Gerritschinkel.nl Columns & meer

28dec/230

Misty Blues – Live at the Cavern Club

Misty Blues is een Amerikaanse band, gevestigd in Berkshire County, Massachusetts. De band, geleid door zangeres Gina Coleman, die de band in 1999 oprichtte, speelt originele en traditionele blues met vleugjes jazz, soul, funk en gospel. Misty Blues stond in het voorprogramma van o.a. Roomful of Blues, Tab Benoit, James Montgomery en John Primer.

Op 24 november verscheen het 14e album van Misty Blues, het live-album Live at the Cavern Club. Dit album is opgenomen tijdens hun concert op 3 juli jl. in de beroemde club in Liverpool.

Het album opent swingend met Hear my call. Gitaar, keys, een bonkende ritmesectie, een spetterende saxofoon en de ‘bezwerende’ zang van Gina Coleman. Ook Blues on my heels is stevig met felle gitaarsolo’s, ‘lopende’ bas, strak drumwerk, een heerlijke lange orgelsolo en een scheurende saxsolo. Het vooral van Nina Simone bekende I need a little sugar in my bowl is een 7 ½ minuut lange schitterende ballad met de indrukwekkende zang van Coleman. De band is geweldig in het tevens op single verschenen zwoele How the blues feels. Ook in het funky swingende Swing my blues gaat de band er volop tegenaan. Wang dang doodle, de door Willie Dixon geschreven bluesklassieker, is een bijna 16 minuten lange jamsessie waarin iedereen weer naar hartenlust mag soleren. In het intense Take a long ride valt het prominente drumwerk op. In het funky uptempo Freight car neemt Coleman de band weer stevig op sleeptouw. I don’t sleep en Day of voodoo and laughter zijn lange fraai geïnstrumenteerde soulballads. One of these days is de geweldige soulvolle uitsmijter.     

Conclusie: Live at the Cavern Club is een gepassioneerd album van een band in topvorm.

Tracks cd:

  1. Hear my call
  2. Blues on my heels
  3. I need a little sugar in my bowl
  4. How the blues feels
  5. Swing my blues
  6. Wang dang doodle
  7. Take a long ride
  8. Freight car
  9. I don’t sleep
  10. Day of voodoo and laughter
  11. One of these days

Line-up:

  • Gina Coleman – zang
  • Seth Fleischmann – gitaar
  • David Vittone – keys
  • Rob Tatten – drums, zang
  • Aaron Dean – saxofoon
  • Diego Mongue – bas
17dec/230

John the Revelator – Where are you?

John the Revelator, een van de oudste bluesband van Nederland, viert dit jaar het 55 jarig jubileum. Het begint allemaal in 1968 als een stelletje bluesfreaks de handen ineen slaan en de band John the Revelator, vernoemd naar een a-capella bluestraditional van Son House, oprichten. John the Revelator wint in 1970 tijdens een live tv-uitzending de Loosdrecht Jazz Award. Op 1 mei van datzelfde jaar verschijnt bij Phonogram hun door Tony Vos geproduceerde debuut lp Wild Blues. John the Revelator wordt steeds bekender en maakt tournees door Nederland, Duitsland, België en Zwitserland. In 1973 valt de band uiteen, maar herrijst meteen weer uit zijn as met een nieuwe bezetting. Een korte periode van individuele avonturen en herbezinning levert in 1978 de wedergeboorte op van John the Revelator en in 1981 verschijnt het album Empty Road. John the Revelator viert in 1994 het 25-jarig bestaan met een nieuw studioablum, Cahow, en in de jaren daarna verschijnen er nog meerdere albums en dvd’s. In 2002 ontmoeten de bandleden hun grote voorbeeld Peter Green, maar helaas gaat een jamsessie niet door omdat leden van Green’s band Splinter dit tegenhouden. In 2008 gaat wel een andere wens in vervulling, een optreden met de Britse blues- en soulzanger Chris Farlowe. Het 50-jarig bestaan van de band wordt in 2018 o.a. gevierd met het uitbrengen van een 4-cd box met een 60 pagina’s tellend geïllustreerd boek.

John the Revelator is nog steeds ‘on the road’ en nog altijd springlevend. Begin dit jaar verscheen, na een aantal jaren stilte, het album A dark for sleeping. Op 28 december a.s. viert John the Revelator hun 55-jarig bestaan met een speciaal concert in het Haarlemse Patronaat. Tevens verschijnt er die dag op cd het album Where are you?, een verzamelalbum van 15 songs uit het repertoire van de band. Deze 15 nummers zijn door de band geselecteerd op een aansprekende mix van geslaagde opnames en een afwisseling van slow naar deep, naar lekkere rocknummers, slide en sologitaar, goede teksten en oud en nieuw. Het album is vanaf 2 januari 2024 ook o.a. te beluisteren via Spotify.

Het album opent, uiteraard zou ik haast zeggen, met een intense versie van de traditional John the Revelator, de song waarmee het allemaal begon voor de Haarlemmers. Daarna is gekozen voor de schitterende bluesballad A woman knows, het openingsnummer van het album The blue skin album uit2015. In 2012 verschijnt het album Underway. Van dit album komt de stampende rocker Diego’s drive. Dit nummer is een herinnering aan hun optredens op Spaanse festivals, waar altijd een zekere Diego vooraan stond die helemaal gek was van blues en die hen in een open Cadillac rondreed. Het oudste nummer op het album is One track mind, een slowblues uit 1971 en geproduceerd door Hans van Hemert. Het was de bedoeling dat dit nummer op single zou verschijnen maar dat is uiteindelijk niet gebeurd. Naast Tom Huissen (zang, bas) en Frans ten Kleij (rhythm gitaar), speelt Fred Huissen hier drums, medeauteur Jos de Wilde slide, Charles van der Steeg tenor saxofoon en Hans van Hemert mellotron. Little snake drive komt van het album Seven blue seas uit 1999. Prachtig lyrisch gitaarwerk, een ‘lopende’ bas en ingetogen zang. Een nummer met een hoog Fleetwood Mac gehalte, de Fleetwood Mac met Peter Green welteverstaan. Dreamtime  stamt uit 2012. Een uptempo boogie met vette slide en Henk Suurling op bas. Het nummer, over de reusachtige rotsformatie Uluru (Ayer’s Rock) in de woestijn in Midden Australië, werd geschreven tijdens een van de vele lange busritten van hun Australische tournee in 2009. Cahow (blues for a gadfly petrel) komt van het gelijknamige album uit 1994. Een dromerige lyrische instrumental met fantastisch gitaarwerk en Sjoerd Bosma op orgel. Op de traditional Kokomo (album Cahow 1994), een opwindende versie met slide en mondharp, speelt Sjoerd Bosma ook op orgel en zijn de backing vocals van Janet van der Woude en Georgia van der Leeden. Too many to bail is afkomstig van 50 & Beyond uit 2018. De invloeden van Fleetwood Mac zijn ook hier weer duidelijk te horen aan het lyrische gitaarwerk van Frans ten Kleij. Naast ten Kleij zijn Tom Huissen (zang, bas) en Henk Suurling (drums, piano, en akoestische gitaar) te horen. Darkened room werd destijds s’-nachts tijdens een jetlag geschreven. Dit ‘donkere’ nummer met Sjoerd Bosma op piano, Frans ten Kleij op gitaar en zang van Tom Huissen is afkomstig van het album Down in the mud uit 2005. Mama don’t move is het meest recente nummer. Het verscheen in 2018 op het album Not now John. Een uptempo rockende blues met Tom Huissen (zang, bas), Frans ten Kleij (gitaar en huilende mondharp) en Henk Suurling (drums). Wandering eye komt ook van The blue skin album (2016). Ook hier is weer duidelijk te horen dat de oude Fleetwood Mac een grote inspiratiebron was/is voor John the Revelator. Prachtige lyrische gitaarsolo’s en ook de stem van Tom Huissen vertoont hier en daar gelijkenis met die van Peter Green. Heerlijk is ook het orgel en de blazerssectie van The Alabama Horns (Bert Baars tenor saxofoon en Jan Doedens trompet) maakt het feest compleet. De mooie countryblues Down in the mud komt van het gelijknamige album uit 2005. In 2009 bracht de band een ep met vier nummers uit. Een van die songs, de countryblues Old man rock ‘n’ roll staat ook op dit nieuwe verzamelalbum. Het slotnummer is de titelsong, het lichtelijk psychedelsiche Where are you? Tom Huissen schreef dit nummer in 2012 en kwam dat jaar op het album Underway. De titel en tekst verwijzen volgens Huissen naar het onvermijdelijke einde. “Ik hoop dat dit nummer ooit op mijn begrafenis wordt gespeeld” aldus Huissen, om er lachend aan toe te voegen dat ze er nog steeds zijn en dat ze door gaan. 

Conclusie: Een prachtige staalkaart van het rijke repertoire van een gerenommeerde Nederlandse bluesband. 

Tracks cd:

  1. John the Revelator
  2. A woman knows
  3. Diego’s drive
  4. One track mind
  5. Little snake drive
  6. Dreamtime
  7. Cahow (Blues for a gadfly petrel)
  8. Kokomo
  9. Too many to bail
  10. Darkened room
  11. Mama don’t move
  12. Wandering eye
  13. Down in the mud
  14. Old man rock ‘n’ roll
  15. Where are you?

Line-up John the Revelator:

  • Erwin Aubroeck – piano, Hammond, magical sounds, zang
  • Cor Dijkhuizen – drums
  • Paul Dammers – slide, rhythm gitaar
  • Tom Huissen – zang, bas
  • Frans ten Kleij – lead & rhythm gitaar, harmonica
12dec/230

Bob Corritore & Friends – Somebody put bad luck on me

Bob Corritore (27 september 1956, Chicago, Illinois) is een Amerikaans bluesharmonicaspeler, producer, radiopresentator en eigenaar van The Rhythm Room, een muziekcentrum in Phoenix, Arizona. Zijn liefde voor bluesmuziek begint als hij op 12-jarige leeftijd Muddy Waters op de radio hoort. Van zijn jongere broer krijgt hij kort daarna zijn eerste mondharmonica. Bob gaat bluesconcerten bijwonen en op Maxwell Street ziet hij de bekende bluesharmonicaspelers Big Walter Horton en Big John Wrencher optreden en komt hij ook in aanraking met Junior Wells. In 1981 verhuist hij naar Phoenix, Arizona waar hij optreedt met o.a. Louisiana Red. In 1984 begint hij met zijn blues radioshow en in 1991 opende The Rhythm Room, de bekende blues- en roots concertclub. Zijn debuutalbum All-star blues sessions komt in 1999 uit. De afgelopen jaren heeft Bob Corritore diverse albums uitgebracht in de serie From the Vaults, een serie met historische opnamen van grote bluesartiesten.

In september jl. verscheen het album Somebody put bad luck on me. Op dit album staan nieuwe opnamen van Bob Corritore met een groot aantal vrienden van hem en de beste hedendaagse bluesartiesten in de VS.

Het album opent spetterend met A.C. Reed’s This little voice met John Primer zang en gitaar, Anthony Geraci op piano en de scheurende mondharp van Corritore. Thornetta Davis is de vocaliste op het lekker rockende met sprankelende pianoklanken van David Keys versierde I need a whole lotta lovin’. Intens is de zang van Johnny Rawls in de fraaie soulballad Midnight love met Shea Marshall op orgel. Oscar Wilson is de soulvolle zanger in het titelnummer Somebody put bad luck on me, met een gitaarsolo van Jimi ‘Primetime’ Smith en een vette mondharpsolo. Intens is de zang van good old Bobby Rush in I’m good as gone. In Stranded neemt Carl Weathersby zang en gitaar voor zijn rekening en is pianist Anthony Geraci weer te horen en verder weer een overvette mondharpsolo. Smekend is de zang van Thornetta Davis in de ballad Remember me met Johnny Burgin op gitaar en David Keys op piano. De zang van Tia Carroll is gloedvol in Willie Dixon’s I want to be loved. Eugine ‘Hideaway’ Bridges maakt met zijn soepele zang en gitaar een feest van If you don’t want to love me. Sugarray Rayford zingt op Goin’ fishin’ met gruizig gitaarwerk van Kid Ramos en Johnny Mann en een huilende mondharp. Zanger-gitarist Lurrie Bell is fraai in Act like you love me van Jimmy Rogers. Francis Reed is vocaliste in het gospelachtige Draw me closer. Smith is de leadzanger op het rockende Tough enough. Johnny Rapp speelt gitaar. Geraci en Weathersby zijn weer te horen in I don’t know van Sonny Boy Williamson. Uiteraard kan hier een vlammende mondharp niet ontbreken. In het van BB King bekende Help the poor is Diunna Greenleef de ‘smekende’ zangeres. Doug James speelt saxofoon, Jeff ‘Doc’ Chandonhouse trompet en Fred Kaplan orgel en piano. Het album wordt in  stijl afgesloten met de bijna 8 minuten lange slowblues Let me find out your name met zang van Willie Buck, gitaarwerk van Billy Flyn en met Ben Levin op piano. En natuurlijk Bob Corritore op mondharp.

Conclusie: Somebody put bad luck on me  is een meesterwerk.

Tracks cd:

  1. This little voice (feat. John Primer)
  2. I need a whole lotta lovin’ (feat. Thornetta Davis)
  3. Midnight love (feat. Johnny Rawls)
  4. Somebody put bad luck on me (feat. Oscar Wilson)
  5. I’m good as gone (feat. Bobby Rush)
  6. Stranded (feat. Carl Weathersby)
  7. Remember me (feat. Thornetta Davis)
  8. I want to be loved (feat. Tia Carroll)
  9. If you don’t want to love me (feat. Eugene ‘Hideaway’ Bridges)
  10. Goin’ fishin’(feat. Sugarray Rayford)
  11. Act like you love me (feat. Lurrie Bell)
  12. Draw me closer (feat. Francine Reed)
  13. Tough enough (Jimi ‘Primetime’ Smith)
  14. I don’t know (feat. Carl Weathersby)
  15. Help the poor (feat. Diunna Greenleef)
  16. Let me find out your name (feat. Willie Buck)

Line-up:

  • Bob Corritore – mondharmonica (all tracks)
  • Bob Stroger – bas (track 1,2,4,6,7,14,16)
  • Wes Starr – drums (track 1,2,4,6,7,14,16)
  • Jimi “Primetime” Smith – gitaar (track 1,2,3,4,5,6,9,12,13,14,15,16), zang (track 13)
  • Anthony Geraci – piano (track 1,6,14)
  • John Primer – zang en gitaar (track 1)
  • Johnny Burgin – gitaar (track 2,7)
  • David Keyes – piano (track 2,7)
  • James “Jamalot” Anderson – percussie (track 2,7)
  • Thornetta Davis – zang (track 2,7)
  • Yahni Riley – bas (track 3,13)
  • Brian Fahey – drums (track 3,9,11,13)
  • Shea Marshall – orgel (track 3)
  • Doug James – saxofoon (track 3,15)
  • Johnny Rawls – zang, gitaar, backing vocals (track 3)
  • Billy Flynn – gitaar (track 4)
  • Ben Levin – piano (track 5,16)
  • Oscar Wilson – zang (track 4)
  • Steve Ferrone – drums (track 5)
  • Dexter Allen – gitaar (track 5)
  • Bobby Rush – zang (track 5)
  • Carl Weathersby – zang, gitaar (track 6,14)
  • Kedar Roy – bas (track 8)
  • June Core – drums (track 8)
  • Sid Morris – piano (track 8)
  • Tia Carroll – zang (track 8)
  • Mike King – bas (track 9)
  • Eugene Bridges – zang, gitaar (track 9)
  • Bill Stuve – bas (track 10,12)
  • Stephen Hodges – drums (track 10,12)
  • Johnny Mann – gitaar (track 10)
  • Kid Ramos – gitaar (track 10,12)
  • Sugarray Rayford – zang (track 10)
  • Troy Sandow – bas (track 11,15)
  • Bob Margolin – gitaar (track 11)
  • Lurrie Bell – zang, gitaar (track 11)
  • Francine Reed – zang (track 12)
  • Diamond Porter en Eboni McDonald – backing vocals (track 12)
  • Johnny Rapp – gitaar (track 13)
  • John Herrera en John Wroble – handclaps (track 13)
  • Andrew Guterman – drums (track 15)
  • Fred Kaplan – piano, orgel (track 15)
  • Jeff “Doc” Chandonhouse – trompet (track 15)
  • Diunne Greenleaf – zang (track 15)
  • Willie Buck – zang (track 16)
9dec/230

Afton Wolfe – The harvest

Afton Wolfe is geboren in McComb, Mississippi, en groeit op in Meridian, Hattiesburg en Greenville, Mississippi. Wolfe woont sinds 2003 in Nashville, Tennessee. Zijn inspiratiebronnen zijn o.a. Leonard Cohen, Elvis Costello en Tom Waits. Wolfe’s debuutalbum Kings for sale, verschijnt in 2021.

Eerder dit jaar bracht Wolfe een mini cd uit, getiteld Twenty-Three en medio november kwam er weer nieuw werk van hem uit. Dit album The harvest telt slechts zeven nummers en is geproduceerd door Doc Sarlo. Alle nummers zijn geschreven door zijn schoonvader L.H. Halliburton, een gevierde en gerenommeerde songwriter uit Nashville, Tennessee.

Het album opent met het titelnummer Harvest, een melodieuze uptempo song met akoestische gitaar en mondharp. Door de fluitsolo’s van Seth Fox roept het nummer duidelijk herinneringen op aan de countryrock van de 70’s van b.v. The Marshall Tucker Band. New Orleans going down is een stevige bluesy song met mondharpsolo’s en de gruizige schuurpapieren zang van Wolfe over de rampzalige overstromingen die New Orleans in de loop der jaren hebben getroffen. Lost prayers is een mooie ballad met akoestische gitaar, piano, viool en fraaie harmonieën. Ik herken ook de stijl van Waylon Jennings. Hello. Mr. Wolfe is een mysterieus en merkwaardig nummer met soms vreemde percussie. De ‘gesproken’ zang doet me sterk denken aan Leonard Cohen. De felle gitaren, piano, de strakke ritmesectie en de sterke zang maken van Til the river no longer flows een stevige blues. Mississippi is lekkere R&B. Het slotnummer Here to stay heeft met zang en piano een groot Tom Waits gehalte.    

Conclusie: Je moet The harvest een paar keer draaien en dan is het best een aardig album.

Tracks cd:

  1. Harvest
  2. New Orleans going down
  3. Lost prayers
  4. Hello, Mr. Wolf
  5. Til the river no longer flows
  6. Mississippi
  7. Here to stay

Line-up:

  • Afton Wolfe – zang, gitaar
  • Robin Wolfe – zang
  • Seth Fox – fluit, saxofoon
  • Ditch Kurtz – pedal steel
  • Madison George – drums
  • Erik Mendez – bas
  • Ilya Portnov – mondharmonica
  • Anthony Saddic – keys
  • Mark Robinson – gitaar
  • Anna Eyink – viool
  • Courtney Santana – zang
  • Will Hammond – elektrische gitaar
3dec/230

Luther Dickinson – Magic music for Family Folk

Singer-songwriter Luther Dickinson (18 januari 1973, Memphis, Tennessee) is de zoon van de legendarisch producer, pianist en zanger Jim Dickinson (1941 – 2009). Luther groeit op met het spelen van concerten. Geïnspireerd door artiesten als Otha Turner, R.L. Burnside en Junior Kimbrough richt Dickinson in 1996 The North Mississippi Allstars op. Daarnaast is hij ook als solo-artiest actief. Zijn solodebuutalbum Onward and upward verschijnt in 2009.

Deze maand kwam Luther Dickinson met een nieuw album, Magic Music for Family Folk. Dit album is een verzameling van favorieten uit zijn kindertijd die hij voor de lol thuis met familie en vrienden heeft opgenomen. Dickinson wilde deze liedjes delen met zijn kinderen en de kinderen van zijn vriend, en zijn dochters laten kennismaken met het plezier van het leren, uitvoeren en opnemen van muziek die zijn vader met hem deelde.De opnamen werden grotendeels in 2017 gemaakt tijdens etentjes, logeerpartijtjes en speelafspraken, hetzij in een sociale setting in gezinsstijl, hetzij terwijl de kinderen sliepen. Dickinson heeft de ruwe opnamen op cd’s gebrand voor vrienden en voor in de gezinsauto. In 2023 besloot hij de ruwe opnamen met een aantal andere musici verder af te maken. Zijn dochters hebben een paar nummers opnieuw ingezongen.

Bij het door Homer Banks geschreven openingsnummer Are you sure denkt Dickinson vooral terug aan de versie van The Staple Singers uit 1972. Meeslepende harmoniezang en bluesy gitaarwerk. Het nummer is ook op single uitgebracht. They all ask for you is oorspronkelijk een funky nummer van The Meters uit 1975. Dickinson c.s. maken er een akoestische versie van met wederom mooie harmonieen. Crawdad, een traditional uit de vroege 20e eeuw, is een zeer ontspannen akoestische song, waarbij de harmonieen weer zeer prettig zijn. Mooi is het drumwerk van Sharde Thomas in de traditional Old blue. Het hoogtepunt van het album is wat mij betreft Beulah land, een spirituele hymne die vooral bekend is in de uitvoering van Mississippi John Hurt. De rustige percussie en de fife van Thomas en de prachtige soulvolle zang van zangeres Yola transformeren het nummer tot een pareltje. Mooi en ingetogen wordt er weer geïnstrumenteerd en gezongen in de traditional Old hen. Fraai is de banjo van Allison Russell in Turkey in the straw, een folksong uit de 19e eeuw. Chicken van Mississippi John Hurt is een akoestische countryblues met een lekkere contrabas van Amy LaVere. Boom boom boom van John Lee Hooker is hier te horen met akoestische gitaar en piano en gruizige Tom Waits achtige zang van Dickinson. Mississippi John Hurt lijkt me een van de favorieten van Dickinson want diens Pay day krijgt hier een uitvoering in de typische Mississippi John Hurt stijl. Het slotnummer Whatever river is door Dickinson zelf geschreven. Hij componeerde deze mooie folky song speciaal voor zijn dochters. Het nummer schetst de verbondenheid met geliefden en familietradities. Een ontroerend slotakkoord. 

Conclusie: Magic Music for Family Folk is een ontroerend mooi album.

Tracks cd:

  1. Are you sure
  2. They all ask for you
  3. Crawdad
  4. Old blue
  5. Beulah land
  6. Old hen
  7. Turkey in the straw
  8. Chicken
  9. Boom boom boom
  10. Pay day
  11. Whatever river

Line-up:

  • Luther Dickinson – zang, gitaren, akoestische bas, Wurlitzer
  • Lucia, Isla Belle en Mary Lindsay Dickinson – zang
  • Sharde Thomas – drums, fife, zang
  • Lillie Mae Rische – fiddle, zang
  • Allison Russell – banjo, klarinet, zang
  • Amy LaVere – contrabas, zang
  • Yola – zang
  • Sharisse Norman – zang
  • Cody Dickinson – celeste, piano
  • Marco Giovino – drums
  • Jim Spake – (bas) klarinet
  • Jimmy Crosthwait – washboard
30nov/230

Blues Traveler – Traveler’s soul

De Amerikaanse rockband Blues Traveler is opgericht in 1987 in Princeton, New Jersey. De band speelt nog steeds in de originele samenstelling, m.u.v. bassist Tad Kinchla, die de in 1999 overleden bassist van het eerste uur Bobby Sheehan heeft vervangen. In dat jaar wordt de band ook uitgebreid met keyboardspeler Ben Wilson. Hun muziekgenre varieert van blues, rock, psychedelische rock, folkrock, soul tot Southern rock. Hun debuutalbum Blues traveler verschijnt in 1990. De band breekt in 1994 door met de hitsingle Run-around. In september en oktober 1997 is Blues Traveler negen keer openingsact bij de start van de Bridges to Babylon Tour van The Rolling Stones in de VS en Canada.

Vorige maand verscheen er een nieuw album van Blues Traveler. Op dit album, Traveler’s soul, zijn ook een groot aantal gastmusici te horen.

Het door Curtis Mayfield geschreven openingsnummer Fool for you is een fijne soulballad met keys en  mondharp. Heerlijke soul is daarna Tired of being alone van Al Green, met blazers en zang van Alisan Porter. Indrukwekkend is Waterfalls, een  hit van de R&B- soul- en hiphop groep TLC uit 1994. Pat Monahan van de rockband Train zingt, bijgestaan door de rappende Daisha McBride (the rap girl uit Tennessee). I can’t stand the rain van Ann Peebles is een strakke versie waarin John Popper vocale assistentie krijgt van Valerie June. Que sera sera (Whatever will be will be), bekend van Doris Day die het in 1956 zong in de film The man who knew too much van Alfred Hitchcock, wordt omgetoverd in een schitterende soulballad waarbij de backing vocals het nummer een extra gospeltintje geven. Via de ragtime piano, de blazers en een mondharpsolo belanden we met de Dr. John song Qualified rechtstreeks in de sferen van New Orleans. In We can work it out, de Lennon/McCartney compositie en hit van The Beatles uit 1965, horen we mooie duetten van Popper met Sara Niemietz. Groove is in the heart van Herbie Hancock is funky soul met lekker drumwerk van Brendan Hill, de mondharp en zang van R&B zangeres Liv Warfield (The New Power Generation) en soulzanger Davie. In Last train van Allen Toussaint is een strakke ritmesectie te horen, mondharp, mooie backing vocals en Ben Wilson op piano en met een spetterende orgelsolo. In Groove me, de hit van King Floyd uit 1970, zijn er weer de blazers, een huilende mondharp en een funky gitaar. Singer-songwriter Clyde Lawrence is de vocalist in de funky soulsong Just kissed my baby van de funkgroep The Meters. Het slotnummer When a man loves a woman, de klassieke soulslijper van Percy Sledge, wordt hier schitterend gezongen door soulzanger Ryan Shaw.

Conclusie: Traveler’s soul is een fantastisch album waar de soul van afdruipt.

Tracks cd:

  1. Fool for you
  2. Tired of being alone (feat. Alisan Porter)
  3. Waterfalls (feat. Pat Monahan & Daisha McBride)
  4. I can’t stand the rain (feat. Valerie June)
  5. Que sera sera (Whatever will be will be) (feat. Wendy Moten)
  6. Qualified
  7. We can work it out (feat. Sara Niemietz)
  8. Groove is in the heart (feat. Liv Warfield & Davie)
  9. Last train
  10. Groove me
  11. Just kissed my baby (feat. Clyde Lawrence)
  12. When a man loves a woman (feat. Ryan Shaw)

Line-up Blues Traveler:

  • John Popper – zang, mondharmonica
  • Chan Kinchla – gitaar
  • Tad Kinchla – bas
  • Ben Wilson – keyboards
  • Brendan Hill - drums
19nov/230

Johnny Laporte – That’s me

Johnny Laporte (1952, Medan) emigreerde in 1958 met zijn familie vanuit Indonesië naar Nederland om zich in Haarlem te vestigen. Op jonge leeftijd kwam Johnny, met zijn broer Guus, als gitaristen in de muziekscene terecht. Johnny ging spelen in de Oscar Benton Blues Band. Sinds 1974 speelt Johnny samen met zijn broer in de Haarlemse bluesband Barrelhouse. Barrelhouse is met twee Edisons bekroond en is in 2012 opgenomen in de Dutch Blues Hall of Fame. De band bestaat volgend jaar 50 jaar. Dit jubileum gaat gevierd worden met een uitgebreide afscheidstournee.

In 2018 maakte Laporte met Oscar Benton het album I am back en in 2019 het album Mirror’s don’t lie. In de coronaperiode begon hij in zijn homestudio te werken aan eigen repertoire. Het resultaat verschijnt deze maand op zijn eerste soloalbum. Dit album, That’s me, kan terecht een soloalbum worden genoemd want Johnny bespeelt op dit album alle instrumenten en maakt ook zijn debuut als zanger. Gelijktijdig met That’s me verschijnt op dezelfde dag (18 november) Johnny’s debuutroman Zwijgen zweeg gezwegen. Voor een aantal songs op het album zijn de teksten ontleend aan deze roman. Album en boek worden op 18 november a.s. om 13.30 uur in Theater Hakim in Haarlem gepresenteerd.

That’s me opent uptempo met Waitin’. Melodieus gitaarwerk en halverwege een vertrouwde gitaarsolo. Better run through the fire, met ingetogen zang, is een mooie blues die me af en toe in de verte doet denken aan I just can’t be satisfied van Muddy Waters. Schitterend is het gitaarspel, in de stijl van Peter Green, in de op de klassieker Summertime geïnspireerde bluesballad Forbidden fruit. Lyrisch zijn daarna de gitaarlicks in Jimmy Rogers midtempo blues World’s in a tangle en in de ingetogen gospelachtige blues At the end of the book. Het ‘smachtend’ gezongen Angel fly home is gitaristisch een pareltje. Lekker is het pianospel naast het bijtende en lyrische gitaarwerk in Robert Johnson’s klassieker Ramblin’ on my mind. Een schitterende versie. Behalve op de elektrische gitaar is Laporte in Bobby ain’t dump ook als bassist op dreef. Een synthesizer is te horen in het reggae-achtige We gotta tie her down. Laporte speelt weer fraai piano in het rustige jazzy Storyteller. In de boogie There’s a war outside is Laporte zo te horen duidelijk beïnvloed door John Lee Hooker. Het slotnummer, de instrumentale swampblues Play it, met strak drumwerk en een fraaie pianosolo, wordt opgeluisterd met een aantal samples van de ‘Swamp Fox’ Tony Joe White.   

Conclusie: That’s me is een afwisselend bluesalbum van een gedreven en allround bluesman. Een zeer prettig in het gehoor liggend solodebuut.

Tracks cd (inclusief 2 bonustracks):

  1. Waitin’
  2. Better run through the fire
  3. Forbidden fruit
  4. World’s in a tangle
  5. At the end of the book
  6. Angel fly home
  7. Ramblin’ on my mind
  8. Bobby ain’t dumb
  9. We gotta tie her down
  10. Storyteller
  11. There’s a war outside
  12. Play it
10nov/230

Chickenforce – Chickenforce 2

Chickenforce is een project van Gooitzen Greidanus, Rik Meijer en Nico Outhuijse uit Friesland. Vorig jaar bracht Rik Meijer, die eerder al werkte met Erwin Java, Huub van der Lubbe, Bert Heerink e.v.a., het album Chickenforce 1 uit. Op dit album werd ook meegewerkt door een aantal door de wol geverfde musici als Cindy Oudshoorn, Monique Bakker, Fokke de Jong en Jack Bottleneck.

Begin november is Chickenforce 2 verschenen, een album met 12 covers. Ook op dit album zijn, net als op het vorige album, weer een groot aantal gastmusici die hun sporen in de muziekscene hebben verdiend te horen. Chickenforce 2 is opgenomen in Studio Greenbaum van Nico Outhuijse.  

Het openingsnummer Fool in love is een cover van Ike & Tina Turner uit 1961. Opwindende R&B met de enigszins rauwe zang van Minke Adema. Blues about you baby (2002) is een van de twee covers van de Texaanse singer-songwriter Delbert McClinton. Rock ‘n’ roll met een swingende piano en zang van Jack Bottleneck. Leon Russell’s Hummingbird (1970) is een schitterende ballad. Fraaie duozang van Monique Bakker en Kevin Stuurhaan en fantastisch gitaarwerk van Rik Meijer. De groovy ritmesectie Fokke de Jong (drums) en Gooitzen Greidanus (bas) is op dreef in het funky Why did you do it, een hit van de Britse band Stretch uit 1975. Cobus Prins neemt in dit nummer de zang voor zijn rekening. In het uptempo soulvol door Jack Bottleneck gezongen Need never get old, een song van de Amerikaanse zanger-gitarist Nathaniel Rateliff uit 2016, is Ruben Mulder te horen op keyboards en Willem Pen op saxofoon. Total control is een cover van de Amerikaanse new-wave band The Motels uit 1979. Pieter Sijbesma is de leadzanger naast de fraaie bastonen, de felle gitaarlicks van Meijer en het orgel van Ruben Mulder. Monique Bakker neemt de zang voor haar rekening in het funky Single bed, een song van de Britse band Fox uit 1978. De backing vocals zijn van Auke Busman. Midnight rambler is een compositie van Mick Jagger en Keith Richards uit 1969 en nog steeds een vast onderdeel van de concerten van The Rolling Stones. Hier horen we een mooie soulvolle uitvoering met zang van Einte Bijlsman en backing vocals van Minke Adema en Cindy Oudshoorn. De felle gitaarlicks zijn uiteraard van Meijer. Love you like a man is een jazzy rocker van de  Amerikaanse folk-blueszanger-gitarist Chris Smither uit 1970. De zang is van Pieter Sijbesma en Bas Kleine glorieert op mondharp. Jack Bottleneck en Minke Adema zijn weer fantastisch op dreef in de schitterender door Billy Maddox en Paul Thorn geschreven ballad What I could do. Prachtig is ook het mandolinespel van Meijer. Lie no better (1997) is de tweede cover van Delbert McClinton met zang van Cobus Prins, Bas Kleine op mondharp en een strakke ritmesectie. Het slotnummer is Gun in my hand, een song van de Amerikaanse rockband Dorothy uit 2016. Een bluesrocker met uitbundige zang van Cindy Oudshoorn en een huilende mondharp van Bas Kleine.

Conclusie: Chickenforce 2 is een uitstekend album. Laat Chickenforce 3 maar snel komen.

Tracks cd:

  1. Fool in love
  2. Blues about you baby
  3. Humming bird
  4. Why did you do it
  5. Need never get old
  6. Total control
  7. Single bed
  8. Midnight rambler
  9. Love you like a man
  10. What I could do
  11. Lie no better
  12. Gun in my hand
3nov/230

Adam Douglas – Dancing for the moon

De Amerikaanse singer-songwriter-gitarist Adam Douglas (1981) is geboren en getogen in Oklahoma. In 2008 verhuist hij naar Noorwegen en vestigt zich in 2017 in Harestua. In 2015 verschijnt zijn debuutalbum I may never learn. In 2016 wint Douglas het Baltic Songfestival in Karlshamn en in 2017 de muziekwedstrijd Stjernekamp op NRK. Voor zijn 4e album Better angels uit 2021 wint hij de Spellemannprijs in de klasse blues.

Begin november verschijnt Dancing for the moon, het nieuwe album van Adam Douglas. Hij wordt op dit album begeleid door een groot aantal voortreffelijke Noorse musici.

Het openingsnummer, Wish I had not said that, een song van J.J. Cale uit 1981, wordt lekker laidback gezongen door Douglas. De fraaie bastonen zijn van Manus Reksjø. Het tempo gaat omhoog in Stop, drop and roll, waarin fantastisch wordt gemusiceerd door de Noorse musici. Uitbundig is de zang in Plenty of time, none to waste. De viool van Mari Birgitte Bølgen Halvorsen en de Wurlitzer van Thor-Erik Fjellvang liggen ook prettig in het gehoor. True blue is een relaxt nummer met een strakke ritmesectie en de backing vocals van Charlotte Bredesen. Déja rendezvous, met een psychedelisch intro, is vooral door de duozang van Douglas en Solveig Slettahjell, een heerlijke countrysong. Sterk is de zang en uitstekend de begeleiding weer in het midtempo He’ll be alright. I need a cigarette is stevig(er) met weer die strakke ritmesectie en een fraaie gitaarsolo. Prachtig is de duozang van Douglas met Christel Alsos in het door Don Williams geschreven We’re all the way. In het opwindende Maybe someday vallen de mooie harmonieen van Charlotte Bredesen en Lars Andreas Aspesaeter op. In het soulvolle Closer to you bewijst Douglas nogmaals dat hij een uitstekende zanger is.  

Conclusie: Dancing for the moon is een mooi album van een geweldige zanger.

Tracks cd:

  1. Wish I had not said that
  2. Stop, drop and roll
  3. Plenty of time, none to waste
  4. True blue
  5. Déja rendezvous
  6. He’ll be alright
  7. I need a cigarette
  8. We’re all the way
  9. Maybe someday
  10. Closer to you

Line-up

  • Adam Douglas – zang, gitaren, synthesizers
  • Charlotte Bredesen – backing vocals (track 4,9)
  • Christel Alsos – zang (track 8)
  • Geir Sundstøl – pedal steel, lap steel, clavinet (track 5)
  • Lars Andreas Aspesaeter – backing vocals (track 3,6,8,9)
  • Mari Birgitte Bølgen Halvorsen – viool, viola (track 2,3)
  • Manus Reksjø – bas (track 1,4,5,6,7,8)
  • Ruben Dalen – drums, percussie
  • Ruben Fredheim Oma – bas (track 10)
  • Solveig Slettahjell – zang (track 5)
  • Thor-Erik Fjellvang – wurlitzer (track 2,3,4,5,6,7,9,10)
  • Tor Egil Kreken – bas (track 2,9)
30okt/230

Old Californio – Metaterranea

Old Californio is een countryrockband o.l.v. singer-songwriter Rich Dembowski uit Zuid-California. Hun platendebuut Along the cosmic Grass verschijnt in 2007. In hun ruim 16-jarige bestaan heeft de band nu zes albums uitgebracht. Het zesde album Metaterranea verschijnt deze maand. Het album is opgenomen in Bonsai Universe Studio in Rosemead, California. De tien nieuwe songs op Metaterranea zijn geschreven door Rich Dembowski.

Old kings road is de melodieuze uptempo countryrocker met een fraaie lap steel van Paul Lacques en een wervelende keyboard- en gitaarsolo. De ballad Come undone, met heerlijk pianospel van Jon Niemann en de slide van Woody Aplanalp, roept herinneringen op aan de sound van The Band. In het ‘slepend’ gezongen The swerve speelt Dembowski lekkere solo’s op zijn string maudal gitaar. Dembowski’s zang is ingetogen, naast de swingende lapsteel en de conga, in het akoestische Timeless things. Destining again is een midtempo countryrock song, met felle gitaarsolo’s, strak drumwerk van Justin Smith en fraaie harmonieen. Het akoestische Weeds (wildflowers) wordt schitterend opgeluisterd door de contrabas van Corey McCormick, de omfloerste drum van Lon Hayes en de nylon string gitaarlicks van Aplanalp. Het fel rockende The seer zou ook op het repertoire van Neil Young en Crazy Horse kunnen staan. De mooie bariton van Dembowski is weer prachtig in het akoestische, enigszins psychedelische Tired for a sea. Het sobere drumwerk van Anthony Logerfo en de contrabas van McCormick zijn ook hier weer een lust voor het oor. Prettig zijn de harmonieen in het harmonieuze Through the days (and past all nights). Just like a cloud is een voortreffelijke afsluiter. Keyboards, de sterkte ritmesectie Logerfo – McCormick en het nummer eindigt met een lange snijdende gitaarsolo van Aplanalp.     

Conclusie: Metaterranea is een prima album.

Tracks cd:

  1. Old kings road
  2. Come undone
  3. The swerve
  4. Timeless things
  5. Destining again
  6. Weeds (wildflowers)
  7. The seer
  8. Tired for a sea
  9. Through the days (and past all nights)
  10. Just like a cloud

Line-up:

  • Rich Dembowski – lead zang, gitaar, bas (track 1,2,5,7,9), string maudal gitaar (track 3)
  • Woody Aplanalp – gitaar, backing vocals, nylon string gitaar (track 6), lapsteel (track 4), slide gitaar (track 2)
  • Jon Niemann – keyboards, piano, bells
  • Justin Smith – drums (track 1.2.5.7.9), backing vocals (track 2,5,9)
  • Jason Chesney – backing vocals (track 5,6,9)
  • Paul Lacques – lapsteel (track 1,7)
  • Anthony Logerfo – drums (track 3,8,10)
  • Lon Hayes – drums (track 6)
  • Corey McCormick – bas (track 3,4,6,8,10)
  • Andres Rentaria – conga (track 4)