengt zangeres en bassiste Amy LaVere uit Memphis Tennessee een jazzy vertolking van Ten Cats down van The Miller Sisters uit 1956. De sfeer van Jerry Lee Lewis is volop aanwezig in diens pianoboogie High school confidential door Jimbo Mathus, zanger gitarist van de swingband Squirrel Nut Zippers uit North Carolina. Countryblues gitarist Alvin Youngblood Hart brengt een lekkere versie van Folsom prison blues, de klassieker van Johnny Cash uit 1955. Het album wordt besloten met twee versies van Howlin’ Wolf’s Moanin’ at midnight. In ruim minuten schotelen de producer van dit album Luther Dickinson, oprichter van The North Mississippi Allstars en ook nog enige tijd lid van The Black Crows, en gitarist Lightnin’ Malcolm de luisteraar een dampende versie voor.

Conclusie: De magie van Sun Records gaat hopelijk nooit verloren en met het tributealbum Red hot, a Memphis celebration of Sun Records wordt deze magie opnieuw leven ingeblazen. Een heel mooie ode.

Tracks:

  1. Red Cadillac and a black moustache – John Paul Keith
  2. Sure to fall – Valerie June
  3. Lonely weekends – Shawn Camp
  4. Ways of a woman in love – Bryan Hayes
  5. Red hot – Cast of Sun Records feat. Chuck Mead
  6. Tough titty – Bobby Rush
  7. Ten cats down – Amy LaVere
  8. High school confidential – Jimbo Mathus
  9. Folsom prison blues – Alvin Youngblood Hart
  10. Moanin’ at midnight – Luther Dickinson
  11. Moanin’ at midnight – Luther Dickinson (bonus track)
19jun/170

Still testifying – My Darling Clementine

Michael Weston King (Derbyshire 11 november 1961) is een succesvolle singer-songwriter die op zijn 16e naar Liverpool vertrekt waar hij in de postpunkscene in een aantal bands speelt. Midden jaren ’80 wordt hij beïnvloed door Amerikaanse band als R.E.M., Green on Red, The Dream Syndicate en The Triffids en door deze band raakt hij geïnteresseerd in de muziek van Gram Parsons, Hank Williams, The Byrds, Lyle Lovett, Dwight Yoakam en Nanci Griffith. King wordt lid van de countryrockband Gary Hall and The Stormkeepers tot deze band in 1991 uiteenvalt. In 1992 formeert hij de alt. countryband The Good Sons waarmee hij vier albums opneemt. King heeft ook tien soloalbums op zijn naam staan. Hij heeft o.a. samengewerkt met Chris Hillman, Ron Sexsmith, Jackie Leven en Townes van Zandt die ook Weston’s song Riding the range heeft opgenomen.

Lou Dalgliesh, is een gevierde Britse zangeres die o.a. samenwerkte met Elvis Costello, Bryan Ferry en het Brodsky Quartet. Van 1993 tot 2000 brengt zij vier albums uit, waaronder het bekende Live at Ronnie Scotts. Dalgliesh is ook te bewonderen in het door haar geschreven toneelstuk They call het Natasha, een verhaal van obsessie en verbeelding, gebaseerd op een reeks songs van Elvis Costello die voor het eerst op het Festival van Edinburgh werd uitgevoerd.

Het echtpaar Michael Weston King en Lou Dalgliesh vormt sinds 2010 samen het in Birmingham opgerichte duo My Darling Clementine. In 2011 wordt hun eerste album How do you plead? uitgebracht. In 2012 winnen ze The Americana Music Artist of the Year tijdens de British Country Music Awards. In dat jaar wordt ook hun eerste single 100.000 Words uitgebracht. Het tweede album van de band The reconciliation? verschijnt in 2013.

In 2014 gaf My Darling Clementine in het Vereniging Koninkrijk onder de noemer ‘The other half’ een aantal shows met misdaadauteur Mark Billingham, waarvan in 2015 ook een album met die titel verscheen, met o.a. gastopredens van acteur David Morrissey, zanger Graham Parker en het Brodsky Quartet.

Deze maand verscheen Still testifying, het nieuwe album van My Darling Clementine. Op dit album is  weer duidelijk te horen dat de band oorspronkelijk is begonnen met een eerbetoon aan de grote Amerikaanse duo’s uit de jaren ’60 en ’70, zoals Tammy Wynette & George Jones, Johnny Cash & June Carter en Dolly Parton & Porter Wagoner. King en Dalgliesh worden op Still testifying begeleid door gerenommeerde Britse musici als b.v. gitarist Martin Belmont (Graham Parker & The Rumour, Nick Lowe, Elvis Costello), bassist Kevin Foster (Ducks Deluxe, Jackie Leven), drummer Neil Bullock (Chuck Berry, Ronnie Scott) en organist en accordeonist Geraint Watkins (Bill Wyman’s Rhythm Kings, Dave Edmunds, Van Morrison, Paul McCartney, Mark Knopfler).   

De opener The embers & the flame is een lekkere uptempo countrysong met fijne blazers en zang in de beste traditie van Dolly Parton & Porter Wagoner. In de ballad Eugene is de gevoelige zang van Dalgliesh te horen en de begeleidingsband is lekker op dreef in Your’s is the cross that I still bear. Na de tranentrekkende ballad Since I fell for you gaat het er steviger aan toe in There’s nothing you can tell me, met afwisselende zang van Dalgliesh en King. Jolene’s story is weer een prachtige countryballad.  Mooi gitaarwerk en drumwerk zoals dat op meerdere songs van Roy Orbison is te horen. In  de ‘slepende’ countryballad Friday night, Tulip Hotel is Geraint Watkins te horen op accordeon. Subtiele blazers, orgel, piano en mooie bastonen van Kevin Foster vullen de afwisselende zang van Dalgliesh en King mooi aan in Just a woman. Lekker is de ‘driving’ saxofoon in de countryrocker Tear stained smile. Een van de prijsnummers is de countryballad Two Lane Texaco. Mooi pianospel, prachtige duozang en heerlijke blazers. het album wordt teder en in stijl afgesloten met Shallow. Gevoelige duozang met akoestische gitaar.   

Conclusie: Still testifying is een heel mooi album. Country en americana van grote klasse.

Tracks:

  1. The embers & the flame
  2. Eugene
  3. Yours is the cross that I still bear
  4. Since I fell for you
  5. There’s nothing you can tell me (that I don’t already know)
  6. Jolene’s story
  7. Friday night, Tulip Hotel
  8. Just a woman
  9. Tear stained smile
  10. Two Lane Texaco
  11. Shallow

Line up:

  • Michael Weston King – zang, akoestische gitaar
  • Lou Dalgleish – zang, piano, star trek lady
  • Geraint Watkins – orgel, accordeon
  • Martin Belmont – elektrische en bariton gitaar
  • Kevin Foster – elektrische en akoestische bas
  • Liam Grundy – piano, wurlitzer
  • Neil Bullock – drums
  • Bob Loveday – viool, viola, recorder
  • Matt Holland – trompet, flugelhorn
  • Nick Pentelow – sax, klarinet
  • Andy Wood – trombone, euphonium
  • Angie Pollock – backing vocals
  • Oliver Darling – backing vocals
  • Tuck Nelson – bongo’s, backing vocals, horse’s hooves
  • Neil Brockbank – vibrafoon
  • Mabel Dalgleish-King – recorder, klockenspiel, vocals

 

19jun/170

De transferperiode

Het jaarlijkse circus van de overschrijvingen bij de amateurvoetballers is weer achter de rug. Jaarlijks verhuizen soms weer hele volksstammen. Bij sommige elftallen is het zo dat de supporters heel erg aan die nieuwe namen zullen moeten wennen. Maar als ik naar de overschrijvingen van de Goudse voetbalclubs kijk dan valt het allemaal nog wel mee. Hoofdklasser De Jodan Boys timmert het meest aan de weg, maar om je ambities om op termijn naar de 3e divisie te gaan kracht bij te zetten, zullen ze ‘moeten’. Of iedereen daar blij mee is is een tweede, want het aandeel ‘echte’ Jodan Boys wordt steeds kleiner. Kampioenen zijn op de een of andere manier vaak aantrekkelijk en daarom kan ONA de nodige nieuwe spelers verwelkomen. Bij Olympia, DONK en Gouda is het vrij rustig gebleven. Het aantal mutaties valt mee.

Hoewel er bij de amateurs ook het nodige geld aan te pas komt is dit absoluut niet te vergelijken met de absurde bedragen in het topvoetbal. De miljoenen vliegen je om de oren. Voor relatief onbekende voetballers wordt zonder blikken of blozen 40 miljoen euro neergeteld. Dat die voetballers daarna op de reservebank weg zitten te kwijnen is blijkbaar geen enkel probleem. Spelersmakelaars wrijven zich in de handen en hun ogen puilen uit van de dollartekens. Modale profvoetballers verdienen in een week meer dan een minister in een heel jaar. In de tijd die ik nodig heb (nog geen half uur) om deze column te schrijven verdient Ronaldo zo’n 5000 dollar! Hoe kun je dit allemaal uitgeven terwijl je ook de belasting nog even tilt. Ik gun het hem maar de grenzen zijn totaal zoek.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
12jun/170

Het wonder van Reeuwijk-dorp

Hoewel het seizoen voor sporters ten einde is was er het afgelopen weekend toch nog het nodige te beleven. Allereerst was daar het NK Masters, het grote atletiekevenement in het Groenhovenpark. De organisatoren van AV Gouda liepen zo trots als een pauw rond. En terecht, want de Goudse atletiekvereniging had het toch maar mooi voor elkaar gekregen om dit Nederlands kampioenschap te organiseren. En dat je nooit te oud bent om te sporten werd nogmaals bewezen. Zelfs 80+ atleten hadden de stoute sportschoenen aangetrokken. Hoewel ik nog lang geen 80 ben stond ik toch een beetje jaloers te kijken. Ik hoefde alleen mijn microfoon maar vast te houden en wat vragen te stellen, en daar heb je niet zo veel conditie voor nodig.

Het andere grote sportevenement vond zondag in Reeuwijk-dorp plaats. Ik vond het verbazingwekkend rustig toen ik naar Kaagjesland fietste, maar eenmaal ter plaatste aangekomen werd mij alles duidelijk. Ik schat dat zo’n beetje half Reeuwijk zich rond het voetbalveld had geschaard om hun favoriete trots aan te moedigen. RVC ’33 verbaast al jaren vriend en vijand door met fris, vrolijk en ongecompliceerd voetbal grote successen te boeken. Ik herinner me nog goed de wedstrijden in de kelder van het amateurvoetbal in de Goudse bond en het komend seizoen spelen ze zomaar in de 1e klasse. Een primeur, Olympia kan de borst vast nat maken. Trainer Vincent Stolwijk kan met heel veel trots afscheid nemen van zijn RVC ’33. Hulde!

Het wonder van Reeuwijk-dorp is geschied. Ik vrees dat het nog heel lang onrustig is geweest aan het feestende Kaagplein. Sterker nog, ik weet het wel zeker.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
10jun/170

Hall of Fame Concert – The Marshall Tucker Band

Eind jaren 60 en vooral de jaren 70 van de vorige eeuw zijn de bloeitijd van de zgn. southern rock. In het zuiden van de VS ontstaan bands als The Allman Brothers Band, Lynyrd Skynyrd, Outlaws, Charlie Daniels Band, The Marshall Tucker Band, Atlanta Rhytm Section en Wet Willie.

Een van die southern bands is The Marshall Tucker Band, opgericht in 1972 in Spartanburg, South Carolina. De band bestaat dan uit zanger Doug Gray, leadgitarist, zanger Toy Caldwell, toetsenist, saxofonist en fluitist Jerry Eubanks, ritmegitarist George McCorkle, drummer Paul Riddle en bassist Tommy Caldwell. The Marshall Tucker Band (vernoemd naar een pianostemmer uit Spartanburg), krijgt een platencontract bij Capricorn Records en in 1973 verschijnt hun debuutalbum The Marshall Tucker Band. Hun meest succesvolle album is Carolina dreams uit 1977.

In 1980 komt bassist Tommy Caldwell bij een auto-ongeluk om het leven en neemt Franklin Wilkie zin plaats in. In de jaren 80 zijn er nog meer wisselingen in de samenstelling en in 1993 overlijdt ook medeoprichter en componist Toy Caldwell. The Marshall Tucker Band bestaat 45 jaar na hun oprichting nog steeds. De huidige bezetting bestaat uit zanger Doug Gray, toetsenist, saxofonist en fluitist Marcus James Henderson, de gitaristen Chris Hicks en Rick Willis, bassist Tony Black en drummer B.B. Borden.

