Rhiannon Giddens – They’re calling me home
De Amerikaanse zangeres, violiste en banjospeelster Rhiannon Giddens (21 februari 1977, Greensboro, North Carolina) was in 2005 een van de oprichters van de stringband Carolina Chocolate Drops. Hun debuutalbum Genuine Negro Jig verscheen in 2010 en dit album won een Grammy Award voor Best Traditional Album. De band stond o.a. in het voorprogramma van Taj Mahal en Bob Dylan. In 2013 startte Giddens haar solocarrière en in 2015 kwam haar solodebuutalbum Tomorrow is my turn uit. Rhiannon Giddens woont tegenwoordig in Ierland.
De Italiaanse multi-instrumentalist Francesco Turrisi (9 december 1977, Turijn) verliet in 1997 zijn vaderland om aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag jazzpiano te gaan studeren. Van hem verschenen sinds 2004 een aantal albums uit waarop hij Ierse, Zuid Italiaanse en Arabische traditionele muziek combineert. Turrisi is ook lid van l’Arpeggiata, een band die oude muziek maakt en heeft opgetreden op de belangrijkste klassieke muziekfestival in o.a. Turkije, Rusland, China, Australië, Nieuw Zeeland, Brazilië en Colombia. Francesco Turrisi woont tegenwoordig net als Rhiannon Giddens in Ierland.
Sinds 2018 werken Rhiannon Giddens en Francesco Turrisi samen. In 2019 brengen ze hun alom geprezen duo-album There is no other uit. Zoals eerder gezegd, beiden wonen in Ierland, en vanwege de wereldwijze COVID-19 pandemie konden ze eigenlijk geen kant op en besloten toen tijdens de lockdown in 2020 in Ierland een nieuw album op te nemen. Dit album They’re calling me home verscheen begin april jl. Op dit album verloochenen beiden hun afkomst niet en behalve de Ierse invloeden zijn ook de invloeden van de Amerikaanse en Italiaanse traditionele volksmuziek volop aanwezig. Extra musici op het album zijn de Congolese gitarist Niwel Tsumbu en de Ierse fluitspeelster en uilleann piper Emer Mayock.
Het album opent indrukwekkend met het door de Amerikaanse bluegrass zangeres Alice Gerrard geschreven Calling me home. Prachtige gedragen zang, altviool en een sombere accordeonlijn. Avalon is een opwindend nummer. Op deze compositie van Giddens, Turrisi en Jason Robinson (Carolina Chocolate Drops) is het genieten van het snarenspel van Niwel Tsumbu. Schitterend is de zang van Giddens in Si dolce è’l tormento, een compositie van de Italiaanse componist Claudio Monteverdi (1567 – 1643). De banjo van Giddens en de chitarra battente van Turrisi zijn prominent aanwezig in de bekende hymne I shall not be moved. Via Black as crow belanden we met de Ierse fluit in Ierse sferen. O death is een gepassioneerd gezongen gospel met Turrisi op frame drum. Tsumbu ’s gitaarspel is weer fraai in de instrumental Niwel goes to town. De hemelse zang van Giddens in het semi acapella When I was in my prime, de vioolsolo en het melodieuze spel van Turrissi toveren dit nummer om tot een pareltje. Waterbound is een traditional over North Carolina, waarna fluit en banjo de instrumental Bully for you heerlijk inkleuren. Het Italiaanse slaapliedje Nenna Nenna is louter acapella zang van Giddens en Turrisi te horen. Het album sluit af met een zeer aparte uitvoering van Amazing grace, de door de Anglicaanse priester John Newton in 1772 geschreven christelijke hymne. Een neuriënde Giddens, frame drum en uilleann pipes. Een zeer fraai slot.
Conclusie: De COVID-19 pandemie levert gelukkig niet alleen ellende op want Rhiannon Giddens en Francesco Turrisi hebben ons met They’re calling me home op een verrassend album getrakteerd.
Tracks cd:
- Calling me home
- Avalon
- Si dolce è’l tormento
- I shall not be moved
- Black as crow
- O death
- Niwel goes to town
- When I was in my prime
- Waterbound
- Bully for you
- Nenna Nenna
- Amazing grace
Line-up:
- Rhiannon Giddens – zang, altviool, banjo
- Francesco Turrisi – accordeon, frame drum, cello banjo, chitarra battente, tantan, tombak, calabash, zang
- Niwel Tsumbu – nylonsnarige akoestische gitaar
- Emer Mayock – Ierse fluit, uilleann pipes
Horizontale instroom
“Ach”, dacht de KNVB vorige week, “laten we eens een besluit nemen. Een besluit waar onze amateurclubs blij mee zullen zijn”. Nou niet dus, althans niet allemaal. Het besluit van de KNVB kwam ineens uit de lucht vallen. Met ingang van het seizoen 2022 – 2023 is het mogelijk dat voetbalteams horizontaal instromen. In gewone mensentaal betekent dat b.v. dat een zondag 2e klasser gewoon kan overstappen naar het zaterdagvoetbal. En dan niet zoals eerder was besloten in de laagste klasse moet beginnen. In het geval van district West II is dat nu de 4e klasse. Omgekeerd is die mogelijkheid er ook, maar de kans dat zaterdagclubs overstappen naar prestatievoetbal op zondag lijkt mij vrij klein.
Bij steeds meer clubs speelt nu de gedachte om naar de zaterdag te verhuizen. Die geluiden zijn ook te horen bij SV DONK en RVC ’33. En andere clubs, zoals Olympia en ESTO, volgen de ontwikkelingen met argusogen.
Maar er zijn ook voetbalclubs die balen als een stekker. Neem 2e klasser VV Groeneweg. Enige tijd geleden besloot de club uit Zevenhuizen na wikken en wegen het komende seizoen over te stappen naar de zaterdag. Dat men in de 4e klasse moet beginnen, het zij zo. Maar nu krabt men zich achter de oren of die beslissing niet te vroeg is genomen. Hadden ze nog een jaartje gewacht dan hadden ze hoogstwaarschijnlijk zaterdag 2e klasser kunnen zijn. Of bij promotie zelfs 1e klasser. Gaan ze hun besluit nu heroverwegen?
De conclusie is dat het prestatievoetbal op de zondag op sterven na dood is. Wat wordt er met de wens van weekendvoetbal gedaan? Het wordt in 2022 nog drukker op de zaterdagmiddag. En op zondagmiddag kunnen de fans naar de woonboulevard. Ook een treurig vooruitzicht.