Het kasteel
Oude tijden herleefden in het afgelopen weekend. Het EK schaatsen werd in de buitenlucht verreden. Met enige weemoed moest ik terugdenken aan de tijden van Ard en Keesie die in storm en wind elkaar te vuur en te zwaard bestreden. Met potlood en papier op schoot bij een vriendje (want die hadden televisie) alle tijden noteren (want er was geen teletekst). Piet Kleine die in een sneeuwstorm een gouden Olympische medaille veroverde. Ik was er bij in 1971 in Heerenveen in het zeiknatte onoverdekte Tialf. Ingepakt in plastic en gewapend met warme erwtensoep en rookworst zag ik Jan Bols verkeerd wisselen. Weg kampioenschap. Wat een tijden.
De verwende schaatsers klaagden steen en been, en sprake schande dat een WK op een buitenbaan wordt gehouden. Maar het was wel genieten van een prachtige ambiance. Vooral toen het donker werd met het verlichte kasteel van graaf Dracula op de achtergrond en de volle maan die tevreden tussen de bomen neer keek op het winterse tafereel. Anton Pieck had het niet mooier kunnen bedenken. Het oog wil ook wat. Kom daar maar eens om in een benauwde overdekte accommodatie. Schaatsen is toch een wintersport. Een afdaling ga je toch ook niet overkappen, laat staan een Elfstedentocht. Lijkt me trouwens een hele klus.
Schaatsen in de buitenlucht, ik mag het wel. Het enige wat in Boedapest onbrak was een lekkere sneeuwbui. En de titel kwam weer in Nederlandse handen. Na de Beer van Lemmer was nu Koning Sven heerser van de Hongaarse poesta. De tijden waren ook uit oude tijden, maar voor records gaan ze maar lekker de hal in.
Leave a comment