Op 19 september 1995 geeft The Marshall Tucker Band een concert in The Memorial Auditorium in Spartanburg, South Carolina. In 2013 werd hiervan een album uitgebracht en vorige maand werd dit concert opnieuw op cd uitgebracht onder de titel Hall of Fame Concert. The Marshall Tucker Band werd tijdens dit concert bijgestaan door een keur aan bekende en bevriende artiesten.

Bij de opening van het concert heet de executive director van The Hall of Fame het publiek welkom en vraagt een applaus voor de 22 leden van The Marshall Tucker Band, waarna de band meteen hun grote hit Heard it in a love song inzet en waarvan het refrein massaal wordt meegezongen. Daarna volgt een spetterende versie van This ol’ cowboy, met Jimmy Hall van Wet Willie op harmonica, Charlie Daniels op fiddle, twee roffelende drummers, gitaarduels en fluitsolo’s. Charlie Daniels speelt vervolgens een spetterende vioolsolo en Ronald Radford een verschroeiende gitaarsolo op de instrumental Long hard ride. Prachtig is de steel gitaar in Desert skies  en Jerry Eubanks heeft zijn fluit hier ingeruild voor de saxofoon. Searchin’ for a rainbow wordt opgedragen aan de gebroeders Toy en Tommy Caldwell. Een prachtige countryrocker met wederom een mooie steel van Radford, Charlie Daniels op fiddle en Jimmy Hall op mondharmonica. Extra drumkracht is hier van Butch Trucks van The Allman Brothers Band. Fire on the mountain was altijd een van mijn favoriete songs van The Marshall Tuckerband en is het enige nummer dat niet is geschreven door Toy Caldwell, maar door gitarist George McCorkle. Heerlijk nummer met die fluitsolo en de fiddle van Daniels, de steel, de slidegitaar en het orgel. Na de bijna een kwartier lange stomende uitvoering van 24 Hours at a time, met maar liefst twee saxofonisten, een drumsolo van Paul Riddle en gierende gitaren gaat het tempo iets omlaag in de countryballad In my own way met weer de bekende fluitsolo’s. In Ramblin’ rockt de band er ruim tien minuten op los en boksen vijf gitaristen tegen elkaar op. Een heel mooi akoestisch intermezzo is het aan Toy en Tommy Caldwell opgedragen Asking to much of you, waarin zanger Doug Gray slechts begeleid wordt door George McCorkle en Rusty Milner op akoestische gitaar. Het concert wordt besloten met de hit Can’t you see, waar naast Gray Jimmy Hall de leadvocals voor zijn rekening neemt.  

Conclusie: The Marshall Tucker Band was altijd al een van mijn favoriete southern rockbands en het album Hall of Fame Concert bevestigt dit voor mij nogmaals. Southernrock van grote klasse.

Tracks:

  1. Heard it in a love song
  2. This ol’ cowboy
  3. Long hard ride
  4. Desert skies
  5. Searchin’ for a rainbow
  6. Fire on the mountain
  7. 24 Hours at a time
  8. In my own way
  9. Ramblin’
  10. Asking too much of you
  11. Can’t you see

Line up:

  • Doug Gray – vocals all tracks
  • Franklin Wilkie – bas (track 1, 9, 11)
  • Rusty Milner – lead gitaar (track 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8, 9, 10)
  • Gary Guzzardo – drums (track 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 11)
  • Paul Riddle – drums (track 1, 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9, 11)
  • Jerry Eubanks – fluit (track 1, 2, 6, 8), saxofoon (track 4, 7, 9), keys (track 5), orgel (track 6)
  • George McCorkle – gitaar (track 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10)
  • Tim Lawter – bas (track 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 11)
  • Charlie Daniels – fiddle (track 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9)
  • Jimmy Hall – mondharmonica (track 2, 5, 6, 9), lead vocals (track 11)
  • Hughie Thomasson – gitaar (track 2, 6, 7, 9)
  • Stuart Swanlund – gitaar (track 2, 7, 9), slide (track 6)
  • Ronald Radford – (steel) gitaar (track 3, 5, 6)
  • Butch Trucks – drums (track 5, 6, 9), percussie (track 11)
  • Jaimoe – percussie (track 5, 9)
  • Chris Hicks – gitaar (track 7, 9)
  • David Muse – saxofoon (track 7), keys (track 9), hammond (track 11)

 

8jun/170

Outlaw justice – Lightnin’ Malcolm

Lightnin’ Malcolm is een charismatische en energieke zanger/multi-instrumentalist uit Clarksdale, Mississippi. Hij speelt gitaar, bas, footdrums en mondharmonica en is dus kortom een One Man Band. De muziek van Malcolm is een mengeling van rauwe countryblues, funk, soul, rock, reggae, hiphop, West Afrikaanse tribale elementen, gospel en country. Zijn veelal melodieuze songs zijn gebaseerd op die van zijn helden Bob Marley, Sam Cooke, Hank Williams, Bob Dylan en Jimi Hendrix.

Lightnin’ Malcolm won The Blues Music Awards Best Debut Artist in 2009. In de bluesscene van Mississippi heeft hij naam gemaakt en heeft hij samen gespeeld met traditionele legendes als Hubert Sumlin, R.L. Burnside, Honeyboy Edwards, James Cotton, T. Model Ford en Charlie Musselwhite. Als hij niet in zijn eentje op het podium staat treedt hij als duo op met drummer Cedric Burnside, de kleinzoon van R.L. Burnside.

Zijn albums Renegade (2011) Rough out there (2013) en Foot Soldier (2016) werden over het algemeen positief ontvangen. In april jl. verscheen Outlaw justice, het nieuwe album van Lightnin’ Malcolm en op dit album is hij weer de One Man Band en speelt alle instrumenten zelf, met uitzondering van een aantal tracks waarop Trina Raimey drumt. Het album opent lekker broeierig en zompig met de bluesrocker Country store. Die lekkere zompige sfeer zet zich voort in Ain’t no place met een mooie gitaarsolo en in het uptempo rockende Big rock met pittig drumwerk van Trina Raimey. Man who ruled is een fraaie ballad met ingetogen zang en een lyrische gitaarsolo. Rudimentaire rauwe ‘spoken’ countryblues is het met een harmonica versierde Nuclear fallout cave. Malcolm neemt de slide ter hand in Cold blooded killer terwijl hij melodieus zingt achter de hamerende drums. Na het goede gitaarwerk in het enigszins bezwerende Master’s hand, de slepende harmonica in Mighty thin belanden we in de gospelachtige sfeer van de countryblues High water. De countrysfeer overheerst in het prettig in het gehoor liggende Last cowboy outlaw. In de snelle talking blues Justice department is duidelijk te horen dat Bob Dylan een van de helden is van Malcolm, zeker als de mondharmonica er bij komt. Een van de mooiste nummers op het album is het instrumentale Oonada, waarin Malcolm toont een uitstekend gitarist te zijn met soms subtiel fingerpicking gitaarspel. In  het funky Just my job, met fel slidespel, zijn zydeco en texmex invloeden te horen. Het slotnummer Terror waves is een totaal van de rest afwijkend nummer met veel geluiden en een tirade afstekende Malcolm.

Conclusie: Outlaw justice is een lekker zompig blues(rock)album met een vette groove van authentieke muziek met invloeden uit alle windstreken. Lightnin’ Malcolm heeft bovendien een stem waar de nodige soul in zit.

Tracks:

  1. Country store
  2. Ain’t no place
  3. Big rock
  4. Man who ruled
  5. Nuclear fallout cave
  6. Cold blooded killer
  7. Master’s hand
  8. Mighty thin
  9. High water
  10. Last cowboy outlaw
  11. Justice department
  12. Oonada
  13. Just my job
  14. Terror waves

 

7jun/170

Go – Jocelyn & Chris Arndt

Jocelyn Arndt vormt samen met haar broer Chris samen een heel jong retro rockduo uit Cambridge, Massachusetts. Zangeres Jocelyn en gitarist Chris, studeren aan de Harvard University, maar als ze niet studeren maken ze volop muziek. In 2016 maakten Jocelyn & Chris Arndt met hun vaste band, bestaande uit bassiste Kate Sgroi en drummer David Bourgeois, een grote tournee door eenentwintig staten van de VS. In januari 2017 verscheen het livealbum ‘30,000 Miles’ met opnamen van die tournee.

En alsof het vier maanden geleden uitgebrachte album 30.000 Miles al weer is vergeten, verscheen er onder het motto “Another year, another album” vorige maand Go, het nieuwe album van Jocelyn & Chris Arndt. Het duo wordt op dit nieuwe album begeleid door hun vaste bandleden Kate Sgroi (bas) en David Bourgeois (drums) en zijn er gastmuzikanten ingehuurd, te weten toetsenisten Danny Louis (Gov’t Mule) en Beau Sasser (Kung Fu) en zanger Bryan Barbarin (The Routine). De twaalf nieuwe nummers, waarvan elf door Jocelyn & Chris zelf geschreven, werden het afgelopen half jaar opgenomen.

