Gerritschinkel.nl Columns & meer

24jun/190

Joe Louis Walker – Viva Las Vegas Live

Blueszanger en –gitarist Joe Louis Walker (25 december 1949, San Francisco), loopt al ruim een halve eeuw rond in de bluesscene. Hij komt uit een muzikale familie en komt zo in aanraking met de muziek van bluesgitaristen als T-Bone Walker en B.B. King en boogiewoogie pianisten Meade Lux Lewis, Amos Milburn en Pete Johnson. Joe krijgt zijn eerste gitaar als hij pas acht jaar is. Later wordt hij beïnvloed door soulzangers als Wilson Pickett, James Brown en Otis Redding. In zijn tienerjaren speelt hij al met o.a. John Lee Hooker, Buddy Miles, Otis Rush, Thelonius Monk, Willie Dixon, Muddy Waters, James Cotton, Steve Miller en John Mayall. Walker krijgt meerdere prijzen waaronder een Grammy Award en hij is opgenomen in de Blues Hall of Fame. Het debuutalbum van Joe Louis Walker, Cold is the night, komt in 1986 uit. Daarna volgen er met grote regelmaat nieuwe albums.

Vorige maand verscheen het nieuwste (25e) album van Joe Louis Walker, Viva Las Vegas Live, een live album met opnamen van een concert dat hij gaf tijdens zijn Amerikaanse tour van 2018 in Boulder Station Casino in Las Vegas, Nevada.

Na de aankondiging ‘Ladies and gentlemen, give a huge welcome to Blues Hall of Fame legend and Grammy Award winner Joe Louis Walker’, ramt de ritmesectie er meteen fel in met de uptempo bluesrocker I’m not messin’ around. Met verder een pianosolo en felle gitaarlicks is de toon gezet. Flonkerend pianospel van Bruce Bears is daarna te horen in de lange midtempo blues Young girls blues. De ruim 16 minuten durende bluesstandard Sugar mama draagt Walker op aan ‘all the women in the house’. De eerste zes minuten van deze slowblues wordt gekenmerkt door intens en soms verschroeiend gitaarwerk. Na een mondharpsolo treedt even de rust in om weer intens te eindigen. De heavy bluesrocker Do you love me begint met een felle gitaarsolo waarna de band na enkele minuten invalt en er lustig op los rockt. Walker roept in de traditional In the morning met zijn intense zang gelijkenis op met Robert Cray. Backing vocals en een fraaie lange orgelsolo stuwen dit nummer naar grote hoogte. Uitbundige zang is er in de gospel Soldier for Jesus en Bruce Bears is daarna in topvorm met zijn lange wervelende orgelsolo in het funky You don’t love me girl. Black & blue wordt ruim 10 minuten uitgesponnen met sterke zang en een bijtende gitaarsolo. Na de heavy rocker Too drunk to drive drunk met een bonkende ritmesectie, een spetterende gitaarsolo en een tinkelende pianosolo wordt besloten met Like it this way. In deze door Danny Kirwin geschreven boogie van Fleetwood Mac uit 1969 mag ieder bandlid naar hartenlust soleren. En nadat Joe Louis Walker er als laatste nog even een vlammende gitaarsolo uitgooit is het over. ‘Thank you and good night’.

Conclusie: Boeiend, opwindend, meeslepend en zinderend zijn woorden die van toepassing zijn op dit album van Joe Louis Walker.

Tracks:

  1. I’m not messin’ around
  2. Young girls blues
  3. Sugar mama
  4. Do you love me
  5. In the morning
  6. Soldier for Jesus
  7. You don’t love me girl
  8. Black & blue
  9. Too drunk to drive drunk
  10. Like it this way

Line-up:

  • Joe Louis Walker – zang, gitaar
  • Bruce Bears – piano, orgel, zang
  • Lenny Bradford – bas, zang
  • Dorian Randolph – drums, zang
24jun/190

Volkshelden

‘Wat een held’. Deze kwalificatie hoorde je de afgelopen dagen veel en was bedoeld voor Maarten van der Weijden, de stoere zwemmer die in deze tropische dagen door Friesland zwom. Vorig jaar strandde zijn poging om Leeuwarden te bereiken, maar dit jaar is zijn exercitie geslaagd. Om 19.30 uur bereikte hij maandag lachend de finish. Dionne Stax hoefde hem niet eens over de streep te sleuren. De helletocht van 195 kilometer was volbracht. Nederland, maar vooral Friesland juichte. Geen ijs en toch een Elfstedentocht.

Ik heb bewondering voor het lef van Maarten van der Weijden. En vooral voor het doel van zijn tocht, geld ophalen voor kankeronderzoek. Dit doel heiligt alle middelen. Maar ergens moet er toch wel een steekje los zitten aan Maarten want je maakt mij niet wijs dat het gezond is om je lichaam zo af te beulen.

Ik noem Maarten dan ook geen held in de officiële betekenis van het woord, maar een volksheld. Helden hebben, uitzonderingen daargelaten, eeuwigheidswaarde en bij volkshelden is er vaak sprake van dagkoersen. De Oranjeleeuwinnen worden opgehemeld als de nieuwe voetbalsterren. Maar als ze geen wereldkampioen worden zullen hun sterren snel minder gaan stralen. De volksheldenstatus van Tom Dumoulin staat op een laag pitje. En de Feyenoorders die twee jaar geleden landskampioen werden kunnen nu geen goed meer doen.

Ik ben niet iemand die zich snel ‘verliest’ in een aanbidding maar heb toch sympathie voor volkshelden als Maarten van der Weijden. Een voor al die deelnemers aan de Roparun, de Alpe d’HuZes en de SamenLoop voor Hoop Groene Hart. Deze deelnemers vinden zich wellicht zelf geen volkshelden, maar hun hart zit op de juiste plek. En dan ben je voor mij een volksheld.

foto Marianka Peters

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
20jun/190

Chip Taylor – Whiskey salesman 1958

Chip Taylor wordt op 21 maart 1940 geboren als James Wesley Voight in Yonkers (New York). Hij is een broer van de acteur John Voight en de actrice Angelina Jolie moet oom tegen hem zeggen. Chip Taylor de schrijver van bekende hits als Wild thing (Troggs), Angel of the morning (Merrilee Rush, PP Arnold), I can’t let go (The Hollies), Try (Janis Joplin) en Son of a rotten gambler (Ann Murray, The Hollies, Emmylou Harris).

Vanaf 1971 begint Taylor zelf platen uit te brengen en die carrière duurt, met een onderbreking in de jaren ‘80 en ‘90 toen hij professional gokker was, tot op de dag van vandaag voort. Kendal Carson en Carrie Rodriguez, met wie hij ook regelmatig op tournee was, hebben hun carrière aan Taylor te danken. Taylor wordt 2016 opgenomen in de Songwriters Hall of Fame in New York City.

Hoewel Chip Taylor al in zijn 80e levensjaar is aanbeland denkt de singer-songwriter nog niet aan stoppen en hij treedt nog regelmatig op. Momenteel toert Taylor door de VS en volgens planning treedt hij volgend jaar april in Tivoli Utrecht op. Bovendien blijf hij vrijwel jaarlijks nieuwe platen maken.

Vorige maand verscheen er weer een nieuw album van Chip Taylor. Bij dit album, Whiskey salesman 1958, is een bonus dvd gevoegd met de video’s van de elf tracks. Taylor schreef alle songs (uiteraard) zelf en hij produceerde samen met Tony Mercadante en Gøran Grini het album.

Het 40e album van Chip Taylor ademt weer de vertrouwde sfeer die we van de legendarische singer-songwriter kunnen verwachten met de fluisterende en gesproken zang waar Taylor patent op heeft. Verhalende songs zoals het titelnummer Whiskey salesman, waarin Taylor vertelt over een whiskeyverkoper die goed is in het wedden op paardenraces. Of over de reis die hij maakte naar Naples, een plaatsje aan de westkust van Florida. Liefdesliedjes zoals I love you today, waarin hij de liefde voor zijn vrouw bezingt. Het ophalen van herinneringen aan drankmaatjes als John Prine in het uptempo A sip of two of good scotch. Taylor heeft ook op dit album weer goede begeleiders om zich heen zoals gitarist John Platania met zijn lekkere gitaarlicks. Op de meeste songs zijn zij ingetogen aanwezig. Een prominente rol is weggelegd voor Gøran Grini met zijn fraaie tinkelende pianospel (Some hearts, Whiskey dreams, In the stillness of the night) en zijn soms waaierende orgelklanken (See the good side of the guy).   

Conclusie: Whiskey salesman is geen revolutionair en vernieuwend album, maar ‘gewoon’ weer een album zoals we van Chip Taylor gewend zijn. Een album met mooie tijdloze americana.

Tracks:

  1. Whiskey salesman
  2. Hold her
  3. I love you today
  4. Some hearts
  5. Naples
  6. A sip of two of good scotch
  7. Whiskey dreams
  8. Turn the clock back again
  9. I like ridin’
  10. See the good side of the guy
  11. In the stillness of the night

Line-up:

  • Chip Taylor – zang, akoestische gitaar, percussie
  • Grayson Walters – akoestische bas
  • Tony Mercadante – bas
  • Gøran Grini – bas, celesta, glockenspiel, mellotron, orgel, piano, vibrafoon
  • Katrine Grini – drums
  • John Platania – (elektrische) gitaar
  • Bonnie Sue Walters – fiddle
  • Pee Wee Walters – trompet
19jun/190

Kelly Bell Band – Know my name

The Kelly Bell Band (KBB) wordt in 1995 opgericht in Baltimore, Maryland. Oorspronkelijk is de KBB de begeleidingsband van Bo Diddley. Tegenwoordig toert de band over de hele wereld. Volgens sommige recensenten is KBB precies het soort genre buigende, regel brekende en kleur vermengende groep die de muziekscene van 2019 hard nodig heeft. Een band die niet in een bepaald hokje te plaatsen is en als het ware buiten de lijntjes kleurt.

De KBB won twee prestigieuze Maryland Music Awards, waaronder ‘Best blues band’. In 2018 werden ze genomineerd voor ‘Music icon’. Verder werden ze gekozen tot ‘Best Blues Band’ in de Mid Atlantic Region en werd onlangs door Baltimore Style Magazine ‘Best band’ genoemd. In 1998 brengt de band hun debuutalbum Phat blues music uit, een album dat tot nu toe het best verkopende album in de geschiedenis van de Midden-Atlantische Staten van de VS is.

Eind april 2019 verscheen Know my name, het nieuwe album van de Kelly Bell Band. Aanzwellende orgeltonen trappen af in de opener Long train, gevolgd door gitaren en een huilende mondharp. Strakke midtempo bluesrock. Heel anders is daarna Last $4, een swingende jumpblues met mondharp en fraaie door Zack Smith gearrangeerde blazersarrangementen. Ingetogen is First moments met mooie zang en blazers. In de zeer snelle rocker Good thing is het weer tempo maken met de gitaren, de doordenderende ritmesectie, blazers, backing vocals en de huilende mondharp. De klok slaat funk en soul in You don’t know. Het titelnummer Know my name is een mooie soulbluesballad die heel rustig begint maar explosief eindigt. Na de shuffle I’m gone slaan de vette gitaren en de meerstemmige zang weer toe in de heavy bluesrocker Dead man walking. De meerstemmige zang is ook weer mooi naast de huilende mondharp in Things just ain’t the same. In het funky groovy P.H.A.T. blues is de pompende bas van Franky Hernandez lekker naast de geweldige blazers. Na Gimmick infringement, een intermezzo van 4 seconden!, is Every time weer heerlijke soul. De titel van het slotnummer In the late hours dekt de lading helemaal. Deze bijna acht minuten durende prachtige jazzy bluesballad met de ingetogen zang en de wonderschone saxsolo, is een heel mooie afsluiting. Uitermate geschikt voor de late uurtjes.

Conclusie: De Kelly Bell Band is inderdaad een band die zich niet in een bepaald hokje laat plaatsen. Know my name bevat een weldadige mix van rock, blues, soul, metal, jazz, funk en hip hop. Een lekker album.

Tracks:

  1. Long train
  2. Last $4
  3. First moments
  4. Good thing
  5. You don’t know
  6. Know my name
  7. I’m gone
  8. Dead man walking
  9. Things just ain’t the same
  10. H.A.T blues
  11. Gimmick infringement
  12. Every time
  13. In the late hours

Line-up:

  • Kelly Bell (The Bluesman) – zang
  • Dane Paul Russell – mondharmonica
  • Frankie Hernandez – bas
  • John Robert Buell – drums
  • Rahsaan ‘Wordslave’ Eldridge – zang
  • Ryan Fowler – gitaar
  • Eric Robinson – guitar
  • Kirk Myers – keys, zang
  • Russell McCray – alt sax
  • Davidson Smith – trompet
  • Leigh Pilzer – tenor- en bariton sax
  • Todd Baldwin - trombone
  • Zack Smith – trompet (en blazersarrangementen)

Special guest artists:

  • Justin Schlegel  (courtesy of 98 Rock)
  • Adam Lacarino (courtesy of Legion)

 

17jun/190

Kiefer Sutherland – Reckless & me

Bij het noemen van de naam Kiefer Sutherland denken de meeste mensen waarschijnlijk aan de Canadese acteur. Kiefer Sutherland wordt geboren op 21 december 1966 in het St. Mary’s Hospital in Paddington, Londen, als zoon van de succesvolle Canadese acteurs Donald Sutherland en Shirley Douglas. Enkele jaren daarna verhuist het gezin Sutherland naar Los Angeles en in 1975, als zijn ouders zijn gescheiden, verhuist Kiefer met zijn moeder naar Toronto, Canada, om aldaar naar de middelbare school te gaan. In 1983 speelt hij voor het eerst in een film, Max Dugan returns.

Kiefer Sutherland is een veelzijdig iemand. Behalve acteur is hij in de jaren ’90 een succesvol rodeorijder en speelt hij ijshockey. En hij is muzikant! In 2016 verschijnt zijn debuutalbum Down in a hole, een countryalbum. Op dit album staat ook zijn eerste single Not enough whiskey. Sutherland toert daarna met een band door Noord Amerika.

Vorige maand verscheen het nieuwe album van Kiefer Sutherland. Dit album, Reckless & me, is eveneens als zijn debuutalbum geproduceerd door Jude Cole, die ook medecomponist is van enkele nummers. Het album werd grotendeels gedurende twee sessies opgenomen in de Capitol Studios in Los Angeles. Sutherland heeft een aantal gerenommeerde muzikanten om zich heen verzameld zoals gitarist Waddy Wachtel (X-pensive Winos, Warren Zevon, Bryan Ferry, Jackson Browne), pianist Jim Cox (Boz Scaggs, Leonard Cohen, Alice Cooper, Aaron Neville) en pedalsteelgitarist Greg Leisz (Emmylou Harris, Joni Mitchell, Lucinda Williams).

Het album Reckless & me opent met het melodieuze Open road, dat ook al op single is verschenen. In dit nummer bezingt Sutherland een road trip die hij in 1987 samen met Jude Cole naar Georgia maakte. Something you love, de nieuwe single, is een energieke Bruce Springsteen achtige uptempo rocker. Invloeden van Tom Petty zijn vervolgens te horen in Faded pair of bluejeans. Het titelnummer Reckless & me is een intens gezongen ballad met een spetterende gitaarsolo van Waddy Wachtel. In de felle rocker Blame it on your heart, die me doet denken aan C’est la vie van Chuck Berry, is naast de heerlijke pianosolo van Jim Cox, de pedalsteel van Greg Leisz fraai. De pedalsteel en de strakke ritmesectie maken van de honky tonk rocker This is how it’s done een feest. De band is zeer sterk in het stevig en melodieus rockende Agave. Run to him begint aarzelend en lijkt een valse start te hebben, maar al snel horen we soulvolle americana met een hamerende piano, een scheurende gitaarsolo en lekkere backing vocals. Saskatchewan is een prachtige ballad die op het repertoire van Steve Earle zou kunnen staan. In het slotnummer Song for a daughter brengt Sutherland een mooie (akoestische) ode aan zijn dochter Sarah.

Conclusie: Kiefer Sutherland mag wat mij betreft nog jaren blijven acteren, maar laat hem vooral ook muziek blijven maken. Reckless & me is een lekker melodieus en bruisend country(rock)/americana album.

Tracks:

  1. Open road
  2. Something you love
  3. Faded pair of bluejeans
  4. Reckless & me
  5. Blame it on your heart
  6. This is how it’s done
  7. Agave
  8. Run to him
  9. Saskatchewan
  10. Song for a daughter

Line-up

  • Kiefer Sutherland – zang, akoestische gitaar
  • Brian Mac Leod – drums
  • Chris Chaney – bas
  • Waddy Wachtel – elektrische gitaar
  • Jim Cox – piano
  • Greg Leisz – pedal steel
  • Jude Cole – akoestische gitaar
  • Chaz Mason, Samantha Nelson, Carmel Echols – backing vocals
17jun/190

De zomerstop

Na de laatste stuiptrekkingen in het afgelopen weekend zit het amateurvoetbalseizoen 2018-2019 er op. De verlies- en winstrekeningen kunnen worden opgemaakt. Kampioenschappen en promoties zijn feestelijk gevierd en degradaties zijn teleurgesteld en met gebogen hoofd aanvaard. Van trainers en spelers is afscheid genomen. Volgend seizoen beter. Nieuwe ronde nieuwe kansen.

Het jaarlijkse circus van de overschrijvingen in het amateurvoetbal sloot haar loket afgelopen zondagavond om 23.59 uur. Elk jaar wordt weer met spanning naar dit tijdstip uitgekeken. Jaarlijks zie ik weer complete volksverhuizingen. Zo las ik dat het Rotterdamse Swift Boys maar liefst 28 nieuwe spelers ziet komen. En sommige teams lopen bijna leeg. Clubs zullen er mee moeten leven.

In het Goudse voetbal bleef het vrij rustig op het transferfront. En dan bedoel ik dat er weinig ‘grote vissen’, de onmisbare sterkhouders, van club wisselen. Het 47-jarige fenomeen Marco Bouwmeester laat ik hier buiten beschouwing. Verder stoppen ook nu weer spelers die lange tijd in de hoofdmacht hebben gespeeld, of gaan lager spelen. Een club waar wel heel veel gaat veranderen is GSV. Al maanden zoemden namen rond die in het nieuwe seizoen naar de club, die deze week zijn 106e verjaardag viert, zouden komen. En het blijkt inderdaad een lange lijst te zijn. Uit alle Goudse windstreken strijken er spelers neer aan de Sportlaan. Vooral spelers met veel routine. Ook opmerkelijke namen. Ik ben benieuwd.

Het nieuwe seizoen begint in september. Ondanks de leegloop op zondag kan vooral de 2e klasse leuk worden met ONA, DONK, RVC ’33 en ESTO. Mooie stads- en streekderby’s. En in de 4e klasse zaterdag kan met één tank benzine de hele competitie worden gedaan. Tenzij de KNVB daar anders over denkt en dat zou zo maar kunnen.

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
10jun/190

Wall of fame

In oktober 2006 werd de Canon van de Nederlandse Geschiedenis gepresenteerd. Een overzicht van de 50 belangrijkste personen en gebeurtenissen. En zoals altijd leidde dit  uiteraard  weer tot discussie. Na bijna dertien jaar is deze canon aan vernieuwing toe en is er een commissie ingesteld die de canon van 2006 moet evalueren en vernieuwen.

De presentatie van de Canon van de Nederlandse Geschiedenis inspireerde mij om in 2006 de Canon van de Goudse Sportwereld op te stellen. Een lijst van 50 sporters die volgens mij een grote rol hebben gespeeld in de Goudse sportwereld. Teruglezend zie ik namen die veel Goudse sportliefhebbers waarschijnlijk helaas minder zeggen. Ik noem b.v. Pieter Britsemmer, Gerda Groenewoud, Walter Donk, Cees van der Tooren, Cor Verkaik, Ria Boot, Ennie Krom en Adrie Kasbergen. Maar er stonden ook namen in die vandaag de dag nog bekend in de oren klinken. Mario den Edel, Cees Brem, Walter de Mooij, Piet van Mullem, Ingrid Veenhuis-Scholten en Remco Raghunath.

In dertien jaar is ook in de Goudse sportwereld veel veranderd. Veel Goudse sporters werden Nederlands kampioen, Europees kampioen, wereldkampioen en Olympisch kampioen. Op de Wall of Fame in sporthal de Mammoet staan de namen van deze sporters op een plaquette. Afgelopen vrijdag kregen ook Chabeli Arenberg Peeters, Ecco van der Veer, Tom Olde Heuvelt, Frank Strooker, Mario den Edel, Julia van der Sprong en Boy Vogelzang een ereplaats op deze fameuze wand, die almaar voller wordt. En als ik me niet vergis mis ik zelfs nog namen.

Ik ben tot de conclusie gekomen dat mijn sportcanon van de Goudse sport na dertien jaar ook aan herziening toe is. Ik ga aan de slag. Voor tips hou ik me aanbevolen.

 

 

 

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
3jun/190

Waterloo

Op 18 juni 1815 leed Napoleon een verpletterende nederlaag bij Waterloo, ruim drie maanden nadat hij een onwaarschijnlijke comeback gemaakt. Maar het optreden van de Franse keizer was van korte duur en hij werd verbannen naar Sint- Helena. Einde carrière.

Ruim 200 jaar na de nederlaag van Napoleon wordt het gezegde ‘zijn Waterloo vinden’ nog veelvuldig gebruikt. Ik moest daar afgelopen zaterdag aan denken toen ik verslag deed van de voetbalwedstrijd Sparta Nijkerk – Jodan Boys. Met veel Goudse supporters hoopte ik op een wonder, het wonder van De Ebbenhorst. Maar het werd helaas geen herhaling van het wonder dat op 25 oktober 2016 in De Adelaarshorst in Deventer gebeurde. Jodan Boys vond zijn Waterloo in Nijkerk. Absoluut geen schande en er is dan ook geen enkele reden om scheidend trainer Dennis van den IJssel naar een ver al dan niet onbewoond eiland te verbannen. Zowel van den IJssel als Jodan Boys zullen ongetwijfeld ooit hun comeback vieren.

Vrijdagavond was ik bij het 133-jarige Olympia en keek naar een wedstrijd tussen Olympia 1 en de oude garde van Olympia. De oudjes zijn wat breder en grijzer geworden, het voetballen zijn ze niet verleerd. Eén naam zal ik er uit lichten, die van Marco Bouwmeester. Op hem schijnt de tijd geen enkel vat te krijgen, want wat hij op 47-jarige leeftijd nog presteert is bewonderenswaardig. Hij scoorde drie keer. En scoren deed hij ook in de laatste competitiewedstrijd van Olympia 1, tot ongeloof van tegenstander Den Hoorn. Of hier sprake is van een comeback betwijfel ik, maar waar Bouwmeester ooit zijn Waterloo moet vinden weet ik ook niet. ‘Van Bouwie komen we nooit af’ was het antwoord van trainer Tom Rietberg. Hij zou best eens gelijk kunnen hebben.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties