Het kan verkeren
Het afgelopen sportweekeinde was er een van vreugde en verdriet, van een dosis geluk en een portie pech. Van verrassingen en van zelfsprekendheden. Van spanning en sensatie tot ronduit pure saaiheid. ‘Het kan verkeren’, sprak de dichter Bredero.
Nederland plaatste zich na een slechte en saaie wedstrijd voor het EK voetbal in Duitsland. De meeste ophef was er na afloop van de wedstrijd door het vreemde optreden tijdens een interview van matchwinnaar Wout Weghorst. Als je niet wilt horen dat het ondanks de winst toch een matige en een saaie wedstrijd was dan ontbreekt er echt iets aan je perceptie. En het was een saaie wedstrijd want ik ben halverwege letterlijk in slaap gevallen.
Er sneuvelden bij de wereldbekerwedstrijden schaatsen in Beijing weliswaar geen reputaties maar zowel Jutta Leerdam als Irene Schouten leden zeldzame en onverwachte nederlagen. Vanzelfsprekend was daarentegen uiteraard weer de overwinning van Formule I coureur Max Verstappen in Las Vegas. En dat tennisser Novak Djokovic de ATP Finals in Turijn won was ook niet echt een verrassing.
Terug naar de amateurvoetbal. Daar werden zaterdag de eerste periodetitels vergeven. Door het kostbare puntverlies vorige week tegen Be Fair greep ONA net naast de 1e periodetitel. DONK waande zich door de onverwachte nederlaag van koploper VUC even winnaar van de 1e periode. Maar in de idioot lange blessuretijd werd een zeker schijnende overwinning uit handen gegeven. Pech?
Het woord pech mogen de Olympianen wel in de mond nemen, want in een min of meer gelijk opgaande wedstrijd liep Olympia in de extra speeltijd tegen een zure en niet verdiende nederlaag aan. Na de eerste overwinning vorige week was er sprake van optimisme. Voor het eerst na ruim 1½ jaar moest weer eens een uitwedstrijd worden gewonnen. Men had uitgerekend dat de laatste uitoverwinning van Olympia dateerde van 10 april 2022. In Sint Willebrord werd toen met 2-3 gewonnen van Rood Wit. Ja dacht ik, daar was ik getuige van, is dat al weer zo lang geleden? Dan moet het op 2 december in Wassenaar bij SVC ’08 maar gebeuren.

Johnny Laporte – That’s me
Johnny Laporte (1952, Medan) emigreerde in 1958 met zijn familie vanuit Indonesië naar Nederland om zich in Haarlem te vestigen. Op jonge leeftijd kwam Johnny, met zijn broer Guus, als gitaristen in de muziekscene terecht. Johnny ging spelen in de Oscar Benton Blues Band. Sinds 1974 speelt Johnny samen met zijn broer in de Haarlemse bluesband Barrelhouse. Barrelhouse is met twee Edisons bekroond en is in 2012 opgenomen in de Dutch Blues Hall of Fame. De band bestaat volgend jaar 50 jaar. Dit jubileum gaat gevierd worden met een uitgebreide afscheidstournee.
In 2018 maakte Laporte met Oscar Benton het album I am back en in 2019 het album Mirror’s don’t lie. In de coronaperiode begon hij in zijn homestudio te werken aan eigen repertoire. Het resultaat verschijnt deze maand op zijn eerste soloalbum. Dit album, That’s me, kan terecht een soloalbum worden genoemd want Johnny bespeelt op dit album alle instrumenten en maakt ook zijn debuut als zanger. Gelijktijdig met That’s me verschijnt op dezelfde dag (18 november) Johnny’s debuutroman Zwijgen zweeg gezwegen. Voor een aantal songs op het album zijn de teksten ontleend aan deze roman. Album en boek worden op 18 november a.s. om 13.30 uur in Theater Hakim in Haarlem gepresenteerd.
That’s me opent uptempo met Waitin’. Melodieus gitaarwerk en halverwege een vertrouwde gitaarsolo. Better run through the fire, met ingetogen zang, is een mooie blues die me af en toe in de verte doet denken aan I just can’t be satisfied van Muddy Waters. Schitterend is het gitaarspel, in de stijl van Peter Green, in de op de klassieker Summertime geïnspireerde bluesballad Forbidden fruit. Lyrisch zijn daarna de gitaarlicks in Jimmy Rogers midtempo blues World’s in a tangle en in de ingetogen gospelachtige blues At the end of the book. Het ‘smachtend’ gezongen Angel fly home is gitaristisch een pareltje. Lekker is het pianospel naast het bijtende en lyrische gitaarwerk in Robert Johnson’s klassieker Ramblin’ on my mind. Een schitterende versie. Behalve op de elektrische gitaar is Laporte in Bobby ain’t dump ook als bassist op dreef. Een synthesizer is te horen in het reggae-achtige We gotta tie her down. Laporte speelt weer fraai piano in het rustige jazzy Storyteller. In de boogie There’s a war outside is Laporte zo te horen duidelijk beïnvloed door John Lee Hooker. Het slotnummer, de instrumentale swampblues Play it, met strak drumwerk en een fraaie pianosolo, wordt opgeluisterd met een aantal samples van de ‘Swamp Fox’ Tony Joe White.
Conclusie: That’s me is een afwisselend bluesalbum van een gedreven en allround bluesman. Een zeer prettig in het gehoor liggend solodebuut.
Tracks cd (inclusief 2 bonustracks):
- Waitin’
- Better run through the fire
- Forbidden fruit
- World’s in a tangle
- At the end of the book
- Angel fly home
- Ramblin’ on my mind
- Bobby ain’t dumb
- We gotta tie her down
- Storyteller
- There’s a war outside
- Play it
Het lek boven water ?
Toen Ajax een aantal weken geleden op een historische laatste plaats van de Eredivisie belandde werd de trainer eruit geschopt. Onder de nieuwe trainer werden daarna twee competitiewedstrijden gewonnen. Weliswaar tegen laagvliegers, maar de opmars werd ingezet. ‘Het lek was boven’ dacht menig supporter, maar international ging het goed fout en zondagmiddag was het Almere City FC dat weer zand in de Amsterdamse motor strooide. Blijkbaar is het veronderstelde lek toch nog niet boven water.
Jodan Boys speelde twee weken geleden een dramatisch slechte wedstrijd in Montfoort en verloor na die verliespartij ook de aansluiting met de topploegen. Vorige week richtten de Gouwenaars zich op en versloegen in een uitstekende wedstrijd Roda ’46 met 4-0, en zaterdag was het weer hallelujah. Terwijl ik op die novembermiddag moest denken aan de woorden van de in Langbroek geboren dichter Gerrit Achterberg: ‘De nederige dagen van november zijn weer gekomen, grijze als een emmer’, werd SVL puntloos naar Langbroek teruggestuurd. Was er even sprake van een lek en is dat nu boven? Geen idee. We gaan het zien.
Olympia smaakte zaterdag het genoegen de eerste overwinning van het seizoen te boeken. Hoe kon het dat de Goudse 2e klasser zo’n uiterst beroerde start kende. Maar als er één schaap over de dam is volgen er misschien meer. Maar even afwachten wat het resultaat komende zaterdag in en tegen Nieuwkoop is.
Gouda verloor opnieuw met ruime cijfers en wacht nog steeds op de eerste driepunter. Maar de hekkensluiter speelt met een vrijwel compleet nieuw team en dan is het niet reëel om wonderen te verwachten.
De waterpolovrouwen van GZCDONK stonden na vijf wedstrijden puntloos onderaan in de eredivisie. Een vreemde plaats voor de meervoudig landskampioen, maar als je bedenkt dat er sprake is van een grote leegloop dan is het niet zo vreemd. De routiniers zijn er niet meer en trainster Ingrid Veenhuis moet het met jeugdig talent doen. Bouwen aan een nieuw team. Dat is haar wel toevertrouwd. Zondag werden de eerste punten gehaald. De mooie(re) tijden komen zeker terug.

Chickenforce – Chickenforce 2
Chickenforce is een project van Gooitzen Greidanus, Rik Meijer en Nico Outhuijse uit Friesland. Vorig jaar bracht Rik Meijer, die eerder al werkte met Erwin Java, Huub van der Lubbe, Bert Heerink e.v.a., het album Chickenforce 1 uit. Op dit album werd ook meegewerkt door een aantal door de wol geverfde musici als Cindy Oudshoorn, Monique Bakker, Fokke de Jong en Jack Bottleneck.
Begin november is Chickenforce 2 verschenen, een album met 12 covers. Ook op dit album zijn, net als op het vorige album, weer een groot aantal gastmusici die hun sporen in de muziekscene hebben verdiend te horen. Chickenforce 2 is opgenomen in Studio Greenbaum van Nico Outhuijse.
Het openingsnummer Fool in love is een cover van Ike & Tina Turner uit 1961. Opwindende R&B met de enigszins rauwe zang van Minke Adema. Blues about you baby (2002) is een van de twee covers van de Texaanse singer-songwriter Delbert McClinton. Rock ‘n’ roll met een swingende piano en zang van Jack Bottleneck. Leon Russell’s Hummingbird (1970) is een schitterende ballad. Fraaie duozang van Monique Bakker en Kevin Stuurhaan en fantastisch gitaarwerk van Rik Meijer. De groovy ritmesectie Fokke de Jong (drums) en Gooitzen Greidanus (bas) is op dreef in het funky Why did you do it, een hit van de Britse band Stretch uit 1975. Cobus Prins neemt in dit nummer de zang voor zijn rekening. In het uptempo soulvol door Jack Bottleneck gezongen Need never get old, een song van de Amerikaanse zanger-gitarist Nathaniel Rateliff uit 2016, is Ruben Mulder te horen op keyboards en Willem Pen op saxofoon. Total control is een cover van de Amerikaanse new-wave band The Motels uit 1979. Pieter Sijbesma is de leadzanger naast de fraaie bastonen, de felle gitaarlicks van Meijer en het orgel van Ruben Mulder. Monique Bakker neemt de zang voor haar rekening in het funky Single bed, een song van de Britse band Fox uit 1978. De backing vocals zijn van Auke Busman. Midnight rambler is een compositie van Mick Jagger en Keith Richards uit 1969 en nog steeds een vast onderdeel van de concerten van The Rolling Stones. Hier horen we een mooie soulvolle uitvoering met zang van Einte Bijlsman en backing vocals van Minke Adema en Cindy Oudshoorn. De felle gitaarlicks zijn uiteraard van Meijer. Love you like a man is een jazzy rocker van de Amerikaanse folk-blueszanger-gitarist Chris Smither uit 1970. De zang is van Pieter Sijbesma en Bas Kleine glorieert op mondharp. Jack Bottleneck en Minke Adema zijn weer fantastisch op dreef in de schitterender door Billy Maddox en Paul Thorn geschreven ballad What I could do. Prachtig is ook het mandolinespel van Meijer. Lie no better (1997) is de tweede cover van Delbert McClinton met zang van Cobus Prins, Bas Kleine op mondharp en een strakke ritmesectie. Het slotnummer is Gun in my hand, een song van de Amerikaanse rockband Dorothy uit 2016. Een bluesrocker met uitbundige zang van Cindy Oudshoorn en een huilende mondharp van Bas Kleine.
Conclusie: Chickenforce 2 is een uitstekend album. Laat Chickenforce 3 maar snel komen.
Tracks cd:
- Fool in love
- Blues about you baby
- Humming bird
- Why did you do it
- Need never get old
- Total control
- Single bed
- Midnight rambler
- Love you like a man
- What I could do
- Lie no better
- Gun in my hand
Een zekerheid
Ik heb zondagmiddag met plezier op de televisie gekeken naar het EK veldrijden in Pont-Château. Ik vind veldrijden sowieso een leuke sport om naar te kijken, vooral als het weer ‘meewerkt’, waardoor het parcours in een grote modderpoel wordt omgetoverd. Renners die na enkele minuten al door de bagger en de hoosbuien totaal onherkenbaar worden.
Fem van Empel werd zondag Europees kampioene veldrijden. Geen grote verrassing want als deze veelvraat aan de start verschijnt is de winnares vaak al bekend. Zondag was het na één ronde al duidelijk wie op de hoogste plaats van het schavot zou staan.
Is het eigenlijk leuk dat van te voren vast staat wie de wedstrijd zal gaan winnen? Voor de fans wel, maar hoe kijkt de ‘neutrale’ toeschouwer daar tegenaan. Max Verstappen is elke keer een zekerheid en ik kan me voorstellen dat dit ook frustraties kan oproepen bij zijn tegenstanders, maar ook bij autosportfans die liever een spannende wedstrijd zien.
Zo zijn er nog meer sporters die regelmatig op voorhand al de spanning uit een wedstrijd halen. Als vroeger sprinter Usain Bolt aan de start verscheen dan wist je het wel. Tegenwoordig geldt dat ook voor de hordeloopster Femke Bol. Iets dichter bij huis is de Oudewaterse rolstoeltennisster Diede de Groot een sportster die haar tegenstanders bijna altijd verslaat. Schaatser Patrick Roest uit Lekkerkerk is ook vrijwel altijd een zekerheid.
Zonder iets af te doen aan de grote prestaties kun je twisten over het feit of het leuk is dat een sporter of sportster vaak een zekerheid is. Ik beken eerlijk dat ook ik mijn voorkeuren heb en het niet altijd erg vind als mijn favoriet de wedstrijd snel ‘dood’ maakt. Maar als verslaggever kan het niet spannend genoeg zijn. Wat is mooier om live, ver in de extra speeltijd, de winnende treffer de ether in te slingeren. Of melden dat een ploeg na een hopeloze achterstand het onwaarschijnlijke verricht en na 90 minuten toch juichend het veld verlaat. Wat zou het mooi zijn als hekkensluiters Olympia en Gouda a.s. zaterdag een keer winnen.

foto ANP
Geschiedenis
Oktober wordt ook wel de wijnmaand genoemd. Maar sinds 2011 is oktober ook de maand van de geschiedenis. Zondag jl. won Martin Bossenbroek met Zanzibardriehoek, een geschiedenis over de slavenhandel op Zanzibar van 1860 – 1900, de geschiedenisprijs 2023.
Valt het woord geschiedenis dan denkt men over het algemeen aan gebeurtenissen die in het verleden hebben plaatsgevonden. Maar er wordt ook nog dagelijks op veel gebieden nieuwe geschiedenis geschreven. Ik beperk me hier tot de sport.
Zo boekte autocoureur Max Verstappen zondag tijdens de GP van Mexico zijn 16e overwinning in één seizoen. Een record dat binnenkort ongetwijfeld weer wordt herschreven, net zoals het totaal aantal zeges dat ‘onze’ Max op zijn conto gaat schrijven. Zondagmiddag om 16.30 uur schreef Ajax ook geschiedenis. De club bereikte een historisch dieptepunt door af te zakken naar de laatste plaats in de Eredivisie. Sporthistorici rollen in de media over elkaar heen om deze unieke situatie toe te lichten. Sommigen beweren het degradatiespook in de Arena al te hebben gezien. Nu zijn er meer gerenommeerde voetbalclubs gedegradeerd, maar ik kan me absoluut niet voorstellen dat de recordkampioen van Nederland volgend seizoen in de 1e divisie speelt.
Ik deed afgelopen zaterdag radioverslag van de wedstrijd ONA – Gouda. De stadsderby die voor het eerst in de geschiedenis van beide Goudse voetbalclubs in competitieverband op de zaterdagmiddag werd gespeeld. Door de overvloedig gevallen regen was het hoofdveld niet bespeelbaar en moest uitgeweken worden naar het 2e veld. Een beetje troosteloze omgeving met niet overdreven veel toeschouwers. Ik hoorde van oudere voetbalfans mooie nostalgische verhalen uit het verleden toen de wedstrijden van ONA en Gouda door duizenden enthousiaste toeschouwers werden bijgewoond. Hoe anders was dat nu. Komen deze tijden ooit weer terug? Ik kan me nog tijden herinneren dat sporthal De Springers afgeladen was voor de topwedstrijden van Radius. Das war einmal. Allemaal geschiedenis.
L’histoire se répète, de geschiedenis herhaalt zich wordt wel eens gezegd, maar ik ben wat dat betreft somber gestemd. Bij de derby Olympia – DONK waren vorige maand zo’n 1000 toeschouwers aanwezig. Hopelijk was dit geen uitzondering.

De belangrijkste bijzaak
‘Voetbal is de belangrijkste bijzaak van het leven’. Deze uitspraak wordt toegeschreven aan Kees Jansma, hoewel sommigen beweren dat sportcommentator Herman Kuiphof de geestelijk vader is van deze wijsheid. Hoe dan ook, deze uitspraak is eigenlijk een afgeleide van het 19e eeuwse Duitse gezegde ‘Sport ist die wichtigste Nebensache der Welt’. Zelfs paus Johannes Paulus II schijnt dit ook eens te hebben gememoreerd.
Sinds dit weekend twijfel ik of voetbal de belangrijkste bijzaak is van het leven. De oorlog in Oekraïne en het drama in Israel en Gaza worden bijna verdreven van de voorpagina’s van de kranten en in de diverse radio- en televisieprogramma’s. Aanleiding zijn de ‘resultaten’ van Ajax. Iedereen heeft weer een mening en de, al dan niet gemeende adviezen, zijn niet van de lucht. Trainer Maurice Steijn heeft wel prettigere tijden beleefd. Op het moment dat ik dit schrijf (maandagmorgen) is hij nog trainer, maar de opportunistische voetbalwereld is nog veranderlijker dan het weer.
Voetbalwedstrijden die tijdelijk worden gestaakt omdat er blikjes bier op het veld worden gegooid zorgen bij veel sportliefhebbers voor onbegrip. De KNVB roept maatregelen in het leven die nauwelijks tot niet te handhaven zijn. Vorig jaar sloeg de bond stoere taal uit door clubs te verplichten een regenboogband te dragen, maar sinds vorige week laten ze dit vrijblijvend over aan de clubs. Hoezo verantwoordelijkheid nemen!
In Duitsland zijn (Nederlandse) voetballers die een ‘afwijkend’ standpunt innemen door de clubleiding ter verantwoording geroepen en zelfs op non-actief gesteld. Bang voor het oplopen van imagoschade lijkt hier de hoofdzaak.
Terug naar de blikjes en plastic glazen die op het veld worden geworpen. Jodan Boys speelde zaterdag een beroerde bekerwedstrijd. Een schrale troost was dat de strafschoppen net iets beter werden genomen, waardoor de volgende ronde werd bereikt. Ik heb supporters die teleurgesteld waren over het vertoonde spel van hun favorieten echter geen blikjes of plastic glazen zien werpen als protest. Had ik ook niet verwacht trouwens, maar je kunt het nooit weten. Overal heb je idioten, zeker ook in deze belangrijkste bijzaak van het leven.

Adam Douglas – Dancing for the moon
De Amerikaanse singer-songwriter-gitarist Adam Douglas (1981) is geboren en getogen in Oklahoma. In 2008 verhuist hij naar Noorwegen en vestigt zich in 2017 in Harestua. In 2015 verschijnt zijn debuutalbum I may never learn. In 2016 wint Douglas het Baltic Songfestival in Karlshamn en in 2017 de muziekwedstrijd Stjernekamp op NRK. Voor zijn 4e album Better angels uit 2021 wint hij de Spellemannprijs in de klasse blues.
Begin november verschijnt Dancing for the moon, het nieuwe album van Adam Douglas. Hij wordt op dit album begeleid door een groot aantal voortreffelijke Noorse musici.
Het openingsnummer, Wish I had not said that, een song van J.J. Cale uit 1981, wordt lekker laidback gezongen door Douglas. De fraaie bastonen zijn van Manus Reksjø. Het tempo gaat omhoog in Stop, drop and roll, waarin fantastisch wordt gemusiceerd door de Noorse musici. Uitbundig is de zang in Plenty of time, none to waste. De viool van Mari Birgitte Bølgen Halvorsen en de Wurlitzer van Thor-Erik Fjellvang liggen ook prettig in het gehoor. True blue is een relaxt nummer met een strakke ritmesectie en de backing vocals van Charlotte Bredesen. Déja rendezvous, met een psychedelisch intro, is vooral door de duozang van Douglas en Solveig Slettahjell, een heerlijke countrysong. Sterk is de zang en uitstekend de begeleiding weer in het midtempo He’ll be alright. I need a cigarette is stevig(er) met weer die strakke ritmesectie en een fraaie gitaarsolo. Prachtig is de duozang van Douglas met Christel Alsos in het door Don Williams geschreven We’re all the way. In het opwindende Maybe someday vallen de mooie harmonieen van Charlotte Bredesen en Lars Andreas Aspesaeter op. In het soulvolle Closer to you bewijst Douglas nogmaals dat hij een uitstekende zanger is.
Conclusie: Dancing for the moon is een mooi album van een geweldige zanger.
Tracks cd:
- Wish I had not said that
- Stop, drop and roll
- Plenty of time, none to waste
- True blue
- Déja rendezvous
- He’ll be alright
- I need a cigarette
- We’re all the way
- Maybe someday
- Closer to you
Line-up
- Adam Douglas – zang, gitaren, synthesizers
- Charlotte Bredesen – backing vocals (track 4,9)
- Christel Alsos – zang (track 8)
- Geir Sundstøl – pedal steel, lap steel, clavinet (track 5)
- Lars Andreas Aspesaeter – backing vocals (track 3,6,8,9)
- Mari Birgitte Bølgen Halvorsen – viool, viola (track 2,3)
- Manus Reksjø – bas (track 1,4,5,6,7,8)
- Ruben Dalen – drums, percussie
- Ruben Fredheim Oma – bas (track 10)
- Solveig Slettahjell – zang (track 5)
- Thor-Erik Fjellvang – wurlitzer (track 2,3,4,5,6,7,9,10)
- Tor Egil Kreken – bas (track 2,9)
Old Californio – Metaterranea
Old Californio is een countryrockband o.l.v. singer-songwriter Rich Dembowski uit Zuid-California. Hun platendebuut Along the cosmic Grass verschijnt in 2007. In hun ruim 16-jarige bestaan heeft de band nu zes albums uitgebracht. Het zesde album Metaterranea verschijnt deze maand. Het album is opgenomen in Bonsai Universe Studio in Rosemead, California. De tien nieuwe songs op Metaterranea zijn geschreven door Rich Dembowski.
Old kings road is de melodieuze uptempo countryrocker met een fraaie lap steel van Paul Lacques en een wervelende keyboard- en gitaarsolo. De ballad Come undone, met heerlijk pianospel van Jon Niemann en de slide van Woody Aplanalp, roept herinneringen op aan de sound van The Band. In het ‘slepend’ gezongen The swerve speelt Dembowski lekkere solo’s op zijn string maudal gitaar. Dembowski’s zang is ingetogen, naast de swingende lapsteel en de conga, in het akoestische Timeless things. Destining again is een midtempo countryrock song, met felle gitaarsolo’s, strak drumwerk van Justin Smith en fraaie harmonieen. Het akoestische Weeds (wildflowers) wordt schitterend opgeluisterd door de contrabas van Corey McCormick, de omfloerste drum van Lon Hayes en de nylon string gitaarlicks van Aplanalp. Het fel rockende The seer zou ook op het repertoire van Neil Young en Crazy Horse kunnen staan. De mooie bariton van Dembowski is weer prachtig in het akoestische, enigszins psychedelische Tired for a sea. Het sobere drumwerk van Anthony Logerfo en de contrabas van McCormick zijn ook hier weer een lust voor het oor. Prettig zijn de harmonieen in het harmonieuze Through the days (and past all nights). Just like a cloud is een voortreffelijke afsluiter. Keyboards, de sterkte ritmesectie Logerfo – McCormick en het nummer eindigt met een lange snijdende gitaarsolo van Aplanalp.
Conclusie: Metaterranea is een prima album.
Tracks cd:
- Old kings road
- Come undone
- The swerve
- Timeless things
- Destining again
- Weeds (wildflowers)
- The seer
- Tired for a sea
- Through the days (and past all nights)
- Just like a cloud
Line-up:
- Rich Dembowski – lead zang, gitaar, bas (track 1,2,5,7,9), string maudal gitaar (track 3)
- Woody Aplanalp – gitaar, backing vocals, nylon string gitaar (track 6), lapsteel (track 4), slide gitaar (track 2)
- Jon Niemann – keyboards, piano, bells
- Justin Smith – drums (track 1.2.5.7.9), backing vocals (track 2,5,9)
- Jason Chesney – backing vocals (track 5,6,9)
- Paul Lacques – lapsteel (track 1,7)
- Anthony Logerfo – drums (track 3,8,10)
- Lon Hayes – drums (track 6)
- Corey McCormick – bas (track 3,4,6,8,10)
- Andres Rentaria – conga (track 4)
Rod Picott – Starlight tour
De Amerikaanse singer-songwriter Rod Picott is op 3 november 1964 geboren in New Hampshire. Als kind verhuist hij naar South Berwick in Maine. Op school raakt hij bevriend met Slaid Cleaves, waarmee hij samen jaren muziek maakt, o.a. in het bandje The Magic Rats. In 2000 schrijven ze het nummer Broke down, dat veel gedraaid wordt op de americana zenders in de VS. Het succes hiervan leidt er toe dat Picott zijn baan in de bouw opgeeft om zich volledig aan de muziek te wijden. In 2001 verschijnt zijn debuutalbum Tiger Tom Dixon’s Blues. Picott is dan inmiddels verhuisd naar Nashville Tennessee. Collega’s als Ray Wylie Hubbard, Fred Eaglesmith en Slaid Cleaves hebben songs van Picott opgenomen.
Deze maand verschijnt er weer een nieuw album van Rod Picott, Starlight tour, opgenomen in Skinny Elephant in Nashville, Tennessee, en geproduceerd door Neilson Hubbard, die ook drums en percussie speelt op het album.
Met Next man in line, een song over de vergankelijkheid en het jachtige bestaan, wordt het album lekker ritmisch geopend. Strak is de ritmesectie in het rauwe Tom Waits achtige Digging ditches. Sober en mooi ingetogen gezongen is daarna Television preacher. Iets meer tempo komt er in A puncher’s chance, een opgewekte song over de mogelijkheden om succesvol te zijn in het leven.
Combine, met de mooie repeterende zin ‘All I need is more harvest from this old combine, is een rustige song met mandoline en pedal steel. In het vrolijke Homecoming queen blikt Picott terug op zijn jeugdromen (everybody wants to dance with the queen). In het akoestisch en enigszins fluisterend gezongen titelnummer Starlight tour stelt Picott dat je niet kunt ontsnappen aan de huid waarin je zit. Een prachtig nummer!. Het uptempo en heel fraai geinstrumenteerde Wasteland, is een heerlijki nummer over de woeste heuvels van Georgia. Pelican bay vertelt het emotionele verhaal van een uit Viet goddamn Nam teruggekeerde militair en zijn vrouw Mary. Time to let go of your dream is het indrukwekkende slotnummer waarin een sprankje hoopt wordt geschetst.
Conclusie: Rod Picott stelt eigenlijk nooit teleur. Met Starlight tour heeft hij zijn oeuvre weer met een parel uitgebreid.
Tracks cd:
- Next man in line
- Digging ditches
- Television preacher
- A puncher’s chance
- Combine
- Homecoming queen
- Starlight tour
- Wasteland
- Pelican bay
- Time to let go of your dream
Line-up
- Rod Picott – zang, akoestische gitaar
- Juan Solorzano – elektrische en akoestische gitaar, pedal steel, piano, glockenspiel, trompet
- Lex Price – bas, mandoline
- Neilson Hubbard – drums, percussie