Het album opent met Footprints on the moon, tevens de nieuwe single. In de nummer horen we meteen de krachtige uitbundige zang van Jocelyn. Een lekker begin met ook het fraaie orgel van gasttoetsenist Danny Louis. De gedreven zang van Jocelyn, wiens stem associaties oproept aan Grace Slick, Janis Joplin, Alanis Morrisette, Fiona Apple en Grace Potter, om er maar een paar te noemen, is ook vervolgens te horen in Ready steady go. Felle uithalen op gitaar, scheuten mondharmonica, golvende orgeltonen en de uitbundige zang toveren Home om in een stevige funky bluesrocker. Bad business is een prachtige ballad en hierna gaat het er weer steviger aan toe in het ‘huppelende’ I’m fine. In het broeierige Red stops traffic gaan bij Jocelyn weer alle remmen los met haar fenomenale vocale uithalen. De ritmesectie is prima op dreef in Make a move. Hollow is een heel gevarieerd nummer, het begint met subtiele gitaarklanken en ingetogen zang maar explodeert al snel in een stevige rocker, waarna de subtiliteit en het ‘geweld’ elkaar aflossen. En dat alles onder leiding van die uitmuntende zang van Jocelyn. History rockt lekker weg met fijn gitaarwerk van Chris en het door Nolan Neal en Rikki Jo Randall geschreven My heart beats yours is weer een fraaie gitaarballad met die verpletterende zang van Jocelyn. Het pareltje op het album is Shine, heldere ingetogen zang en subtiele begeleiding van piano en akoestische gitaar. Het slotnummer Devil may care is weer een opwindend bluesy nummer met blazers en lekkere vocalen.

Conclusie: Mijn waardering voor het duo Jocelyn & Chris Arndt is na mijn kennismaking een half jaar geleden met hun live album alleen maar toegenomen. Go is een fantastisch album.

Tracks:

  1. Footprints on the moon
  2. Ready steady go
  3. Home
  4. Bad business
  5. I’m fine
  6. Red stops traffic
  7. Make a move
  8. Hollow
  9. History
  10. My heart beats yours
  11. Shine
  12. Devil may care
5jun/170

Van oude mensen de dingen die voorbij gaan

Het eerste wat ik s-morgens vroeg doe is de krant uit de brievenbus halen en hem bij een kop thee en een boterham openslaan. Maar aangezien er op 2e Pinksterdag geen kranten verschijnen heb ik de tv maar aangezet en een opgenomen aflevering van ‘Andere tijden sport’ opgezet. De aflevering van oud scheidsrechter John Blankenstein. Hem werd op het laatste moment de leiding van de Champions League finale tussen AC Milan en FC Barcelona ontnomen. De ware reden hiervoor heeft men nooit kunnen achterhalen. Vaak wil archiefonderzoek dan nog wel eens wat opleveren maar in dit geval ook niet omdat er helemaal geen archiefbescheiden bij de UEFA uit 1994 meer blijken te zijn. Merkwaardig!

Ik ben iemand die moeilijk van dingen afscheid kan nemen en dus nogal wat bewaart, hetgeen mijn vrouw weleens tot wanhoop drijft. Ik geef toe dat je niet alles kunt bewaren, maar ik vrees toch dat er als we niet uitkijken veel historisch materiaal verloren gaat. Daarom is de oproep van Hans Sanders en Hans Brouwer om oude spullen van SV Gouda niet zo maar weg te gooien mij uit het hart gegrepen.

Gouda kent een prachtige sportgeschiedenis en veel mooie feiten en verhalen zijn gelukkig bewaard gebleven en worden beheerd door een aantal mensen met hart voor de sport. Velen kennen het fenomeen ‘Goudanet Sportstad’ en ik zie regelmatig op FB oude sportfoto’s voorbij komen. En uit de reacties hierop blijkt dat dit veel Goudse sportmensen enorm aanspreekt.

Goudanet is niet meer maar diezelfde liefhebbers gaan binnenkort verder met de website ‘Gouda Sportstad’. Een prachtig initiatief. Het verleden is de basis voor de toekomst.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties