Kater
“Ik ben er helemaal klaar voor”, schreef ik vorige week. En met mij miljoenen Nederlanders, waarvan de meesten een ongebreideld optimisme aan de goede afloop vertonen. Het nationalisme viert hoogtij. Met bakken chips en heel veel drank kropen ruim 8 miljoen Nederlanders voor de tv. De Deense Vikingen moesten het eerste slachtoffer worden van de Hollandse Leeuw. Of hoogmoed voor de val komt weet ik niet, maar de eerste wedstrijd van Oranje werd meteen een zeperd. Maar als je zoveel kansen krijgt moet je ophouden met zeuren over een niet gekregen strafschop. De messen van de critici worden weer geslepen en 16 miljoen bondscoaches staan klaar om het stokje van Van Marwijk over te nemen. Iedereen bemoeit zich er weer mee. Alleen Geert Wilders heb ik nog niet gehoord, maar ik kan iets hebben gemist want ik ben niet zo’n twitteraar. Bovendien heeft hij niets met Europa dus ook niet met het EK denk ik. Ik heb ook Maurice de Hond nog niet gezien, maar het zou me niet verbazen als die opiniepeiler ook opduikt.
De kater was voor veel supporters enorm. En die kater werd niet kleiner toen “onze aartsvijand” enkele uren later wel won. De anti Duitse sentimenten zullen helaas weer boven komen drijven. Overwerk voor psychologen en psychiaters.
Ik had ook graag gezien dat Oranje had gewonnen, maar ik heb er geen kater aan overgehouden, ondanks het feit dat de drank bij de verjaardag van mijn schoonmoeder tijdens de wedstrijd overvloedig vloeide.
Wanneer u deze column leest, zitten we er weer klaar voor. Ik zie Nederland de halve finale halen, maar dan moet er nu wel raak worden geschoten.
Leave a comment