Hoera voor het vrouwenvoetbal
Telkens als ik Bert van der Kaa zie moet ik weer denken aan die spannende Hemelvaartsdag in 1993. Als doelman van WSE keepte hij de wedstrijd van zijn leven, maar moest uiteindelijk buigen voor een doelpunt van zijn voormalige ploeggenoot Renke Prevo, waardoor DONK kampioen werd van de 4e klasse.
Zondagmiddag zag ik Bert weer. Glunderend stond hij in de kantine van Olympia. Hij was enkele uren daarvoor met zijn vrouwen van Olympia kampioen van de 4e klasse geworden.
Vrouwenvoetbal. Er wordt nog steeds denigrerend over gesproken, maar ik heb een zwak voor het vrouwenvoetbal. Ik ben in een grijs verleden zelfs vijf jaar voorzitter geweest van de damesafdeling van DONK, dat nog in de 1e divisie heeft gespeeld. Mooie tijd.
Deze week begint het WK voetbal voor vrouwen in Canada. Hopelijk zorgen de vrouwen er voor dat het voetbal na het circus Blatter weer positief in het nieuws komt. De NOS zendt alle wedstrijden uit, maar je moet er wel midden in de nacht je bed voor uit. Hopelijk zorgen de Oranje leeuwinnen voor meer erkenning voor het vrouwenvoetbal. De Olympianen Lisa, Fleur, Stefania, Iris, Romina, Kim, Eva, Marijke, Michelle, Yvette, Robin, Marieke, Anja, Rianne, Tamara en Daphne hebben het goede voorbeeld al gegeven. Nu nog een vrouwelijke voorzitter van de FIFA.
Andere tijden sport
Afgelopen zondag was de 1e aflevering van een nieuwe serie van het onvolprezen TV programma Andere Tijden Sport. Ik was enkele weken geleden getuige van de preview van de serie in het Olympisch Stadion. Tom Egbers sprak daar op zijn eigen losse wijze met een aantal hoofdpersonen, zoals de boksers Rudy Koopmans en Alex Blanchard, de honkballegendes Han en Charles Urbanus en de vader en zus van Rik Smits, Nederlands grootste basketballer aller tijden. Cruijff in de Kuip. Forrest Gump op Texel. Henk Faanhof, Jan Nolten en Gerrit Voorting, Nederlandse helden in de Ronde van Frankrijk. Prachtig!
Het Olympisch Stadion is de klassieke omgeving van Andere Tijden Sport. Bij de ingang staan de namen van alle Nederlandse Olympische medaillewinnaars. Ook de namen van het Nederlandse dameswaterpoloteam dat in 2008 in Beijing Olympisch kampioen werd. Een team met een grote Goudse inbreng. Veel toppers die ooit furore maakten bij GZCDONK als speler, speelster en coach.
De dames van GZCDONK werden vorige week voor de 10e keer landskampioen. Ik had Tom Egbers moeten vragen om volgend jaar eens aandacht te besteden aan de meest succesvolle sportvereniging die Gouda ooit heeft gehad. Daar valt vast iets moois van te maken.
Ik zat zondag en zit de komende zes zondagen in ieder geval gekluisterd aan de buis. Ik kan het u ook aanbevelen
Competitievervalsing
En toen dacht Jodan Boys twee weken geleden veilig te zijn. Maar een paar dagen later kreeg Bennekom zijn vijf strafpunten terug. Paniek in Zeist. Laatste competitieronde uitgesteld. De KNVB kreeg nog een draai om de oren want ook Huizen werd in het gelijk gesteld. De teams die zich hierdoor “benadeeld” voelden, dreigden zelfs met een staking. Merkwaardige reactie.
Maar uiteindelijk kwam het voor Jodan Boys afgelopen zaterdag toch nog goed. Er moest gewonnen worden, maar tegenstander ODIN ’59 was al met de gedachten bij de nacompetitie en had dus niets te verliezen. Geen gele kaarten en blessures oplopen was het devies. En dan stel je een veredeld campingelftal op. Jodan Boys vond dit niet erg en won met 5-0. Iedereen tevreden, maar ik kan me voorstellen dat de mededegradatiekandidaten van Jodan Boys de wenkbrauwen hebben gefronst. Competitievervalsing!
Er is in de laatste competitiewedstrijden vaak sprake van competitievervalsing. Teams voor wie niets meer op het spel staat geloven het wel. Ik begrijp dat. “Daar moet de KNVB iets aan doen” hoorde ik zaterdag. Maar wat moet je daar aan doen?
Ik vind wel dat de KNVB zich achter de oren mag krabben want ik heb de indruk dat ze nogal eens ondoordachte beslissingen nemen. Maar dat kan ik niet bewijzen. Tenslotte ben ik geen rechter.
En toen moest het zonder Thoen?
Afgelopen zondag was ik bij de wedstrijd DONK – Haastrecht. Good old Pascal van Driel (37 jaar) stond voor het laatst in de basis van DONK. Zijn zoon Damian was pupil van de week in de afscheidswedstrijd van pa. De opvolger staat dus klaar om de taak van vader over een aantal jaren over te nemen. Pascal van Driel scoorde nog met een magnifieke kopbal, maar kon verlies niet voorkomen. Wel veel emotie na de wedstrijd. Gelukkig zien we hem terug in een andere functie.
Na afloop dronk ik een biertje met Jober Thoen. “Ik stop er ook mee” zei hij gedecideerd. “Veertig jaar wedstrijdsecretaris is genoeg, het is mooi geweest”. Veertig jaar is niet niks. Hij vulde het eerste wedstrijdformulier al in toen alle voetballers die die middag op het veld stonden nog geboren moest worden. DONK zonder Jober Thoen, dat is een zeilschip zonder zeil. Een timmerman zonder een hamer. Een slagroomtaart zonder slagroom.
Het zal even wennen zijn voor iedereen. Nu komt er aan alle mooie dingen een eind, maar bij Jober Thoen weet je het nooit. Ik hoor hem al jaren zeggen dat hij er mee stopt. Het zou nu echt wel eens zo kunnen zijn, maar voor hetzelfde geld meldt hij zich in september gewoon weer bij de scheidsrechter.
Citius – Altius – Fortius
In de VPRO gids van een aantal weken geleden zag ik de aankondiging van een nieuwe serie van Andere Tijden Sport. Voor € 7,50 mocht je de preview in het Olympisch Stadion bijwonen. Dat hoef je mij geen twee keer te zeggen en binnen vijf minuten had ik twee digitale toegangsbewijzen in mijn mailbox.
Gisteren was het zover. Omdat we erg vroeg in de hoofdstad waren hadden mijn vrouw en ik eerst nog tijd om het Paleis op de Dam te bezoeken. De schoonmakers hadden hun werk al gedaan want van de leus Fuck de Koning was niets meer te zien.
Maar om half 3 mochten we eindelijk de zaal in het Olympisch Stadion binnen. De crew van Andere Tijden Sport liep daar al rond en Tom Egbers schudde de nodige handen. Ik kreeg ook een hand. Hij heeft zeer waarschijnlijk nog nooit van mij gehoord maar heette mij van harte welkom en vond het mooi dat ik er was. Aardige man. Om drie uur verstomde het geroezemoes en stak Egbers van wal.
Er staan zeven spiksplinternieuwe afleveringen van het prachtige sportprogramma op de rol. Op 24 mei wordt de eerste aflevering uitgezonden. Deze aflevering staat in het teken van de 3e Europacupoverwinning van Ajax in 1995. Er werden beelden getoond van een piepjonge Patrick Kluivert die twee minuten voor tijd de enige en winnende treffer tegen AC Milan binnen punterde. De toenmalige perschef van Ajax, David Endt werd door Tom naar voren geroepen. Endt kon nog vol vuur vertellen over die wedstrijd en over dat jochie Kluivert, die later dat jaar een dodelijk ongeluk zou veroorzaken. Kluivert praat in de uitzending voor het eerst over die tragische gebeurtenis.
Onder hilariteit van de aanwezigen toonde Tom Egberts vervolgens een enorme schoen. Een basketbalschoen, maat 57! Deze schoen was van Rik Smits, Nederlands meest succesvolle basketballer tot nu toe. Van 1988 – 2000 prof bij de Indiana Pacers. We kregen o.a. beelden te zien van een basketbalwedstrijd waarin Smits in de allerlaatste seconde de winnende treffer scoorde. Rik was zelf niet aanwezig. De reden is dat hij problemen heeft met vliegen. Niet dat hij bang is, maar domweg omdat hij te lang is. (2.24 meter). Volgens zijn wel aanwezige vader Ad en zijn zus Mireille zullen we hem ook niet meer in Nederland zien. “Amerika past bij hem als die schoen”, aldus vader Ad. Van zero tot hero is de titel van de afleve-ring over Rik Smits.
David Kleijwegt werd naar voren geroepen. Deze oer Rotterdammer (“ik ben op 200 meter van de Kuip geboren”) is de maker van de aflevering “Cruijff gaat vreemd”. We schrijven 1983. Johan Cruijff krijgt ruzie bij Ajax en stapt over naar Feyenoord. Dat was wat. David's moeder weigerde te kijken als Cruijff aan de bal was. Oer Feyenoordsupporters verscheurden hun seizoenkaart. We zien beelden van de eerste training van JC in de Kuip. Nog zijn er Feyenoordsupporters die volgens Kleijwegt de landstitel die Cruijff Feyenoord bezorgde niet meetellen. Hoe diep kan het zitten.
Na Kluivert, Smits en Cruijff verscheen op het scherm de titel Forrest Gump op Texel. Dit belooft een heel mooie uitzending te worden. We schrijven 1974. De 26 jarige atleet Jan Knippenberg gaat een weddenschap aan. “Ach loop naar Lapland” werd hem op een gegeven moment gezegd. En Jan trok de stoute schoenen aan en liep in 20 dagen van Hoek van Holland naar Stockholm. Weliswaar geen Lapland, maar toch een afstand van 1600 kilometer. Dat zijn twee marathons per dag. Mooie beelden, die 20 jaar door zijn broer en chauffeur Bob waren bewaard zijn nu voor iedereen te zien. Bob was zelf aanwezig en vertelde trots honderd uit. Jan Knippenberg is niet oud geworden. Hij overleed in 1995 op 47 jarige leeftijd. Op zijn grafzerk op de begraafplaats van Oude Schild op Texel staan de woorden “Lopen is geen sport maar een manier van reizen”.
Honkbal is nu aan de beurt. We krijgen beelden te zien van het Nederlands team dat Cuba in 2009 verslaat en wereldkampioen wordt. En als je in Nederland honkbal zegt dan zeg je Urbanus en dan bedoel ik niet die Vlaamse komiek. Han Urbanus, de pionier van het Nederlandse honkbal komt aan de tafel van Egbers zitten. Volgende maand wordt hij 88 jaar, maar hij is nog goed ter been en zeer scherp van geest. Als Egbers het over het Nederlands honkbalelftal heeft wijst Urbanus hem er fijntjes op dat een honkbalteam uit negen spelers bestaat. Beschaamd slaat Tom zijn ogen neer. Ook zoon Charles is aanwezig evenals kleinzoon Mick.
Over naar het wielrennen. Aan de vooravond van de start van de Tour de France in Utrecht gaat Andere Tijden Sport terug naar 1954, het jaar dat de Tour voor het eerst buiten de grenzen van Frankrijk startte. In Amsterdam. In deze aflevering komen drie “nomaden van het zadel” aan het woord. Jan Nolten, Henk Faanhof en Gerrit Voorting. Net voor hun dood in 2014 en 2015 werden deze gesprekken opgenomen. In deze aflevering is uniek beeldmateriaal te zien. Mevrouw Marie Louise Postma vertelde dit aan Tom Egbers. Haar vader was een fervent wielerliefhebber en filmde met zijn 16 mm camera en deze beelden had zij beschikbaar gesteld. De aanwezige regisseur Martijn Lindenberg was dolenthousiast bij het zien van deze prachtige beelden.
Dan het klapstuk van de middag. “Rumble in Rotterdam”. Boksen in Ahoy op 15 november 1982, het Europese titelgevecht tussen Rudy Koopmans en Alex Blanchard. Beide oud boksers waren aanwezig en probeerden aan de tafel van Tom elkaar de loef af te steken. We zagen de beelden van de wedstrijd die toen niet zijn uitgezonden. Had allemaal met geld te maken volgens Koopmans. “Ze boden me toen 30.000 gulden, maar ik wilde 100.000 gulden”. De rivaliteit tussen de beide boksers was nog steeds zichtbaar. Op de vraag van Egbers of er nog kans is op een revanche ant-woordde Koopmans dat hij dat wel wilde. “Ik zoek alleen nog een sponsor”. Blanchard wilde het desnoods voor niets doen. “Jij denkt altijd maar aan geld, ik doe het voor de eer” aldus Blanchard. Toen ik ze diezelfde avond bij Matthijs van Nieuwkerk in De Wereld Draait Door aan tafel zag zitten beweerden ze trouwens precies het tegenovergestelde. Toen vond de tegenwoordig in Brazilië wonende Koopmans geld niet zo belangrijk. Mooi die beelden van de ondertekening van het contract bij Mies Bouwman, onder toeziend oog van de legendarische bokspromotor Henk Ruhling met zijn onafscheidelijke enorme sigaar in zijn mond.
Toen was het tijd voor de foto’s van alle aanwezige sporters. De bar ging open. De bitterballen en andere lekkere hapjes kwamen langs. Ik maakte nog even een tocht door het Olympisch stadion en nam de gelegenheid te baat om nog wat woorden met Tom Egbers te wisselen. Woensdagavond stond hij nog in Barcelona en nu in Amsterdam. Wat vond hij mooier, Camp Nou of het Olympisch Stadion. “Ach dat is hetzelfde als moeten kiezen tussen Alfred Hitchcock en Brian de Palma” aldus Egbers. Volgens hem is het Olympisch Stadion wel de aangewezen plek voor het programma Andere Tijden Sport. “In alles klassiek en waar zie je nog een stadion zonder enige vorm van reclame!”
Het was een mooie middag in een klassieke omgeving. Liefde voor de sport, dat is wat de makers van Andere Tijden Sport hoog in hun vaandel hebben. Vanaf 24 mei zit ik zeven zondagavonden om 22.10 voor de buis. Bij het verlaten van het Olympisch stadion keek ik nog even naar de spreuk boven de ingang: Citius- Altius – Fortius, het Olympische motto: sneller, hoger, sterker. Nee, mijn dag kon niet meer kapot.
De spanning is te snijden
O rijkdom van het onvoltooide. Deze zin van de dichter J.H. Leopold schoot me zondagavond te binnen toen ik alle voetbaluitslagen van de voorlaatste speelronde op een rijtje zette. Jodan Boys had zich in een zinderende wedstrijd in het landelijke Hoornaar veilig gespeeld. Met dank aan Laurens Borg had Gouda op zaterdag de laatste strohalm om niet rechtstreeks te degraderen gepakt. Nu nog even winnen van Koudekerk en dan volgt het circus dat nacompetitie heet.
Olympia dacht zondag met grote cijfers te winnen van het gedegradeerde HMSH. Een schamele 1-0 overwinning kon worden genoteerd en Olympia heeft zelfs nog kans op de 3e periodetitel. Maar eerst moet zondag met minstens 22 doelpunten verschil worden gewonnen en dan moet de naaste concurrent verliezen. En gij geleuft dat? Nee dat worden degradatiewedstrijden. Maar dan moet er beter worden gespeeld dan zondag. Gouda had de 1e periodetitel veroverd, maar moest tot afgelopen zondag vrezen voor de beruchte degradatiewedstrijden. Ze zijn nu veilig en maken zich op voor eventuele promotie. Dat laatste is ook voor DONK nog mogelijk. Winst op Haastrecht volstaat, maar dan moet kampioen UNIO winnen van ONA. Voor ONA is rechtstreekse degradatie nog niet van de baan.
Ik kijk uit naar het komende weekend. Alfred Hitchcock, boeienkoning Houdini en J.H. Leopold zitten naast mij op de eerste rij.
Een dorpsclub met stadse fratsen
Het was zaterdag prachtig weer. Lekker weertje dus om naar een voetbalwedstrijd te gaan. En met nog twee ronden te gaan is het ook lekker spannend in de competitie. Ik besloot met collega presentator Arjan Vink naar Stedoco – Jodan Boys te gaan. Stedoco, de dorpsclub uit het nietige Hoornaar kon kampioen worden en voor het eerst in de geschiedenis promoveren naar het Walhalla van het amateurvoetbal, de Topklasse. En Jodan Boys had toevallig ook nog wat puntjes nodig om volgend seizoen ook verzekerd te zijn van het Hoofdklasserschap.
Kortom, alle ingrediënten voor een lekker middagje waren aanwezig.
De weg naar Hoornaar was al een belevenis op zich. Rustiek gelegen in de prachtige Alblasserwaard. Grote boerderijen werden afgewisseld met fraaie stulpjes die mijn budget in ieder geval te buiten gaan. Wuivende gele veldbloemen. Rijen knotwilgen die zoals het hoort geschoren en geknipt aan de waterkant staan. Grazende koeien. Kwetterende eenden. Laag overvliegende zwanen. Hordes fietsers. Een verdwaalde skatester. Ja, het leven kan mooi zijn.
Sportpark Stedoco lag te gloeien in de voorjaarszon. Op de parkeerplaats was nog net een plekje te vinden, maar dat kwam omdat we op tijd waren. De stewards liepen enigszins zenuwachtig rond. De dames aan de kassa maakten overuren. En dat laatste was ook al het geval bij de bierpompen. En dan moest de wedstrijd nog beginnen. Uit de speakers klonk de stem van André Hazes (al tien jaar dood, maar zijn geest leeft zeker voort op de voetbalvelden).
Nadat de stadionspeaker ruime aandacht had gevraagd voor zijn soms overbodige en ronkende teksten nam de Hoornaarse jeugd zijn kans waar om flink uit te pakken met Bengaals vuur. De wedstrijd kon beginnen.
Het werd een heerlijke wedstrijd. Jodan Boys dreigde in het begin te worden overlopen, maar kwam verrassend na een kwartier op voorsprong. Het merendeel van de toeschouwers zwegen en schrok zich een hoedje. Uiteindelijk eindigde de wedstrijd in een 4-4 gelijkspel. Het was nog even wachten op de uitslag van concurrent ODIN ’59, maar na enkele minuten kon het feest losbarsten. Het feest barstte los. Iemand riep om dat er vanaf nu gratis gedronken kon worden. Ik zag dat de penningmeester van Stedoco even verschrikt op keek. Maar even later was er een zeer brede lach op zijn gezicht te zien. Ach je promoveert niet elke dag naar de Topklasse.
In de bestuurskamer van Stedoco was het ook feest. Echt zo’n lekkere “dorpse” bestuurskamer. Geen opgewonden toeters en bellen. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Geen gereserveerde stoelen voor het arbitrale trio. Niks geen geüniformeerde bewakers voor de deur zoals bij clubs als IJsselmeervogels en andere topclubs die meer als een bedrijf fungeren dan als een sportclub. Stedoco een echte dorpsclub. Maar een dorpsclub met stadse fratsen zoals de voorzitter schrijft in de presentatiegids.
Na enige tijd vertoefd te hebben tussen de feestenden verlieten wij het sportpark. De koeien stonden nog steeds te grazen en een enkel schaap keek verstoord op. Na met de pont de Lek te zijn overgestoken hadden we de Alblasserwaard achter ons gelaten. Ik meende even in de verte nog het feestgedruis van Hoornaar te horen. Ik schat dat het nog heel lang onrustig zal zijn gebleven bij Stedoco. Volgend seizoen de Topklasse voor de dorpsclub. Een nieuw blad zal worden geschreven.
En Jodan Boys? Jodan Boys was tevreden. Goed gespeeld en het ene dik verdiende puntje bleek na afloop van de wedstrijd voldoende om zich te handhaven in de Hoofdklasse.