Paul Oscher – Cool cat
Paul Oscher is een multi-instrumentalist, geboren op 5 april 1950 in Brooklyn, New York. Als hij 12 jaar is begint hij mondharmonica te spelen. Zijn muzikale carrière begint op zijn 15e als hij bij Little Jimmy Mae gaat spelen. Van 1967 tot 1972 zit hij in de begeleidingsband van Muddy Waters. ‘Paul Oscher plays the soul I feel’ volgens Muddy. In 1976 toert hij met Louisiana Red door Europa en speelt met blues artiesten als T-Bone Walker, Otis Spann, John Lee Hooker, Buddy Guy, Johnny Young, Johnny Copeland, Big Joe Turner, Hubert Sumlin, Big Mama Thornton en Keb Mo. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Oscher de nodige Blues Music Awards in de wacht sleept. Paul Oscher woont tegenwoordig in Austin Texas.
Vorige maand verscheen Cool cat, het nieuwe album van Paul Oscher. Een album met 13 songs. Een aantal van deze songs heeft Oscher al eerder op de plaat gezet en zijn op Cool cat in nieuwe versies te horen. Na het openingsnummer Money makin’ woman, dat de luisteraar meteen in de klassieke R&B sferen van New Orleans brengt, volgt de slowblues Blues and trouble, met heerlijk pianospel, een spetterende saxsolo en fel gitaarwerk. Daarna wordt de mondharp tevoorschijn getoverd. In de groovy midtempo blues Hide out baby brengt Oscher een lange harpsolo ten gehore en de huilende mondharp is naast de brommende bas huiveringwekkend in de slowblues Work that stuff. De enige cover op het album is Muddy Water’s Rollin’ and tumblin’. Chicagoblues met een scheurende gitaar en backing vocals. Prachtig is de jazzy instrumental Cool cat, met piano, tenor sax, een indringende bassolo en strak drumwerk. Nadat Russel Lee eerst zeer kort een paar woorden over Mississippi heeft gesproken brengt Lee, met fraai gitaarwerk van Oscher, in de rudimentaire Chicagoblues Ain’t that a man vocaal een ode aan James Cotton. De 89-jarige(!) Miss Lavelle White is ingehuurd om de indringende slowblues Dirty dealin’ mama van haar nog krachtige stem op te luisteren. On the edge is een kort jazznummer met fraai pianospel, een ‘lopende’ bas en sax. Na de jazz weer blues in Poor man blues met blazers en de vocalen van Russel Lee. Het lekkerste wordt voor het laatst bewaard met een ruim 9 ½ minuut durende versie van Cool cat. Pianosolo’s, saxsolo ’s, een sprankelende gitaarsolo, bassolo’s, een drumsolo en een korte vocale bijdrage van Lisa Leuschner die met ‘cool cat, cool cat, he’s a cool cat’ het einde van het album inluidt.
Conclusie: De door de blueswol geverfde Paul Oscher heeft met Cool cat weer een lekker album afgeleverd.
Tracks cd:
- Money makin’ woman
- Blues and trouble
- Hide out baby
- Work that stuff
- Rollin’ and tumblin’
- Cool cat (R&B) prologue
- Cool cat (jazz quartet)
- Mississippi poem
- Ain’t that a man (dedicated to Mr. Cotton)
- Dirty dealin’ mama
- On the edge (jazz quartet)
- Poor man blues
- Cool cat (R&B) (long version)
Line up:
- Paul Oscher – piano, tamboerijn, harmonica, gitaar (track 3,5,9,10), zang (track 1,2,3,4,5,6,7,11)
- Johnny Ace – bas (track 1,2,3,4,12)
- Sarah Brown – bas (track 5,10,13)
- Chris Alcaraz – bas (track 7,11)
- Kid Andersen – bas (track 13)
- Russel Lee – drums (track 1,2,3,4,5,10,12), drumsolo (track 13), zang (track 8,9,12)
- Ernie Durawa – drums (track 7,11)
- June Core – drums (track 13)
- Mick Schermer – gitaar (track 1,2,3,4,12)
- Mike Keller – gitaar (track 5,10,13), bas (track 9)
- Eric Burnhardt – bariton sax (track 1,2,4,12)
- Tom Robinson – tenor sax (track 1,2,10,12,13)
- Tomas Ramirez – tenor sax (track 7,11)
- Sunny Lowdown – backing vocals (track 5)
- Jeremy Dowden – backing vocals (track 5)
- Miss Lavelle White – zang (track 10)
- Lisa Leuschner – zang (track 13)
Leave a comment