Gerritschinkel.nl Columns & meer

29apr/120

De ontknoping

De voetbalcompetitie nadert zijn ontknoping. De spanning in de Eredivisie is tot astrono-mische hoogten gestegen, maar daar wil ik het vanmiddag niet over hebben. Ik wil even stil staan bij de amateurs en dan met name bij de Goudse voetbalclubs. 

Ik begin meteen met de top van het Goudse amateurvoetbal. Jodan Boys maakt zich op voor de veldtocht naar Hoorn. In de stad van Jan Pieterszoon Coen wil de Goudse club geschiedenis schrijven door te promoveren naar de top van het amateurvoetbal. Spelers en supporters slapen nauwelijks meer van de spanning en de Noord-Hollandse stad zal zaterdag een hoog Jodan Boys gehalte kennen. Wedstrijden volgend jaar tegen IJsselmeervogels, Spakenburg, Rijnsburgse Boys en FC Lisse lonken. Maar eerst nog even Zwaluwen ’30 aan de zegkar binden en dat zal nog een hele klus worden. Maar als je kampioen wilt worden, dan moet je ook die wedstrijden winnen.

Hebben we in Jodan Boys dit seizoen een topper in huis, voor de rest moet voetballend Gouda eigenlijk bescheiden zijn. Oké, het eerste zondagteam van Gouda is kampioen geworden, maar dat mag nauwelijks een verrassing heten. Een klein beetje van de oude glorie van SV Gouda is weer terug. En nu maar hopen dat het eerste zaterdagteam zich kan handhaven in de 2e klasse.

DONK gaat zich, tenzij er onwaarschijnlijke dingen gebeuren, na een moeizame start handhaven in de 2e klasse. Voor Olympia staat er niets meer op het spel. Een seizoen met vallen en opstaan. Volgend jaar beter.

ONA moet nog een paar keer aan de bak en door een aantal cruciale overwinningen hebben ze zich toch weer iets omhoog gewerkt. Nog een geluk dat ze in het begin van de competitie zoveel punten hebben gehaald, want anders had het er wel eens heel anders uit hebben kunnen zien. Nog een paar punten halen, dan op naar het nieuwe seizoen. En dan hopelijk op een goed veld.

Tenslotte GSV. Dat is toch een verhaal apart. Dit jaar werd besloten alleen op zaterdag nog prestatievoetbal te spelen. Maar dat woord prestatievoetbal heeft als we naar het bijna voorbije seizoen kijken toch een enigszins merkwaardige uitstraling. Theo van Eck zal vooraf niet hebben gedacht aan een kampioenschap, maar de huidige plaats op de ranglijst zal hij niet in gedachten hebben gehad. Een zeer teleurstellende 13e plaats met alleen SPV ’81 nog onder zich. En als je wedstrijden verliest met 10-2, 11-0 en 12-0 dan sta je aan het eind van de race met meer dan lege handen. Meer dan 115 doelpunten tegen. Ik hou mijn hart vast voor het nieuwe seizoen, als er überhaupt een nieuw seizoen komt voor de club die volgend jaar haar 100e verjaardag hoopt te vieren. Nu is de club door velen al meerdere malen doodverklaard en steeds richtte men zich weer op, dus dat zal nu hopelijk ook wel weer gebeuren. Maar hoe is de vraag. We gaan het zien.

 

Gearchiveerd onder: Columns, Gouwestad Sport Geen reacties
22apr/120

Bevrijdingsdag

Ik vraag me af wat de spelers van Jodan Boys zaterdagmiddag hebben gedaan. Boodschappen doen met moeder de vrouw? Of met vriendin op een terrasje neergezegen met een grote pils binnen handbereik? Ik denk dat ze met spanning naar teletekst hebben gekeken. Zou Huizen toch uit zijn as herrijzen? En hoe zou Quick Boys het er op de Veluwe vanaf brengen.

Niet alleen in de Eredivisie stijgt de spanning met de week maar ook in de hoofdklasse A.Vol ongeloof wordt naar Jodan Boys gekeken. Was dat niet dat team dat vorig jaar door het seizoen heen kwakkelde, een trainer de laan uit stuurde en pas in de slotfase van de competitie het vege lijf redde? Ja,  hetzelfde Jodan Boys, hoewel er natuurlijk wel het een en ander is veranderd, maar toch ook niet dramatisch veel. Was Feyenoord vorig jaar ook niet op sterven na dood terwijl er nu in Rotterdam enthousiastelingen zijn die de Coolsingel al hebben gereserveerd. Het kan verkeren.  Dit zijn de mysterieuze zaken in de sport.

Maar Jodan Boys dreigt geschiedenis te schrijven. De spanning is te snijden. Iedereen fixeerde zich al op zaterdag 12 mei, want dan zou het moeten gebeuren. Huizen had men weggecijferd, het gevaar komt van Quick Boys. Ik hoorde deze week iemand beweren dat de Katwijkers 1500 kaartjes hebben besteld voor de kampioenswedstrijd. De vraag is natuurlijk waar je al die supporters moet bergen, want reken maar dat er ook uit Gouda en omstreken veel liefhebbers deze dag in hun agenda hebben staan. Alle politieverloven zijn ingetrokken en het bestuur van Jodan Boys is koortsachtig in de weer om alles in goede banen te leiden. Extra tribunes moeten er komen. En wat denk je van de parkeerproblemen.

Maar de concurrentie dreigt roet in het eten te gooien. Huizen en Quick Boys verloren zaterdag, waardoor de voorsprong van Jodan Boys vier punten blijft. En met nog twee wedstrijden te gaan zouden alle Goudse voetballiefhebbers zich wel eens richting Hoorn kunnen begeven. Zaterdag 5 mei, een extra mooie bevrijdingsdag? Tegenstander Zwaluwen ’30 is geen hoogvlieger, maar dit Hoornse varkentje is niet zo maar gewassen.

De vraag is nu wat je als bestuur moet doen. Moet je voorbereidingen treffen voor 12 mei of gok je dat het karwei op Bevrijdingsdag wordt afgemaakt. Wat zal de penningmeester denken? Een overvolle bak doet de kassa lekker rinkelen en als Jodan Boys het tegen Zwaluwen ’30 afmaakt scheelt dat een bak geld want dan zullen er zeker geen 1500 Katwijkers komen.

Hoe dan ook, de komende twee weken staan bol van de spanning. Ik verheug me op Hoorn, want daar kom ik ook niet elke dag.

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
15apr/120

Vergane glorie

“Het is wel een beetje vergane glorie” hoorde ik zaterdagmiddag iemand zeggen. “Dat hoofdveld lag er al toen ik bij Gouda voetbalde”. We hebben het over de gouden jaren in het zondagvoetbal van Gouda en het Roodenburg. Roodenburg, de Leidse voetbalvereniging waar meer dan een handvol voetballers hebben gespeeld die later furore hebben gemaakt in het betaalde voetbal. In de galerij van De Roodenburcht hingen de portretten netjes op een rij. De bekendste is Wim Rijsbergen, de Feyenoorder die in 1974 furore maakte tijdens het WK van 1974 in West Duitsland. Maar ook Glenn Helder. “Het was toen al een lastige jongen” aldus Arnold Barends, bestuurslid technische zaken. “Ik heb hem een keer tegen de wil van trainer Pim van der Meent een paar minuten voor tijd laten invallen, en laat hij nu twee keer scoren en wij de wedstrijd winnen”. Wout Holverda, Hennie de Romein, Bert Jansen, Marcel Valk, Ron de Roode, Jeffrey van As, een mooie rij namen op Sportpark Noord.

Er werden nog sterke verhalen opgehaald tussen de bestuursleden van Roodenburg en Gouda. Wedstrijden in de top van het zondagamateurvoetbal. Barends wist zich nog heel goed te herinneren dat hij als aanvaller destijds de grootste moeite had met die forse verdedigers van Gouda. De namen van Fred de Gruyl en Jan Kruitbosch kwamen hem nog zeer bekend voor.

Een oudere man wiens naam ik vergeten ben vertelde vol trots dat hij ook nog op Varkenoord had gevoetbald, bij Feyenoord in de betaalde jeugd. Ik werd nieuwsgierig en vroeg met wie hij gespeeld had. Met Beertje Kreijermaat en met Coentje Moulijn. Ik werd stil en zei niets meer.

De wedstrijd zaterdag was een regelrechte degradatiewedstrijd. Gouda moest winnen om de nacompetitie te ontlopen en Roodenburg had zich al meer neergelegd bij degradatie. Alleen een wonder kon de Leidse ploeg nog redden. De wil was zeker in de tweede helft aanwezig. Wat dat betreft maakten de spelers van Gouda zich er niet met een Jantje van Leiden van af. Maar soms zit het niet mee. En dan kan er achteraf worden gescholden op de scheidsrechter, je moet zelf de kansen benutten. De wedstrijd eindigde in 1-1 en Roodenburg was gedegradeerd, hoewel niet iedere Leidenaar dat onmiddellijk in de gaten had.

Vergane glorie? Ach sportief is het allemaal wat minder in vergelijking met vroeger, maar de wereld hangt gelukkig niet alleen van prestaties aan elkaar. Een gezonde sportvereniging is wat mij betreft net zo belangrijk.

Toen ik de Roodenburcht verliet keek ik nog even naar de galerij van de helden. Even meende ik te zien dat Wim Rijsbergen me een knipoog gaf. Ik knikte en liep door. De bus wachtte.

 

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
9apr/120

Pasen

Het is maandagmorgen, 2e Paasdag. De kou is uit de lucht, maar verder is het druilerig. Echt weer voor een lekker paasontbijt en een goed boek. In Almelo is de rust denk ik ook teruggekeerd na een hectisch weekend. Dolle dwaze dagen waarin iedere rechtgesnaarde Almelöer in de ban was van Heracles. Ook al hield je absoluut niet van voetbal, je ontkwam niet aan de zwart witte gebakjes en wie weet allemaal voor gekkigheid. De middenstand heeft in ieder geval goede zaken gedaan. Honderden bussen togen vanuit Overijssel naar de Rotterdamse Kuip. En voor de weinige achterblijvers waren er grote schermen opgesteld. Niets werd aan het toeval overgelaten. Zelfs de lantarenpalen waren weggehaald. Almelo was klaar voor het feest van de eeuw. Maar het werd sportief een sof zoals we allemaal hebben kunnen zien. PSV was een maatje te groot voor de Heraclieden. 

Teleurstelling in het Twentse land, maar met een klein beetje geluk gaan ze toch nog Europa in. Als ik directeur was van de busmaatschappij zou ik er nu wel voor zorgen dat er genoeg bussen beschikbaar zijn zodat er geen supporters achter hoeven te blijven. Maar hoe dan ook, in Espelo had men het hoogste paasvuur ter wereld. Toch nog een primeur.

Ik heb me trouwens wel verbaasd over die voetbalgekte in Almelo. Ik zal wel te nuchter zijn want ik zie mezelf niet zo snel zo extreem opgewonden raken over een voetbalwedstrijd. Want daar hebben we het toch over. Maar je weet natuurlijk nooit wat mijn reactie zou zijn als een Goudse voetbalclub in de bekerfinale zou staan. Zie je het al voor je? Twintig extra lange treinen van de NS en half Gouda kan er in. Ik moest terugdenken aan woensdag 27 maart 2007 toen in Het Kasteel het boek “Dood op de penaltystip” werd gepresenteerd. Een Goudse voetbalclub speelt in dat boek in het Sparta stadion zijn Europese bekerwedstrijden. De schrijver, George Reuchlin zag ik pas nog op de televisie. Zijn opa was George Reuchlin sr, een van de Nederlandse opvarenden van de Titanic. 

Voor de rest was het een rustig sportweekend voor mij. Op Stille Zaterdag heb ik Gouda nog een bloedeloze 0-0 zien spelen. Ze moeten nu echt gaan winnen want anders leidt het zaterdagschip schipbreuk en ik zie George Reuchlin daar niet zo gauw ook een boek over schrijven.

Het sporthoogtepunt voor mij was de wielerklassieker Parijs Roubaix, de helletocht in Noord Frankrijk. Dwaasheid of heroïek? Waarom over gladde kasseien slingeren als er genoeg strak geasfalteerde wegen zijn? Ik heb in ieder geval genoten. Tommeke Boonen is weer opgestaan en hij is nu in het wielergekke Vlaanderen definitief heilig verklaard.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
1apr/120

Goudse lente

Ze lopen nog steeds rond, die echte ouwe supporters die hun kluppie door dik en dun steunen.  Of het nu vriest of de mussen dood van het dak vallen, ze zijn altijd langs de lijn te vinden. Eigenlijk maakt het niet uit of hun favorieten nu bovenaan staan, in de middenmoot of in de onderste regionen van de ranglijst. In weer en wind staan ze er. Supporters bij voor- en tegenspoed. Ik kom ze wekelijks tegen en heb respect voor hen.

Zondagmiddag zag ik ze weer, op het winderige veld van Nicolaas Boys in Nieuwveen. Hun kluppie Gouda stond enkele weken geleden een straatlengte voor en zeker toen ook nog gewonnen werd van de enige concurrent RVC ’33 was het een kwestie van tijd. Het kampioenschap lonkte! Maar het geduld van deze hondstrouwe fans werd enorm op de proef gesteld. Twee achtereenvolgende nederlagen tegen laagvlieger Gouderak en middenmoter Haastrecht bracht hen aan het twijfelen. Het zal me toch niet gebeuren? Nicolaas Boys was op papier een lastige klip die omzeild moest worden. Jongens van de gestampte pot uit de polder die de mouwen tot schouderhoogte opstropen. Een klein legertje supporters was meegereisd, maar ze rekenden niet op een kampioenschap op de 1e april. Ook de technische staf van Gouda had er geen moment rekening mee gehouden. Maar de bal is rond, om maar eens een cliché uit de kast te rukken.

Toen Gouda met nog pakweg 10 minuten te spelen met 2-0 voorstond was er toch sprake van spanning. En toen ik lukraak in de dug-out riep dat RVC ’33 met 2-0 achterstond in Bergambacht raakte de Goudse clan in extase. Of ik het wel zeker wist. Was er geen sprake van een 1 april grap? Toen de scheidsrechter voor het einde floot was de euforie compleet. De dug-out werd bijkans onderste boven gelopen. Kampioenen!!

Thuis in de kantine in het clubgebouw in het Groenhovenpark zag ik ze weer terug, die trouwe supporters. Ze waren ontroerd en heel blij. Eindelijk weer een kampioenschap te vieren. Niemand wist me te vertellen hoe lang dat geleden was. Fred de Gruyl deed nog een poging en repte van het landskampioenschap, waar hijzelf een hoofdrol speelde. Maar dat was meer dan 50 jaar geleden.

De komende tijd zullen de supporters ongetwijfeld nog veel ouwe koeien uit de sloot halen en sterke verhalen uit het roemrijke verleden van SV Gouda oprakelen. Zullen de oude glorietijden herleven? “Today is history, tomorrow a mistery”. Prachtige woorden op het shirt van de voorzitter van de zondagcommissie. Is de nieuwe Goudse lente begonnen? We gaan het zien in de 3e klasse. En die ouwe supporters zullen er ook weer staan.

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties